16 JANUARI 2018. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de inventaris bouwkundig erfgoed in de provincie Limburg

De Vlaamse minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed,

Gelet op het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, artikel 4.1.1, 3°, en artikel 12.3.18, tweede lid;

Gelet op het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014, artikel 4.1.6;

Gelet op het ministerieel besluit van 17 juli 2015 tot vaststelling van de inventarismethodologie voor de inventaris bouwkundig erfgoed;

Gelet op het besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014 houdende de vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed;

Gelet op de bezwaren ingediend tijdens het openbaar onderzoek dat gehouden is van 1 juni tot en met 30 juli 2017, waarvan de behandeling is opgenomen in het beveiligd digitaal bestand genaamd "vaststelling_01_02_2018_behandelingadviezenbezwaren" van 22 december 2017, en dat heeft geresulteerd in 20 relicten die niet langer worden vastgesteld, 131 relicten die worden vastgesteld met een aangepaste aanduiding op het gegeorefereerde plan, 135 relicten met aangepaste erfgoedkenmerken, 20 relicten met een aangepaste beschrijving en 6 relicten met een aangepaste benaming;

Gelet op het advies van de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed van 19 oktober 2017, waarvan de behandeling is opgenomen in het beveiligd digitaal bestand genaamd "vaststelling_01_02_2018_behandelingadviezenbezwaren" van 22 december 2017;

Overwegende dat op 28 november 2014 de administrateur-generaal van het agentschap Onroerend Erfgoed de inventaris van het bouwkundig erfgoed vaststelde. Dat het Onroerenderfgoeddecreet deze vaststelling met een overgangsmaatregel beschouwt als een vaststelling overeenkomstig het Onroerenderfgoeddecreet maar dat een nieuwe vaststelling met openbaar onderzoek ook de zorg- en motiveringsplicht voor administratieve overheden, opgenomen in artikel 4.1.9 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, op deze inventarisitems van toepassing maakt;

Overwegende dat de onroerende goederen die worden opgenomen in de vastgestelde inventaris erfgoedwaarde bezitten, zoals gemotiveerd door de benaming, de erfgoedkenmerken en de beschrijving op basis van die erfgoedkenmerken;

Overwegende dat de onroerende goederen die worden opgenomen in de vastgestelde inventaris voldoende goed bewaard zijn;

Overwegende dat de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld door de administrateur-generaal van het agentschap Onroerend Erfgoed op 28 november 2014, blijft bestaan maar dat daar voor de provincie Limburg worden uit geschrapt, enerzijds de goederen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT