20 DECEMBER 2018. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de uitzonderlijke toekenning van subsidies aan scholen voor de uitvoering van werken voor de verbetering van de energieperformantie en het rationeel energiegebruik in de gebouwen ('UREBA exceptionnel PWI')
De Waalse Regering,
Gelet op het decreet van 9 december 1993 betreffende de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën, artikelen 7 en 8;
Gelet op het advies van de beleidsgroep "Energie", gegeven op 27 april 2018;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 mei 2018;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 24 mei 2018;
Gelet op het rapport van 22 mei 2018 opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op het advies nr. 64.676/4 van de Raad van State, gegeven op 10 december 2018, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Energie;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijving
Artikel 1. In de zin van dit besluit wordt verstaan onder:
-
Minister: de Minister bevoegd voor het energiebeleid;
-
Administratie : het Departement Energie en Duurzaam Gebouw van het Operationeel directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting, Erfgoed en Energie van de Waalse Overheidsdienst;
-
aanvrager : de school bedoeld in artikel 1, 4°, van het decreet van 9 december 1993 betreffende de steun en de tegemoetkomingen van het Waalse Gewest voor de bevordering van rationeel energiegebruik, energiebesparingen en hernieuwbare energieën en in meer bepaald van het verplicht onderwijs (voorschools, basis- en secundair onderwijs);
-
energieprestatie van een gebouw: de energieprestatie van een gebouw bedoeld in artikel 2, 1°, van het decreet van 28 november 2013 betreffende de energieprestatie van gebouwen;.
-
werken voor de verbetering van energieprestatie van een gebouw: de werken vermeld in bijlage 2 en die verband houden met de verbetering van de bouwschil, de installatie en de verbetering van het ventilatiesysteem, waarbij rekening gehouden wordt met het thermisch comfort 's winters en 's zomers en de kwaliteit van de binnenlucht en die resulteren in een verbeterde energieprestatie van een gebouw;
-
Actieplan ten voordele van duurzame Energie: het in het kader van het Convenant van burgemeesters aangenomen actieplan, dat door het Convenant van burgemeesters gevalideerd is of dat nog gevalideerd moet worden;
-
Actieplan ten voordele van duurzame Energie en Klimaat: het in het kader van het Convenant van burgemeesters aangenomen actieplan, dat door het Convenant van burgemeesters gevalideerd is of dat nog gevalideerd moet worden.
HOOFDSTUK II. - Toekenningsvoorwaarden voor de subsidie
Art. 2. § 1er. Voor de gebouwen die sinds minstens twintig jaar zijn opgetrokken op de datum van indiening van de subsidieaanvraag kan er binnen de perken van de begrotingskredieten bepaald overeenkomstig artikel 5, § 9, van het decreet van 23 maart 1995 tot oprichting van een Gewestelijk Hulpcentrum voor gemeenten dat moet zorgen voor de opvolging en de controle op de beheersplannen van de gemeenten en provincies en dat het financiële evenwicht van de gemeenten en provincies van het Waalse Gewest moet helpen handhaven, door de Minister een subsidie toegekend worden aan de aanvragers voor de uitvoering van werken voor de verbetering van de energieprestatie van een gebouw, met inachtneming van volgende voorwaarden:
-
de aanvrager die de subsidie aanvraagt, is eigenaar van de ingevoegde of gerenoveerde bestanddelen en beschikt over een zakelijk hoofdrecht of een gesplitst zakelijk recht zoals het vruchtgebruik-, erfpacht- of opstalrecht van negen jaar of meer op het gebouw;
-
op de datum van indiening van de subsidieaanvraag wordt het gebouw bestemd voor een onderwijsopdracht;
-
de subsidieaanvraag wordt uiterlijk op 30 juni 2019 ingediend.
De bestemming bedoeld in lid 1, 2°, wordt in stand gehouden voor een minimumduur van drie jaar te rekenen van de voorlopige oplevering van de werken waarvoor de subsidie is toegekend.
§ 2. Enkel de werken waarvoor de regelgeving inzake overheidsopdrachten is nageleefd komen in aanmerking.
Art. 3. De grondslag voor de berekening van de subsidie wordt bepaald met als ijkpunt de gezamenlijke in aanmerking komende kosten, BTW inbegrepen.
Onder kosten die in aanmerking komen voor de verbetering van de energieprestatie van een gebouw, dienen de aankoop en de installatie van materialen of uitrustingen met het oog op de verbetering van de energieprestatie van een gebouw te worden verstaan.
Art. 4. § 1. Het percentage dat geldt als grondslag voor de berekening van het subsidiebedrag bedraagt:
-
75 procent van de in aanmerking komende kosten;
-
80 procent van de in aanmerking komende kosten indien de aanvrager deelneemt aan een Actieplan ten voordele van duurzame Energie of een Actieplan ten voordele van duurzame Energie en Klimaat.
Als er voor de investeringen andere subsidies verleend worden door de Gemeenschappen, het Gewest, de Provincies of de Gemeenten, wordt het percentage bepaald in lid 1 berekend op het deel van de investeringen dat niet onder die andere subsidies valt.
§ 2. Om in aanmerking te kunnen komen voor de subsidie bedoeld in paragraaf 1, dient het bedrag van de in aanmerking komende kosten minstens gelijk te zijn aan 10.000 euro.
In afwijking van lid 1 wordt een aanvraag met betrekking tot de uitvoering van identieke werken in meerdere gebouwen aanvaard zelfs als het bedrag van de in aanmerking komende kosten per gebouw het bedrag van 10.000 euro niet bereikt, op voorwaarde dat het samengevoegde bedrag van de in aanmerking komende kosten minstens gelijk is aan die som en die werken deel uitmaken van...
-
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI