22 APRIL 2016. - Wet tot omzetting van richtlijn 2014/49/EU inzake depositogarantiestelsels en houdende diverse bepalingen (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2. Deze wet voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2014/49/EU inzake de deposi-togarantiestelsels.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 25 april 2014 op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen

Art. 3. In artikel 3 van de wet van 25 april 2014 op het statuut van en het toezicht op kredietinstel-lingen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 december 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. de bepaling onder 22° wordt vervangen als volgt :

    "22° Garantiefonds, het Garantiefonds voor financiële diensten opgericht bij artikel 3 van het koninklijk besluit van 14 november 2008 tot uitvoering van de crisismaatregelen voorzien in de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, voor wat betreft de oprichting van het Garantiefonds voor financiële diensten;";

  2. in de bepaling onder 68° worden de woorden "en door een kredietinstelling uitgegeven schuldinstrumenten" vervangen door de woorden ", waaronder de op naam gestelde kasbonnen en de gedematerialiseerde en op nominatieve rekeningen geregistreerde kasbonnen,";

  3. in de bepaling onder 69° worden de woorden ", waaronder de op naam gestelde kasbon-nen en de gedematerialiseerde en op nominatieve rekeningen geregistreerde kasbonnen," ingevoegd tussen het woord "deposito's" en het woord "die".

    Art. 4. In artikel 380 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. in het eerste lid worden de woorden ", voor wat betreft de in België of in een lidstaat aan-gehouden deposito's," ingevoegd tussen het woord "moeten" en het woord "deelnemen";

    2. in het eerste lid worden de woorden ", wanneer een instelling in gebreke blijft, bepaalde categorieën van deposanten die geen bank- noch financieel bedrijf uitoefenen, een schadevergoeding toe te kennen" vervangen door de woorden "bepaalde categorieën van deposanten een schadevergoeding toe te kennen, wanneer het faillissement is uitgesproken of wanneer de toezichthouder de beslissing heeft genomen vermeld in artikel 381, tweede lid";

    3. het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zinnen :

      "De depositogarantieregeling heeft daarnaast de financiering van de afwikkeling van krediet-instellingen overeenkomstig artikel 384/1 tot doel. De afwikkelingsautoriteit stelt na overleg met het Garantiefonds het bedrag vast waarvoor de depositogarantieregeling aansprakelijk is. De financiële middelen van deze depositogarantieregeling kunnen tevens gebruikt worden ter fi-nanciering van maatregelen voor het veiligstellen van de toegang van deposanten tot gewaarborgde deposito's in het kader van het faillissement van de betrokken kredietinstelling. De Koning stelt de modaliteiten en voorwaarden vast voor het nemen van dergelijke maatregelen.";

    4. het vierde lid wordt vervangen als volgt :

      De deposanten bij bijkantoren die zijn gevestigd in België door kredietinstellingen die onder het recht van een andere lidstaat vallen, worden geïnformeerd en terugbetaald door het Garantiefonds namens en overeenkomstig de instructies van het depositogarantiestelsel van die an-dere lidstaat.

    5. het vijfde lid wordt vervangen als volgt :

      "Het Garantiefonds voert ten minste om de drie jaar en indien nodig vaker tests uit op zijn depositobeschermingsregeling. De eerste test vindt uiterlijk op 3 juli 2017 plaats."

      Art. 5. In artikel 381 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    6. in het eerste lid worden de woorden "zo spoedig mogelijk" ingevoegd tussen het woord "Garantiefonds" en het woord "ingeval";

    7. in de eerste zin van het tweede lid worden de woorden "waarmee het in gebreke blijven van een kredietinstelling naar Belgisch recht wordt vastgesteld" vervangen door de woorden "waarmee wordt vastgesteld dat een kredietinstelling naar Belgisch recht, om redenen die rechtstreeks verband houden met haar financiële positie, momenteel niet in staat blijkt te zijn de deposito's terug te betalen en daartoe ook op afzienbare termijn niet in staat lijkt te zijn";

    8. in de tweede zin van het tweede lid worden de woorden "zo spoedig mogelijk en in ieder geval" ingevoegd tussen het woord "geschiedt" en het woord "uiterlijk";

    9. het derde lid wordt vervangen als volgt :

      "Het Garantiefonds zorgt ervoor dat het terugbetaalbare bedrag beschikbaar is binnen een termijn van zeven werkdagen te rekenen vanaf de datum van de in het tweede lid bedoelde beslissing, dan wel de datum van de uitspraak van het faillissement van de kredietinstelling. De Koning kan een langere terugbetalingstermijn toestaan, die niet meer dan drie maanden mag bedragen indien de deposant niet de rechthebbende is van de bedragen op de rekening. De Koning kan tevens de terugbetaling uitstellen wanneer het onzeker is of een persoon gerechtigd is een terugbetaling te ontvangen, wanneer het deposito het onderwerp is van een rechtsgeschil of van beperkende maatregelen van nationale regeringen of internationale organen, wanneer er de afgelopen 24 maanden geen transactie heeft plaatsgevonden met betrekking tot het deposito, wanneer het terug te betalen bedrag geacht wordt deel uit te maken van een tijdelijk hoog saldo of wanneer het terug te betalen bedrag dient te worden uitbetaald door het depositogarantiestelsel van de lidstaat van herkomst.";

    10. de eerste zin van het vierde lid wordt vervangen als volgt :

      "De kredietinstelling of, als deze failliet is, de curator deelt te allen tijde en op verzoek van het Garantiefonds alle gegevens mee die het Garantiefonds nodig heeft om de deposito's terug te betalen, met inbegrip van de markeringen krachtens artikel 381/1 en het totale bedrag van de in aanmerking komende deposito's van elke deposant.".

      Art. 6. In dezelfde wet wordt een artikel 381/1 ingevoegd, luidende :

      "Art. 381/1. Kredietinstellingen markeren de in aanmerking komende deposito's zodanig dat die deposito's onmiddellijk te identificeren zijn. De nadere regels voor de markering worden vastgesteld door de Koning.".

      Art. 7. Artikel 382 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt :

      "Art. 382. De depositobeschermingsregeling ingesteld door het Garantiefonds voorziet, tot een bedrag van maximum 100 000 euro per deposant en per instelling die deelneemt aan deze regeling, in de terugbetaling van de deposito's, ongeacht de munteenheid waarin ze uitgedrukt zijn. De Koning past dit bedrag aan, teneinde het in overeenstemming te brengen met het bedrag dat de Europese Commissie vaststelt om rekening te houden met de inflatie in de Europese Unie.

      In aanvulling op het eerste lid, genieten de volgende deposito's een bescherming van meer dan 100 000 euro gedurende een periode bepaald bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, van ten minste drie maanden en ten hoogste twaalf maanden na creditering van het bedrag of vanaf het tijdstip waarop die deposito's wettelijk kunnen worden overgemaakt :

  4. deposito's die het resultaat zijn van onroerendgoedtransacties met betrekking tot particuliere woningen;

  5. deposito's die verband houden met bepaalde levensgebeurtenissen van een deposant en die, de bij een in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT