18 DECEMBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van maatregelen om de ondersteuning van personen met een handicap te continueren in periodes van opflakkering van COVID-19

Rechtsgronden

Dit besluit is gebaseerd op:

- het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, artikel 8, 2° en 3°, gewijzigd bij het decreet van 25 april 2014, en 7°, en 12°, ingevoegd bij decreet van 25 april 2014, artikel 19, vervangen bij het decreet van 25 april 2014, en artikel 23, tweede lid, ingevoegd bij het decreet van 25 april 2014 en gewijzigd bij het decreet van 8 juni 2018;

- het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap, artikel 11.

Vormvereisten

De volgende vormvereisten zijn vervuld:

- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 17 december 2020.

- Er is geen advies gevraagd aan de Raad van State, met toepassing van artikel 3, § 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. Er is een dringende noodzakelijkheid omdat het door de tweede coronagolf nodig is om duidelijkheid te bieden aan voorzieningen en aan personen met een handicap over de initiatieven die zijn genomen om de ondersteuning van personen met een handicap maximaal te continueren en om tegemoet te komen aan de financiële gevolgen van de coronamaatregelen, zowel voor de voorzieningen als voor de personen met een handicap, tijdens periodes van een opflakkering van COVID-19 waarin de federale, regionale provinciale of lokale overheden maatregelen nemen die een impact hebben op de mogelijkheid om zorg en ondersteuning te bieden.

Initiatiefnemer

Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding.

Na beraadslaging,

DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. agentschap: het agentschap, vermeld in artikel 2, 1°, van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap;

  2. besluit van 15 december 2000: het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000 houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijke-assistentiebudget aan personen met een handicap;

  3. besluit van 4 februari 2011: het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2011 betreffende de algemene erkenningsvoorwaarden en kwaliteitszorg van voorzieningen voor opvang, behandeling en begeleiding van personen met een handicap;

  4. besluit van 24 juni 2016: het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders;

  5. bijstandsorganisatie: een bijstandsorganisatie als vermeld in artikel 1, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2015 houdende de vergunningsvoorwaarden en de subsidieregeling van bijstandsorganisaties om budgethouders bij te staan in het kader van persoonsvolgende financiering;

  6. budgethouder van een PAB: een budgethouder als vermeld in artikel 1, § 1, 4°, van het besluit van 15 december 2000;

  7. collectief overleg: het collectief overlegorgaan van de voorziening, vermeld in artikel 1, 3°, van het besluit van 4 februari 2011, of de collectieve inspraak voor de gebruikers of hun vertegenwoordigers, vermeld in artikel 30 van het voormelde besluit;

  8. dienst Ondersteuningsplan: een dienst Ondersteuningsplan als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 september 2011 betreffende de erkenning en subsidiëring van diensten Ondersteuningsplan en een mentororganisatie voor het voortraject van personen met een handicap;

  9. dienst rechtstreeks toegankelijke hulp: een voorziening die erkend is voor de uitbouw van rechtstreeks toegankelijke hulp conform artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2013 betreffende rechtstreeks toegankelijke hulp voor personen met een handicap;

  10. gebruiker: de persoon met een handicap die een beroep doet op rechtstreeks toegankelijke hulp of niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning van een voorziening;

  11. individuele dienstverleningsovereenkomst: de individuele dienstverleningsovereenkomst, vermeld in artikel 9 van besluit van 4 februari 2011;

  12. minister: de Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een beperking;

  13. multifunctioneel centrum voor minderjarigen: een multifunctioneel centrum voor minderjarigen als vermeld in artikel 1, 6°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap;

  14. PAB: een PAB als vermeld in artikel 1, § 1, 3°, van het besluit van 15 december 2000;

  15. persoonsvolgend budget: een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning als vermeld in hoofdstuk 5 van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap;

  16. vergunde zorgaanbieder: een aanbieder van zorg en ondersteuning die vergund is door het agentschap conform het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap;

  17. vertegenwoordiger: de wettelijke vertegenwoordiger of, als de persoon met een handicap rechtelijk beschermd is met toepassing van de wet van 17 maart 2013 tot hervorming van de regelingen inzake onbekwaamheid en tot instelling van een nieuwe beschermingsstatus die strookt met de menselijke waardigheid, de bewindvoerder of bewindvoerders met vertegenwoordigingsbevoegdheid;

  18. voorziening: een voorziening als vermeld in artikel 4, eerste lid, 1° tot en met 3° van het besluit van 4 februari 2011;

  19. voucher: een voucher...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT