20 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 16, eerste lid, 1), van de wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen voor het jaar 2019

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen, artikel 16, eerste lid, 1);

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke besturen van de Dienst voor de bijzondere socialezekerheidsstelsels, gegeven op 12 september 2016;

Gezien de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 7 december 2016;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 12 december 2016;

Overwegende dat de basispensioenbijdragevoet tot financiering van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen voor de eerstkomende drie jaren gekend moet zijn voor de bij het fonds aangesloten besturen zodat krachtens artikel 16, eerste lid, 1) van voornoemde wet van 24 oktober 2011 de basispensioenbijdragevoet voor het derde volgende kalenderjaar, zijnde het jaar 2019, moet worden vastgesteld;

Overwegende dat, bij ons besluit van 13 maart 2016 tot uitvoering van artikel 16, eerste lid, 1), van voornoemde wet van 24 oktober 2011, de basispensioenbijdragevoet van het Gesolidariseerde pensioenfonds van de provinciale en plaatselijke besturen voor het jaar 2018 vastgesteld werd op 41,50 %;

Overwegende dat de budgettaire situatie van het Gesolidariseerd Pensioenfonds vereist dat voor het jaar 2019 dezelfde basispensioenbijdragevoet wordt behouden als voor het jaar...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT