16 JANUARI 2019. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de overlegcommissie voor het onderwijs
De Regering van de Franse Gemeenschap,
Gelet op het decreet van 18 januari 2018 houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming, artikel 137;
Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 23 mei 2014 houdende de aanstelling van leden van het pedagogisch begeleidingscomité;
Gelet op de `gendertest' van 5 juni 2018 uitgevoerd met toepassing van artikel 4, 2e lid, 1°, van het decreet van 7 januari 2016 houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op woensdag 6 juni 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van dinsdag 12 juni 2018;
Gelet op advies nr. 170 van de Gemeenschapsraad voor hulpverlening aan de jeugd, gegeven op 7 november 2018;
Gelet op advies nr. 64.775/2 van de Raad van State, gegeven op 19 december 2018, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende artikel 185, lid 2, 3°, van het decreet van 18 januari 2018 houdende het wetboek van preventie, hulpverlening aan de jeugd en jeugdbescherming (hierna `het decreet van 18 januari 2018') tot opheffing van de artikels 25 en 26 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 11 juni 2004 tot vaststelling van de erkennings- en toekenningsvoorwaarden van subsidies voor private vormings- en vervolmakingsdiensten bedoeld bij artikel artikel 54 van het decreet van 4 maart 1991 betreffende de hulpverlening aan de jeugd;
Op de voordracht van de Minister van Hulpverlening aan de Jeugd;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK 1. - Werkingsregels
Artikel 1. De overlegcommissie voor het onderwijs, hierna de commissie, is gevestigd in de lokalen van het bevoegde bestuur.
Art. 2. De commissie komt minstens één keer per jaar samen.
De commissie komt samen op oproeping van de voorzitter die de datum, het uur en de agenda van de vergaderingen bepaalt.
De oproeping wordt minstens twee weken voor de datum van de vergadering verzonden naar de leden.
De voorzitter moet de commissie bijeenroepen wanneer de minister hierom verzoekt.
Art. 3. De voorzitter leidt en coördineert de activiteiten van de commissie.
Hij is belast met de relaties van de commissie met de Minister en met de betrokkenen van de verschillende taken van de commissie.
Art. 4. Het secretariaat en de archiveringsopdracht van de commissie zijn de...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI