16 DECEMBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, tot wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02 (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2014, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, tot wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 december 2015.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

K. PEETERS

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap

Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2014

Wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02 (Overeenkomst geregistreerd op 5 februari 2015 onder het nummer 125170/CO/318.02)

HOOFDSTUK I. - Voorwerp van de overeenkomst

Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de wet van 28 april 2003, artikel 8, betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid, en de beslissing van de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft als voorwerp de vervanging van het pensioenreglement dat als verkeerde bijlage was opgenomen bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 maart 2014 tot wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02 (registratienummer 121526), afgesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap.

HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en alle werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, met uitzondering van :

- de categorieën voorzien in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

- de in het buitenland gevestigde werkgevers en hun in België gedetacheerde werknemers in de zin van de toepasselijke EEG-verordening inzake de sociale zekerheid.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

Onder "sociaal fonds" wordt in deze collectieve arbeidsovereenkomst en in zijn bijlage verstaan : het "Sociaal Fonds 318.02 tot financiering tweede pensioenpijler", opgericht als fonds voor bestaanszekerheid bij collectieve arbeidsovereenkomst van 31 maart 2008 (registratienummer 89182/CO/318.02, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 26 maart 2009, Belgisch Staatsblad van 5 juni 2009), en laatst gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 23 februari 2011 tot wijziging van de statuten en de benaming van het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Sociaal Fonds 318.02 tot aanvullende financiering tweede pensioenpijler" (registratienummer 104453/CO/318.02, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 13 maart 2012, Belgisch Staatsblad van 4 juli 2012).

Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op :

- werknemers met een contract van interimarbeid;

- werknemers met een vakantie-, studenten- of IBO-contract (individuele beroepsopleiding);

- leerlingen waarvoor geen sociale zekerheidsbijdragen worden betaald (erkende leerling van de middenstand, leerling met industrieel leercontract, leerling in opleiding tot ondernemingshoofd, leerling met een overeenkomst voor socioprofessionele inpassing, erkend door de Gemeenschappen en Gewesten, stagiair met een beroepsinlevingsovereenkomst);

- arbeidszorgmedewerkers en personen tewerkgesteld in het kader van artikel 60, § 7 van de organieke wet op de inrichting van de OCMW's en een tewerkstelling in het kader van artikel 78 van het koninklijk besluit van 25 november 1991, tenzij er sprake is van een arbeidsovereenkomst;

- werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al een wettelijk rustpensioen genieten;

- erkende beroepsjournalisten gedurende de periode die in aanmerking komt voor het wettelijk aanvullend pensioen voor erkende beroepsjournalisten, geregeld door het koninklijk besluit van 27 juli 1971 (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971);

- coöperanten van Belgische niet-gouvernementele organisaties, die werken in het buitenland en voor wie een aansluiting bestaat bij de Dienst voor de Overzeese Sociale Zekerheid;

- niet aan RSZ onderworpen werknemers die occasioneel sociaal-cultureel werk verrichten.

HOOFDSTUK III. - Pensioenreglement

Art. 4. Het pensioenreglement dat volgens de bepalingen van artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 februari 2011 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel (registratienummer 104291/CO/318.02) als bijlage werd opgenomen, laatst gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 6 maart 2014 tot wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02 (registratienummer 121526/CO/318.02) en voordien gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2012 tot wijziging van het pensioenreglement van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel 318.02 (registratienummer 113958/CO/318.02), wordt met ingang van 1 januari 2014 vervangen door het pensioenreglement (versie raad van bestuur 18 december 2013) dat als bijlage is opgenomen bij deze collectieve arbeidsovereenkomst.

HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding, duur en opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst

Art. 5. § 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2014 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

§ 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de partijen worden opgezegd vóٕór 30 juni van ieder kalenderjaar, met uitwerking op 1 januari van het daaropvolgend kalenderjaar. De opzegging moet betekend worden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap, die een kopie van de opzegging stuurt aan elke ondertekenende partij.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 december 2015.

De Minister van Werk,

K. PEETERS

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 2014...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT