22 FEBRUARI 2024. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende opstartsteun voor een ondernemingsproject

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,Gelet op de ordonnantie van 3 mei 2018 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen, de artikelen 3, 4, 30, 31 en 49;Gelet op de ordonnantie van 13 oktober 2023 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling en transitie van ondernemingen, de artikelen 3, 4, 15, 28 en 40;Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 24 januari 2019 betreffende de steun voor pre-activiteit;Gelet op het ministerieel besluit van 18 maart 2019 tot bepaling van de inhoud van de begeleiding en de modaliteiten van de overeenkomst in het kader van de preactiviteitssteun;Gelet op het ministerieel besluit van 18 maart 2019 houdende de aanwijzing van de begeleidingsinstellingen in het kader van de preactiviteitssteun;Gelet op de gelijkekansentest, opgesteld op 5 juni 2023 overeenkomstig artikel 2, § 1, 1°, van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest;Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 juni 2023;Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 21 augustus 2023;Gelet op het advies van Brupartners, gegeven op 1 december 2023;Gelet op de aanvraag om advies, binnen een termijn van 30 dagen, ingediend bij de Raad van State op 22 januari 2024, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;Gelet op de beslissing van de Raad van State van 25 januari 2024, de aanvraag om advies met rolnummer 75.427/1 van de rol af te voeren, overeenkomstig artikel 84, § 5, van dezelfde wetten;Op voorstel van de Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Economie,Na beraadslaging,Besluit :HOOFDSTUK I. - DefinitiesArtikel 1. Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder:1° ordonnantie : de ordonnantie van 13 oktober 2023 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling en Transitie van ondernemingen;2° minister: de minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Economie;3° de-minimisverordening: de verordening (EU) 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun of de verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector, naar gelang de activiteit die de begunstigde beoogt uit te oefenen;4° BAO: het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap bedoeld in de ordonnantie van 23 november 2023 houdende de omzetting, reorganisatie en naamswijziging van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven in het Brussels Agentschap voor het Ondernemerschap;5° BEW: Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel.6° bakfiets: de rijwielen en elektrisch gemotoriseerde rijwielen als bedoeld in artikel 2, 2.15.1 en 2.15.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, ontworpen voor het groot vrachtvervoer met behulp van een container of een ingebouwd platform met een minimumlaadvermogen van 100 kg en die, als die is uitgerust met elektrische ondersteuning, een maximaal vermogen van 250W heeft en wordt onderbroken wanneer de bakfiets een maximumsnelheid van 25 km/h bereikt;7° fietskar: fietskarren voor bedrijfsfietsen voor goederenvervoer met een minimumlaadvermogen van 50 kg.De in dit besluit bedoelde bedragen zijn inclusief btw en belastingen van eender welke aard.HOOFDSTUK II. - Opstartsteun voor een ondernemingsprojectArt. 2. De minister verleent steun aan natuurlijke personen die een concreet project uitwerken om een onderneming op te richten, onder de voorwaarden bedoeld in de de-minimisverordening.Art. 3. De begunstigde:1° heeft een concreet ondernemingsproject, onderbouwd door een beschrijving van het project en een bedrijfsplan met inbegrip van een financieel plan;2° is ten minste 18 jaar oud;3° heeft op het moment van de steunaanvraag niet het sociaal statuut van zelfstandige, als bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandige, gehad, met uitzondering van het statuut van student-zelfstandige, als bedoeld in artikel 5quater van hetzelfde besluit;4° beoogt een activiteit uit te oefenen in een van de sectoren die in aanmerking komen voor de steun opgenomen in bijlage 1 van dit besluit en die niet uitgesloten is overeenkomstig diezelfde bijlage;5° heeft geen toekenningsbeslissing gekregen voor:a) een van de steunmaatregelen voor preactiviteit bedoeld in het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 24 januari 2019 betreffende de steun voor preactiviteit in de vijf jaar vóór de indiening van de steunaanvraag;b) steun bedoeld in het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 februari 2024 betreffende de steun voor ondernemers die actief zijn in een tewerkstellingscoöperatie in de 12 maanden vóór de indiening van de steunaanvraag;c) steun bedoeld in dit besluit in de vijf jaar vóór de indiening van de steunaanvraag;6° geniet begeleiding bij de oprichting van een onderneming door een structuur die erkend is overeenkomstig artikel 5 op de datum van de ondertekening van de begeleidingsovereenkomst bedoeld in artikel 7.HOOFDSTUK III. - Erkenning van de begeleidingsstructuren voor de oprichting van een ondernemingArt. 4. Zijn erkend voor begeleiding bij het opstarten van een onderneming:1° de activiteitencoöperaties erkend krachtens de ordonnantie van 21 november 2013 betreffende de erkenning van vennootschappen als activiteitencoöperatie met het oog op de toekenning van toelagen;2° de lokale economieloketten bedoeld in artikel 5 van de ordonnantie van 12 februari 2009 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de bedrijvencentra en de lokale economieloketten;3° het BAO.Art. 5. § 1. De minister kan andere begeleidingsstructuren voor de oprichting van een onderneming erkennen die voldoen aan de voorwaarden opgenomen in dit artikel. § 2. Om erkend te worden, voldoet de begeleidingsstructuur voor de oprichting van een onderneming aan de volgende voorwaarden:1° actief zijn in de sector van advies bij de oprichting van een onderneming;2° gepersonaliseerde begeleiding bieden die gericht is op de ontwikkeling van ondernemersvaardigheden, het ondernemersproject dichter bij de realiteit op het terrein brengen en het opstellen van een bedrijfsplan;3° ten minste over één voltijdsequivalent beschikken met expertise dankzij welke de adviesopdrachten bij de oprichting van een onderneming kunnen worden gewaarborgd, waarbij die expertise wordt aangetoond aan de hand van een cv;4° het kwaliteitscharter voor begeleiding hebben ondertekend, opgenomen in bijlage 2 van dit besluit en de beginselen ervan toepassen in het kader van het advies bij de oprichting;5° zich ertoe verbinden om met elke begunstigde een begeleidingsovereenkomst af te sluiten voor een periode...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT