17 MAART 2024. - Koninklijk besluit tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de prenormalisatie, de Normen-Antennes en de postnormalisatie en tot opheffing van het koninklijk besluit van 10 november 2005 tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de collectieve centra

VERSLAG AAN DE KONINGSire,Wij hebben de eer Uwe Majesteit een koninklijk besluit voor te leggen tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de prenormalisatie, de Normen-Antennes en de postnormalisatie en tot opheffing van het koninklijk besluit van 10 november 2005 tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de collectieve centra.1. Algemene toelichtingDit besluit vervangt het koninklijk besluit van 10 november 2005 tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de collectieve centra.Dit besluit vertrouwt bijkomende opdrachten aan het Bureau voor Normalisatie (artikelen 2 en 3) overeenkomstig artikel VIII.4, 11°, van het Wetboek van economisch recht. De FOD Economie is aangewezen om bepaalde taken te vervullen (artikelen 4 en 15) op basis van artikel 37 de Grondwet.Dit besluit legt geen verplichtingen of opdrachten op aan de collectieve centra. Het stelt alleen de voorwaarden vast waaraan moet worden voldaan om van de subsidies te kunnen genieten.Dit besluit organiseert de financiering van de door de collectieve centra uitgevoerde acties die enerzijds gericht zijn op de ontwikkeling van technische kennis om relevantere normen op te stellen, en anderzijds op de bewustmaking en de voorlichting van kmo's over normen en normalisatie.De taakverdeling tussen het Bureau voor Normalisatie en de FOD Economie is in overeenstemming gebracht met de praktijk, waarbij de FOD Economie de beoordeling en de wetenschappelijke controletaken uitvoert die aan het Bureau voor Normalisatie waren toevertrouwd.Het is ook bedoeld om de ondersteunde acties en de procedures voor de selectie en opvolging van deze acties te verduidelijken en omkaderen.Het koninklijk besluit is aangepast rekening houdend met de opmerkingen van de Raad van State geformuleerd in zijn advies 72.215/1 van 4 november 2022.2. Artikelsgewijze besprekingArtikel 1Dit artikel definieert verschillende nuttige begrippen zoals de actoren die in het kader van dit besluit tussenkomen en de acties waarvoor subsidies kunnen worden toegekend.Artikel 2Dit artikel vertrouwt de taak aan het Bureau voor Normalisatie toe om acties van collectieve centra te ondersteunen.Naar aanleiding van het advies 72.215/1 van 4 november 2022 van de Raad van State werd in het tweede lid verduidelijkt dat het besluit geen algemene verplichtingen voor collectieve centra voorziet maar wel subsidievoorwaarden.Artikelen 3 en 4Deze artikelen specifiëren de acties die respectievelijk door het Bureau voor Normalisatie en de FOD Economie moeten worden uitgevoerd in het kader van de opdrachten van dit besluit.In artikel 4, 2°, betekent het controleren van de afstemming van de activiteitenperiodes binnen het begrotingsjaar dat de FOD Economie nagaat dat de projecten van start gaan tijdens het jaar bepaald door de begrotingswet.Artikelen 5 tot 8 en 12Deze artikelen voorzien subsidievoorwaarden; ze stellen vast wat de begunstigen moeten doen vóór, tijdens en na de uitvoering van de acties. Artikelen 9 tot 11Deze artikelen specifiëren de criteria voor de beoordeling van de relevantie van de verschillende toelageaanvragen met het oog op hun rangschikking en selectie.Overeenkomstige het advies 72.215/1 van de Raad van State wordt een regeling voor de oprichting van nieuwe Normen-Antennes in artikel 9 toegevoegd en worden de criteria voor de beoordeling en de berekening van de subsidie bepaald in de artikelen 9 tot 11.Artikel 12Artikel 12 geeft nu duidelijker de verschillende termijnen aan waarbinnen de verslagen moeten worden ingediend.Artikel 13Dit artikel bepaalt de voorwaarden waaraan de begunstigen moeten voldoen.Punt 2° van dit artikel beperkt geenszins de mogelijkheid om de verspreiding van de resultaten van de acties uit te breiden.In punt 6° van dit artikel betekent de evenredigheid dat de bijdrage niet uniek moet zijn om rekening houden met de grootte van de onderneming via vaste bedragen of een berekeningsformule die rekening houdt met ofwel het aantal werknemers, de loonsom, de omzet, enz.Artikel 14Dit artikel geeft een vermoeden van overeenstemming met de in artikel 13 bedoelde voorwaarden aan de centra die opgericht worden in toepassing van de besluitwet van 30 januari 1947 tot vaststelling van het statuut van oprichting en werking van de centra, belast met de bevordering en de coördinatie van de technische vooruitgang van de verschillende takken van 's lands bedrijfsleven, door het wetenschappelijk onderzoek.Dit vermoeden wordt verklaard door de erkenningsvoorwaarden van deze centra in het kader van deze besluitwet, die vergelijkbaar zijn met die van dit besluit.Artikel 15Dit artikel voorziet een driejaarlijkse controle door de FOD Economie op de naleving van de voorwaarden bedoeld in artikel 13.Artikelen 16 tot 17Behoeven geen commentaar.Ik heb de eer te zijn,Sire,Van Uwe Majesteit,de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar,De Minister van Economie,P.-Y. DERMAGNERaad van Stateafdeling WetgevingAdvies 72.215/1 van 4 november 2022 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de prenormalisatie en de Normen-Antennes' Op 20 september 2022 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Economie verzocht binnen een termijn van dertig dagen, verlengd tot 4 november 2022, een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de prenormalisatie en de Normen-Antennes'.Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 27 oktober 2022 . De kamer was samengesteld uit Marnix Van Damme, kamervoorzitter, Chantal Bamps en Inge Vos, staatsraden, Johan Put, assessor, en Wim Geurts, griffier.Het verslag is uitgebracht door Dries Van Eeckhoutte, eerste auditeur.De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Inge Vos, staatsraad .Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 4 november 2022 .1. Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich toegespitst op het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan.STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP2. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit organiseert de financiering van de door de collectieve centra uitgevoerde acties die enerzijds gericht zijn op de ontwikkeling van technische kennis om relevantere normen op te stellen, en anderzijds op de bewustmaking en de voorlichting van kmo's over normen en normalisatie.Hierbij wordt vooreerst de taakverdeling tussen het Bureau voor Normalisatie (NBN) en de FOD Economie in overeenstemming gebracht met de praktijk, waarbij de FOD Economie de beoordeling en de wetenschappelijke controletaken uitvoert die aan het NBN waren toevertrouwd.Daarnaast worden in het ontwerp ook een aantal concepten en procedures verduidelijkt, met name wat betreft de uitgevoerde acties en de begunstigden.De ontworpen regeling is bedoeld om in de plaats te komen van het koninklijk besluit van 10 november 2005 `tot toekenning aan het Bureau voor Normalisatie van gedelegeerde opdrachten met betrekking tot de collectieve centra', dat wordt opgeheven (artikel 17 van het ontwerp).3. Gevraagd om het ontwerp nader toe te lichten nu het wetgevingsdossier geen nadere toelichting bevatte, verduidelijkte de gemachtigde de strekking van het ontwerp als volgt:"Het hoofddoel van het bovenvermelde ontwerp is het herdefiniëren van de verdeling van de verantwoordelijkheden voor de uitvoering van bepalingen voorzien in het huidige koninklijk besluit dat het moet vervangen. We maken van deze gelegenheid gebruik om ook bepaalde concepten te verduidelijken of te definiëren.Het lijkt aangewezen dat het eerder de FOD Economie is die de afstemming van de voorgestelde projecten met het normalisatiebeleid van de Minister beoordeelt, dan het NBN.Het grote aantal wijzigingen leidde tot de keuze voor een nieuw en geherstructureerd besluit omwille van de leesbaarheid.Artikel 1 definieert verschillende nuttige begrippen zoals de actoren die in het kader van dit besluit tussenkomen en de acties waarvoor subsidies kunnen worden toegekend.Artikel 2 vertrouwt de taak toe om acties [te] ondersteunen die door de begunstigden, namelijk de collectieve centra, worden uitgevoerd zoals het huidige besluit.Artikel 3 en 4 specificeren wat respectievelijk het NBN en de FOD Economie moeten doen.Artikel 5 tot 8 en 12 stellen vast wat de begunstigen moeten doen vóór, tijdens en na de uitvoering van de acties.Artikel 9 tot 11 bepalen de criteria op basis waarvan de verschillende acties zullen beoordeeld om hun afstemming met de normalisatiebeleid na te kijken.Artikel 13 bepaalt de voorwaarden waaraan de begunstigden moeten voldoen en artikel 14 geeft een vermoeden van overeenstemming met deze voorwaarden.Deze artikelen zijn zo geschreven dat ze overeenkomen met de huidige werking van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT