16 APRIL 2023. - Koninklijk besluit op de geconsolideerde jaarrekening van de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd, beoogt de regels aan te passen die gelden voor de geconsolideerde jaarrekening van de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen naar Belgisch recht, die momenteel zijn opgenomen in het koninklijk besluit van 27 september 2009 op de geconsolideerde jaarrekening van de verzekeringsondernemingen en de herverzekeringsondernemingen (hierna "koninklijk besluit van 27 september 2009").

Er zij aan herinnerd dat, overeenkomstig artikel 3:39, § 1, tweede lid, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, de regels van dit Wetboek betreffende de geconsolideerde jaarrekening slechts op de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen van toepassing zijn in de mate dat de Koning er niet van afwijkt. Derhalve gelden alle bepalingen van hoofdstuk 2 van titel I van boek 3 van deel 1 van het Wetboek voor die ondernemingen, behoudens de bepalingen die zijn vastgesteld door het ontwerpbesluit.

Met de wijzigingen worden beperkte doelstellingen nagestreefd. Enerzijds is het de bedoeling de reglementaire normen aan te passen aan de ontwikkeling van het wettelijke kader. Anderzijds wordt voorgesteld een voorwaarde betreffende de vrijstelling van subconsolidatie op te heffen.

Rekening houdend met het feit dat de ontwikkelingen van het wettelijke en regelgevende kader sinds 2009 een aanpassing van de meeste bepalingen van het koninklijk besluit van 27 september 2009 vergen, dat sommige overgangsbepalingen geen bestaansreden meer hebben en dat het aantal artikelen in het koninklijk besluit beperkt is, werd uit wetgevingstechnisch oogpunt ervoor gekozen een nieuw koninklijk besluit op te stellen.

Algemene beginselen

Het ontwerpbesluit strekt ertoe de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen die betrekking hebben op de geconsolideerde jaarrekening volledig van toepassing te verklaren op de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen naar Belgisch recht. Deze ondernemingen zullen derhalve onderworpen zijn aan de bepalingen van gemeen recht die opgenomen zijn in de artikelen 3:22 tot en met 3:36 van dit Wetboek.

Er zijn slechts enkele uitzonderingen en bijzonderheden voor verzekerings- en herverzekeringsondernemingen, namelijk:

- het niet van toepassing zijn van artikel 3:25 van het Wetboek, dat een vrijstelling bevat van de verplichting om een geconsolideerde jaarrekening op te stellen voor ondernemingen die deel uitmaken van een groep van beperkte omvang (artikel 2);

- de verplichting om de geconsolideerde jaarrekening volgens de IFRS-normen op te stellen (artikel 3);

- een voorwaarde met betrekking tot de valuta waarin de geconsolideerde jaarrekening van een consortium kan worden opgesteld (artikel 4);

- de mogelijkheid voor de Nationale Bank van België om afwijkingen van de bepalingen van dit besluit toe te staan (artikel 5).

Aanpassing aan de ontwikkelingen van het wettelijke kader

De aanpassing van de boekhoudregels aan de ontwikkeling van het wettelijke kader houdt in het bijzonder rekening met de wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen (hierna "de wet van 13 maart 2016") en met het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, alsook met de organisatie van het prudentieel toezicht op de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen zoals die voortvloeit uit de wet van 2 juli 2010 tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten en van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, en houdende diverse bepalingen. Die wijzigingen betreffen enkel de vorm van de geldende bepalingen, en bestaan hoofdzakelijk uit de aanpassing van de wettelijke en reglementaire verwijzingen.

Voor een uitgebreide inhoudelijke toelichting bij die bepalingen wordt verwezen naar het Verslag van de Koning dat voorafgaat aan het koninklijk besluit van 27 september 2009 (Belgisch Staatsblad van 7 oktober 2009, p. 66182).

Voorwaarde betreffende de vrijstelling van subconsolidatie

Het ontwerpbesluit stelt voor de regel betreffende de vrijstelling van subconsolidatie op te heffen die momenteel is vastgelegd in artikel 3 van het koninklijk besluit van 27 september 2009. De huidige bepaling voegt een extra voorwaarde toe aan de voorwaarden die zijn vastgesteld bij artikel 113, § 2, van het vroegere Wetboek van vennootschappen (momenteel artikel 3:26, § 2, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen), namelijk de borgstelling, door de moederonderneming, van de verplichtingen van de vrijgestelde onderneming.

Deze voorwaarde, die destijds was ingegeven door prudentiële overwegingen in ruime zin, stemt niet meer overeen met het kader van het toezicht op groepen van verzekerings- en herverzekeringsondernemingen zoals het wordt geregeld door Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf en door de wet van 13 maart 2016 die deze richtlijn omzet.

Die teksten hebben immers, enerzijds, het toezicht op de groepen van ondernemingen en met name de noodzakelijke samenwerking tussen de verschillende nationale toezichthouders aanzienlijk versterkt en, anderzijds, het toezicht op die groepen vanuit de uiteindelijke moederonderneming geregeld (zie de artikelen 351 tot 357 van de wet van 13 maart 2016).

Uit het oogpunt van het prudentieel toezicht hebben de volgens de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT