23 JUNI 2016. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van Deel VIII van Boek I van het Milieuwetboek, wat betreft de aanwijzing van personeelsleden vaststellers inzake bodems, pesticiden, landbouw en riviervisserij

De Waalse Regering,

Gelet op boek I van het Milieuwetboek, artikelen D.139, 4°, D.140, §§ 1 en 2, tweede lid, 3°, en D.159, § 1, vierde lid;

Gelet op het regelgevend deel van Boek I van het Milieuwetboek;

Gelet op het rapport opgesteld overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen op 17 juni 2015;

Gelet op het overleg tussen de Gewestelijke regeringen en de Federale overheid, gepleegd op 15 juli 2015;

Gelet op het advies nr. 59.274/4 van de Raad van State, gegeven op 12 mei 2016, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 juni 2016;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 23 juni 2016;

Gelet op het Waalse landbouwwetboek, artikelen D.390, D.396 tot D.398;

Overwegende dat de bevoegdheden van sommige personeelsleden van het Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu aangevuld moeten worden i.v.m. de opsporing en de vaststelling van overtredingen van de bepalingen van het decreet van 5 december 2008 betreffende het bodembeheer en de desbetreffende uitvoeringsbesluiten;

Overwegende dat het decreet van 27 maart 2014 betreffende de riviervisserij, het visbeleid en de visserijstructuren in werking is getreden op 1 januari 2016; dat dat decreet het repressieve kader inzake visserij gedeeltelijk heeft gewijzigd; dat, om elke discussie te voorkomen inzake de bevoegdheid van de personeelsleden van het Departement Natuur en Bossen en van de personeelsleden van het Departement Politie en Controles, het noodzakelijk is te bevestigen dat ze bevoegd zijn om op te treden in de hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie wat die aangelegenheid betreft; dat die bevestiging zo snel mogelijk moet geschieden om elke juridische onzekerheid te voorkomen en om een eventueel gebrek aan vervolgingen op dat vlak te verhelpen;

Overwegende voor het overige dat het met het oog op de vereenvoudiging van de procedures past om die hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie uit te breiden tot alle aangelegenheden waarvoor ze bevoegd zijn;

Overwegende dat hun bevoegdheid ook bevestigd moet worden wat betreft de regelgeving op de pesticiden, waarvoor ze al bevoegd zijn overeenkomstig de wet op het natuurbehoud;

Overwegende, tot slot, dat ze ertoe gemachtigd...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT