23 APRIL 2017. - Koninklijk besluit betreffende de verzameling en de bewaring van en de toegang tot de gegevens in verband met de herkomst van de geadopteerde

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, strekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 368-6 van het Burgerlijk Wetboek, tot regeling van de verzameling en de bewaring van en de toegang tot de gegevens in verband met de herkomst van de geadopteerde waarover de bevoegde centrale autoriteiten beschikken.

  1. Context

    Naar analogie van artikel 30 van het Verdrag inzake de internationale samenwerking en de bescherming van kinderen op het gebied van de interlandelijke adoptie, gedaan te Den Haag op 29 mei 1993, zijn de bevoegde autoriteiten krachtens artikel 368-6 van het Burgerlijk Wetboek verplicht de gegevens te bewaren en toegang ertoe te verlenen, zulks om de geadopteerde later de mogelijkheid te bieden, indien hij dit wenst, zijn herkomst te achterhalen. In België zijn zowel het federale niveau als de gemeenschappen bevoegd voor adoptie. De gemeenschappen zijn bevoegd voor de voorbereiding op de adoptie, de begeleiding van de matching en de nazorg na de adoptie die inzonderheid het achterhalen van de herkomst omvat. De federale centrale autoriteit is bevoegd voor de erkenning en/of de registratie in België van in het buitenland tot stand gekomen adopties.

    Aangezien verschillende centrale autoriteiten, opgericht bij de wet van 24 april 2003 tot hervorming van de adoptie, dus bevoegd zijn voor de regeling van de toegang tot de gegevens waarover zij in verband met adoptie beschikken, beoogt het koninklijk besluit de harmonisatie mogelijk te maken van de handelwijzen, vooral tussen het federale niveau en de gemeenschappen, zulks met het oog op coherentie. Thans beheren de "Autorité Centrale Communautaire" (Franstalige centrale autoriteit) en de Vlaamse Centrale Autoriteit in de praktijk reeds het achterhalen van de herkomst (bevoegdheid die valt onder de begeleiding na de adoptie).

    Het koninklijk besluit heeft dan ook betrekking op de aangelegenheden inzake de verzameling en de bewaring van en de toegang tot de gegevens in verband de herkomst van de geadopteerde voor de dossiers waarover de centrale autoriteiten beschikken, maar ook op de aangelegenheden inzake de praktische nadere regels zoals de identiteit van de persoon die aanspraak kan maken op die gegevens, de leeftijd van de geadopteerde, de mogelijkheid inzake begeleiding van de geadopteerde, de nadere regels inzake de formulering van het verzoek van de geadopteerde en de recuperatie van het archief.

  2. Artikelsgewijze bespreking

    Artikel 1

    Paragraaf 1 bepaalt dat het koninklijk besluit van toepassing is op adoptiedossiers. De bevoegde autoriteiten zorgen voor de bewaring van de gegevens die vervat zijn in het verslag over het kind, en inzonderheid op de identiteit van de biologische vader en moeder van de geadopteerde en op de gegevens in verband met zijn medisch verleden en dat van zijn familie. Er moet niettemin worden opgemerkt dat de overgezonden gegevens per dossier verschillen. Voor de interlandelijke adoptie zijn de Belgische autoriteiten rechtstreeks afhankelijk van de door de Staat van herkomst overgezonden gegevens. Voor de binnenlandse adoptie zijn de geadopteerden afhankelijk van de door hun familie van herkomst overgezonden informatie

    In paragraaf 2 is de minimale termijn bepaald waarbinnen de bevoegde autoriteiten die gegevens moeten bewaren.

    Artikel 2 beperkt in zijn paragraaf 1 de toegang tot de gegevens in verband met de adoptie tot de geadopteerde en zijn wettelijke vertegenwoordiger (s).

    Paragraaf 2 voorziet in professionele begeleiding van de minderjarige geadopteerde. Het is uiteraard het opzet om zoveel mogelijk de moeilijkheden te voorkomen die voor de geadopteerde zouden kunnen voortvloeien uit de kennisneming van de gegevens in verband met zijn herkomst.

    Paragraaf 3 biedt gewoon de mogelijkheid voor een meerderjarige geadopteerde om een beroep te kunnen doen op professionele begeleiding indien hij dat wenst.

    Artikel 3 voorziet erin dat enkel de gegevens over de herkomst van de geadopteerde, in het bijzonder over de identiteit van zijn biologische moeder en biologische vader, evenals de gegevens over het medisch verleden van de geadopteerde en zijn familie aan hem kunnen worden overgezonden. Er worden dus enkel de gegevens beoogd die de geadopteerde kunnen helpen om zijn geschiedenis te construeren en aldus worden inzonderheid de kopie van het geschiktheidsvonnis en het verslag van het openbaar ministerie (waarin over het algemeen de inhoud van het maatschappelijk onderzoek is opgenomen), dat uitsluitend de adoptanten betreft, uitgesloten.

    De kennisneming van de gegevens in verband met de herkomst kan alleen plaatsvinden in het licht van een evenwicht tussen de rechten en de belangen van de verschillende betrokken personen. De inachtneming van een zekere vertrouwelijkheid die eigen is aan de bescherming van de belangen van de families is wenselijk waarbij aan de geadopteerde de essentiële gegevens worden verstrekt die hem de mogelijkheid bieden zijn geschiedenis te construeren.

    Artikel 4, paragraaf 1, preciseert de praktische voorwaarden waaraan de formulering van het verzoek moet...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT