24 MAART 2020. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 16 januari 2020 houdende een tijdelijk verbod op het verkeer in bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken
De Minister van Natuur en Landelijke Aangelegenheden,
Gelet op het decreet van 15 juli 2008 betreffende het Boswetboek, inzonderheid op artikel 14;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 mei 2009 betreffende de inwerkingtreding en de uitvoering van het decreet van 15 juli 2008 betreffende het Boswetboek, artikel 19, lid 1, 5° ;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, en 84, § 1, lid 1, 3° ;
Overwegende dat de dringende noodzakelijkheid verantwoord is door het feit dat de sanitaire crisis die de Afrikaanse varkenspest is, een ernstige, zeer snel evoluerende crisis is, die vereist dat beslissingen onmiddellijk dienen te worden genomen rekening houdend met de situatie op het terrein;
Dat er, om de virale besmettelijke ziekte doeltreffend te bestrijden, talrijke vroegtijdige maatregelen (uitgebreid net van omheiningen), proactieve maatregelen (intensieve prospectie in het geïnfecteerd gebied van 30.483 ha, verwijdering van kadavers) en drastische maatregelen (vernietiging door het uitzetten van vallen en nachtschoten, intensivering van de jacht, installatie van aandrijf- en voederpunten, bioveiligheidsmaatregelen) door het Waals Gewest zijn aangenomen en uitgevoerd in twee gebieden die zijn vastgesteld bij het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen en gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 12 december 2019 en 18 december 2019, namelijk het geïnfëcteerd gebied en het versterkte observatiegebied;
Overwegende dat deze meervoudige maatregelen niet samen kunnen gaan met een vrij verkeer in de bossen daar dit zowel een veiligheidsrisico inhoudt voor leden van teams die ingezet worden om de ziekte te bestrijden en de uitroeiing ervan te beogen als voor degenen die in de bossen willen wandelen voor recreatieve doeleinden of voor doeleinden die geen verband houden met het beheer van de ziekte;
Dat er is geoordeeld dat het vrije verkeer in de bossen bovendien de verspreiding van de ziekte buiten het geïnfecteerde gebied zou kunnen vergroten, hetzij naar niet-geïnfecteerde beboste gebieden, hetzij door de ziekte in varkenshouderijen en verwante bedrijven of bij gedomesticeerde varkens te introduceren;
Overwegende dat er bijgevolg, bij opeenvolgende ministeriële besluiten, een verbod op verkeer in de bossen is genomen en dat het laatste besluit het ministerieel besluit van 16 januari 2020 is, houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, waarbij evenwel bepaalde afwijkingen zijn voorzien voor een beperkt aantal rechthebbenden;
Dat de combinatie van de aangenomen en uitgevoerde bestrijdingsmaatregelen met de opeenvolgende verbodsbepalingen voor het verkeer in de bossen als doeltreffend wordt beschouwd en verder beschouwd blijft, zowel door de Europese deskundigen, gespecialiseerd terzake, als door het Wetenschappelijk Comité van het FAVV (Wetenschappelijk Comité van het FAVV - dringend advies nr. 03-2020 - Herbeoordeling van de risico's op verspreiding in de wilde fauna en op introductie van Afrikaanse varkenspest (AVP) in Belgische varkensbedrijven gebonden aan het voorwaardelijk hernemen van bosbouwwerkzaamheden in zone II) (dossier SciCom 2020/06);
Dat deze doeltreffenheid wordt aangetoond door enerzijds de dalende wilde zwijnenpopulatie in het geïnfecteerde gebied en anderzijds door de afname van de schijnbare gevolgen van viropositieve gevallen bij wilde zwijnen;
Dat momenteel alleen beenderen van wilde zwijnen (de laatste dateren van 3 januari, 25 februari 2020 en 10 maart 2020 en wijzen op een sterfte 4 tot 6 maanden geleden door veterinaire deskundigen), waarvan de virologische analyses, uitgevoerd door het Belgisch referentielaboratorium Sciensano aantonen dat ze positief reageren op het virus van de Afrikaanse varkenspest, worden aangetroffen;
Overwegende dat de Afrikaanse varkenspest, ondanks de dalende wilde zwijnenpopulatie en de aanwezigheid van het virus in het geïnfecteerd gebied, steeds actief en virulent is in dat gebied;
Dat de waargenomen daling bovendien niet garandeert dat de lokale infectiedruk van zijn kant volledig is afgenomen;
Overwegende dat overigens niet kan worden uitgesloten dat zich in het geïnfecteerd gebied een endemische situatie voordoet en dat voor een uitbreiding van de epidemie buiten het geïnfecteerd gebied gevreesd wordt door het effect van de voorjaarsgeboorten;
Dat de epidemie nog steeds niet is opgelost;
Dat het Waalse Gewest, in zijn hoedanigheid van beheerder van de risico op de ziekte, het Wetenschappelijk Comité van het FAVV op 24 februari 2020 verzocht om een dringend advies uit brengen over het hernemen van bosbouwwerkzaamheden in de geïnfecteerde gebieden (dossier SciCom 2020/06);
Dat de bosbouwactiviteiten tot dan uitsluitend in het geïnfecteerde gebied waren beperkt, ten gevolge van de goedkeuring van het ministerieel besluit van 16 januari 2020 houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, van het afvoeren van naaldbomen aangetast door de schorskever, van het merken en inventariseren van loof- en naaldhout en van de niet-gemechaniseerde aanplantingsactiviteiten van stekken met een vroegere datum dan de datum waarop betrokken eigendom opgenomen is in het geïnfecteerd gebied;
Dat in het voorlopige dringende advies van het FAVV van 2 maart 2020 (dossier SciCom 2020/06) wordt bepaald dat momenteel een herneming van de bosbouwactiviteiten kan worden toegestaan, op voorwaarde dat aan de technische voorwaarden wordt voldaan;
Dat deze beoordeling en de herneming van de activiteiten gebaseerd is op een reeks factoren die werden ontwikkeld in het dringende uitgebrachte advies (Wetenschappelijk Comité van het FAVV - dringend advies nr. 03-2020 - Herbeoordeling van de risico's op verspreiding in de wilde fauna en het introduceren van de Afrikaanse varkenspest in Belgische varkensfokkerijen in verband met een voorwaardelijke herneming van de bosbouwactiviteiten in zone II, SciCom 2020/06, blz. 13-15), met inbegrip van met name de sociaal-economische gevolgen van de noodzakelijke maatregelen die het Waalse Gewest heeft genomen voor de bosbouwactiviteiten en die ook doeltreffend worden geacht, de verspreiding van de schorskevers ondanks de toegestane afwijkingen, de windworpschade veroorzaakt door de recente stormen (januari en februari 2020), de schade aan jonge scheuten door populaties van andere wilde dieren dan everzwijnen en een semikwantitatieve evaluatie van de verschillende wijzen van overbrenging van het virus;
Dat, volgens het dringende advies uitgebracht door het Wetenschappelijk Comité van het FAVV, het hernemen van de bosbouwactiviteiten niettemin wordt overgelaten aan het oordeel van de risicobeheerder, in dit geval het Waalse Gewest, en in geen geval in strijd kan zijn met de absolute noodzaak om de ontvolking van everzwijnen en de verwijdering van hun lijken in de geïnfecteerde gebieden voort te zetten en te handhaven;
Dat het dringende advies van het Wetenschappelijk Comité van het FAVV zal worden herzien in geval een nieuw kadaver van een vers wild zwijn wordt aangetroffen, of van afgeschoten of in vallen gevangen genomen wilde zwijnen die positief blijken te zijn voor de AVP;
Dat deze nieuwe elementen een aanpassing van de beslissingen en maatregelen aangenomen door het Waalse Gewest of de aanneming van nieuwe maatregelen vereisen;
Dat deze verschillende parameters om redenen die inherent zijn aan de evolutie van de ziekte, de omvang van het betrokken grondgebied, het laatste voorlopige dringende advies van het Wetenschappelijk Comité van het FAVV en de noodzaak om het hernemen van de bosbouwactiviteiten te verzekeren, evolutief zijn en niet volledig kunnen worden geanticipeerd;
Bijgevolg zouden de gegevens reeds voorbijgestreefd zijn bij het inachtnemen van een termijn van dertig dagen voor het aanvragen van het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State;
De ingeroepen dringende noodzakelijkheid is vervuld;
Gelet op advies 67.104/7 van de Raad van State, gegeven op 18 maart 2020, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat, overeenkomstig Richtlijn 2002/60 van de Raad van 27 juni 2002 houdende specifieke bepalingen voor de bestrijding van Afrikaanse varkenspest en houdende wijziging van Richtlijn 92/119/EEG met betrekking tot gecontamineerde varkensverlamming (Teschenerziekte) en Afrikaanse varkenspest, sinds de bevestiging, op 13 september 2018, van een primair geval van Afrikaanse varkenspest onder wilde zwijnen het Waalse Gewest ertoe verplicht is, onmiddellijk meerdere drastische maatregelen in het geïnfecteerde gebied te nemen om, in de eerste plaats, de verspreiding van de ziekte naar niet-geïnfecteerde bosgebieden en het introduceren van de ziekte in varkensfokkerijen af te remmen en te...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI