11 APRIL 2014. - Decreet houdende wijziging van diverse bepalingen inzake leerplichtonderwijs (1)

Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK I. - Bepaling houdende wijziging van de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs

Artikel 1. In artikel 4ter van de wet van 19 juli 1971 betreffende de algemene structuur en de organisatie van het secundair onderwijs, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. in paragraaf 2, vijfde lid, worden de woorden "kunnen één of meer enkelvoudige basisopties of een gegroepeerde basisoptie vervangen" vervangen door de woorden "kunnen één of meer enkelvoudige basisopties of een gegroepeerde basisoptie vervangen, onder voorbehoud van de toelating bedoeld bij artikel 58, § 7, van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs";

  2. paragraaf 2 wordt met het volgende lid aangevuld :

    "De leerlingen ingeschreven in een hogere kunstschool overeenkomstig de voorwaarden bepaald bij artikel 50 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 augustus 2013 houdende de algemene regeling van de studies in de hogere kunstscholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, kunnen één of meerdere enkelvoudige basisopties of één gegroepeerde basisoptie vervangen, onder voorbehoud van de toelating bedoeld bij artikel 58, § 7, van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs, door een equivalent aantal lestijden op het gebied van Muziek, zonder van het eerste lid, 1° tot 5°, af te kunnen wijken.";

  3. in paragraaf 3, achtste lid, worden de woorden "kunnen één of meer enkelvoudige basisopties of een gegroepeerde basisoptie vervangen » vervangen door de woorden « kunnen één of meer enkelvoudige basisopties of een gegroepeerde basisoptie vervangen, onder voorbehoud van de toelating bedoeld bij artikel 58, § 7, van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs »;

  4. paragraaf 3 wordt met het volgende lid aangevuld :

    De leerlingen ingeschreven in een hogere kunstschool kunnen, overeenkomstig de voorwaarden bepaald bij artikel 50 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 29 augustus 2013 houdende de algemene regeling van de studies in de hogere kunstscholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, één of meerdere enkelvoudige basisopties of één gegroepeerde basisoptie vervangen, onder voorbehoud van de toelating bedoeld bij artikel 58, § 7, van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 betreffende de organisatie van het secundair onderwijs, door een equivalent aantal lestijden op het gebied van Muziek, zonder van het eerste lid, 1° tot 3°, en het tweede lid af te kunnen wijken.

    Art. 2. In dezelfde wet wordt een artikel 4nonies ingevoegd, luidend als volgt :

    "Artikel 4nonies. - § 1. De leerlingen van het derde, vierde, vijfde en zesde jaar van het gewoon secundair onderwijs of van het gespecialiseerd secundair onderwijs van vorm 4 kunnen een individueel schoolverblijf verrichten in het buitenland of in een andere nationale taalgemeenschap.

    Deze individuele schoolverblijfdagen gebeuren in het kader van de Europese mobiliteitsprogramma's of programma's ingericht of erkend door de Regering.

    § 2. Deze individuele schoolverblijfdagen worden beschouwd als integraal deel uitmakend van het schooljaar tijdens welk ze plaatshebben. De klassenraad houdt rekening met de schoolresultaten van de mobiliteitsperiode in de globale evaluatie van de leerling, door inzonderheid te steunen op de informatie en de evaluaties meegedeeld door de onthaalschool gelegen in het buitenland of in een andere nationale taalgemeenschap.

    Opdat de mobiliteitsperiode door de klassenraad in aanmerking zou worden genomen, moet de betrokken leerling aan de volgende minimale voorwaarden voldoen :

  5. regelmatig and stipt les hebben gevolgd in de onthaalschool gedurende zijn individuele schoolverblijf;

  6. voor de schoolverblijfperiodes van meer dan drie maanden, een lesrooster hebben gevolgd in een onthaalschool die overeenstemt met de rooster die hij gevolgd zou hebben in zijn oorspronkelijke school in de Franse Gemeenschap;

  7. de regels eigen aan het betrokken mobiliteitsprogramma in acht te hebben genomen;

  8. voor de schoolverblijfperiodes van meer dan drie maanden, de pedagogische overeenkomst in acht te hebben genomen die vooraf door de klassenraad in overleg met de leerling en zijn wettelijke verantwoordelijke werd opgesteld.".

    HOOFDSTUK II. - Bepaling houdende wijziging van het koninklijk besluit nr. 49 van 2 juli 1982 betreffende de oprichtings-, behouds- en splitsingsnormen en de berekening van het urenkrediet van het secundair onderwijs van het type I en betreffende de fusie van instellingen en bepaalde personeelsbetrekkingen van de instellingen voor secundair onderwijs met volledig leerplan van type I en type II

    Art. 3. In artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit nr. 49 van 2 juli 1982 betreffende de oprichtings-, behouds- en splitsingsnormen en de berekening van het urenkrediet van het secundair onderwijs van het type I en betreffende de fusie van instellingen en bepaalde personeelsbetrekkingen van de instellingen voor secundair onderwijs met volledig leerplan van type I en type II, worden de woorden "en in de stelsels voor het onthaal en de scholarisatie van nieuwkomers, zoals bedoeld bij artikel 2, § 1, 2°, van het decreet van 18 mei 2012 betreffende de organisatie van een stelsel voor het onthaal en de scholarisatie van nieuwkomers in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde of gesubsidieerde onderwijs" na de woorden "in het gedifferentieerd eerste jaar".

    HOOFDSTUK III. - Bepalingen houdende wijziging van het koninklijk besluit nr. 184 van 30 december 1982 tot vaststelling van de wijze waarop voor de Rijksinstituten voor buitengewoon onderwijs de ambten worden bepaald van het paramedisch personeel en van het personeel, toegekend in het kader van het internaat

    Art. 4. In hoofdstuk III van het koninklijk besluit nr. 184 van 30 december 1982 tot vaststelling van de wijze waarop voor de Rijksinstituten voor buitengewoon onderwijs de ambten worden bepaald van het paramedisch personeel en van het personeel, toegekend in het kader van het internaat, wordt een artikel 15/3 ingevoegd, luidend als volgt :

    "Artikel 15/3. - De overblijvende lestijden na aanrekening op het lestijdenpakket van de lestijden toegekend aan ieder lid van het paramedisch, sociaal, psychologisch, hulpopvoedend en administratief personeel, overeenkomstig de regels verwoord in dit hoofdstuk, vormen het overschot.".

    Art. 5. In hoofdstuk IIIbis van hetzelfde koninklijk besluit, wordt een artikel 15quater, luidend als volgt, ingevoegd :

    "Artikel 15quater. - De overblijvende lestijden na aanrekening op het lestijdenpakket van de lestijden toegekend aan ieder lid van het paramedisch, sociaal, psychologisch, hulpopvoedend en administratief personeel, overeenkomstig de regels verwoord in dit hoofdstuk, vormen het overschot.".

    Art. 6. In hetzelfde koninklijk besluit wordt een hoofdstuk IIIter ingevoegd, luidend als volgt :

    "Hoofdstuk IIIter - Aanwending van de overschotten

    Artikel 15quinquies. - De Regering, volgens nader door haar bepaalde regels, kan het overdragen toelaten van een overschot tussen internaten, opvanghuizen en huizen voor permanent onthaal na raadpleging van het basisoverlegcomité.

    Artikel 15sexies. - De overschotten kunnen niet aan een onderwijsinrichting afgestaan worden.

    Artikel 15septies. -...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT