2 MEI 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de vaststelling van de werkgeversbijdrage in de vervoerskosten (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de vaststelling van de werkgeversbijdrage in de vervoerskosten.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 2 mei 2017.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

K. PEETERS

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Subcomité voor de houthandel

Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2016

Vaststelling van de werkgeversbijdrage in de vervoerskosten (Overeenkomst geregistreerd op 1 juli 2016 onder het nummer 133524/CO/125.03)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de houthandel, alsook op de werklieden die zij tewerkstellen.

Onder "werklieden" verstaat men : de arbeiders en arbeidsters.

HOOFDSTUK II. - Tegemoetkoming in de vervoerskosten tussen de woonplaats en de werkplaats

Art. 2. Vanaf 1 januari 2016 hebben de werklieden voor hun verplaatsing tussen de woonplaats en de werkplaats, ten laste van de werkgever, recht op de terugbetaling van de gedragen kosten ten belope van 80 pct. van de prijs van de maandelijkse treinkaart gedeeld door 0,77, ongeacht het vervoermiddel, openbaar of privé, en dit vanaf de eerste kilometer.

Art. 3. Aan de ondernemingen wordt aanbeloven om zonder bijkomende kosten een derdebetalersregeling...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT