15 SEPTEMBER 2022. - Besluit van de Regering tot invoering van telewerk en tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende het personeel van het Ministerie en van bepaalde instellingen van openbaar nut van de Duitstalige Gemeenschap

De Regering van de Duitstalige Gemeenschap,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 68, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993 en artikel 87, § § 1 en 3, vervangen bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap, artikel 51, gewijzigd bij de wetten van 16 juli 1993 en 6 januari 2014, en artikel 54, eerste lid, vervangen bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het decreet van 25 mei 2009 houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap, artikel 102, § 1, eerste lid;

Gelet op het besluit van de Regering van 20 januari 1993 tot vaststelling van de spilbedragen voor de toekenning van een haardtoelage of van een standplaatstoelage aan het personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van de paragemeenschappelijke instellingen;

Gelet op het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren;

Gelet op het besluit van de Regering van 30 november 2000 betreffende de regeling van de tegemoetkoming van de Duitstalige Gemeenschap en van sommige instellingen van openbaar nut in de vervoerkosten van de personeelsleden;

Gelet op het besluit van de Regering van 20 december 2000 houdende toekenning van een kilometervergoeding voor het gebruik van de fiets op de weg van en naar het werk aan de personeelsleden van het Ministerie en van sommige instellingen van openbaar nut van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 7 juni 2001 houdende organisatie van de organismen van openbaar nut der Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren ervan;

Gelet op het besluit van de Regering van 28 september 2001 betreffende de loopbaanonderbreking in het Ministerie en in de paragemeenschappelijke instellingen van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 5 juni 2003 betreffende het vakantiegeld toegekend aan de personeelsleden van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van de paragemeenschappelijke instellingen van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 17 juli 2003 tot bepaling van de rechtspositie van het contractueel personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van bepaalde organismen van openbaar nut;

Gelet op het besluit van de Regering van 22 december 2005 tot inrichting van een sociale dienst voor het personeel van de Regering, van het Ministerie en van bepaalde paragemeenschappelijke instellingen van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 19 juli 2012 houdende delegatie van bepaalde bevoegdheden aan personeelsleden van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 23 april 2015 tot regeling van de terugbetaling van onkosten in sommige instellingen van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 23 mei 2019 houdende organisatie van het Belgisch Radio- en Televisiecentrum van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren;

Gelet op het besluit van de Regering van 23 mei 2019 tot bepaling van de rechtspositie van het contractueel personeel van het Belgisch Radio- en Televisiecentrum van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het besluit van de Regering van 28 oktober 2021 betreffende een thuiswerkvergoeding in het kader van de coronacrisis;

Gelet op het met redenen omklede advies van de directieraad van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, gegeven op 31 mei 2022;

Gelet op protocol S9/2022 van 28 juni 2022 van het sectorcomité XIX van de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 18 juli 2022;

Gelet op advies 72.028/1/V van de Raad van State, gegeven op 7 september 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister-President, bevoegd voor Personeel;

Na beraadslaging,

Besluit:

HOOFDSTUK 1 - Wijziging van het besluit van de Regering van 20 januari 1993 tot vaststelling van de spilbedragen voor de toekenning van een haardtoelage of van een standplaatstoelage aan het personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van de paragemeenschappelijke instellingen

Artikel 1 - Artikel 1, 3°, van het besluit van de Regering van 20 januari 1993 tot vaststelling van de spilbedragen voor de toekenning van een haardtoelage of van een standplaatstoelage aan het personeel van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en van de paragemeenschappelijke instellingen, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 20 februari 2003, wordt vervangen als volgt:

3° de Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor zelfbeschikkend leven;

HOOFDSTUK 2 - Wijziging van het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie

van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren

Art. 2 - In artikel 10 van het besluit van de Regering van 27 december 1996 houdende organisatie van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap en houdende regeling van de aanwerving, de loopbaan en de bezoldiging van de ambtenaren, vervangen bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. het derde lid wordt vervangen als volgt:

    "De Regering wijst voor een verlengbare termijn van vijf jaar hoogstens twee plaatsvervangers van de secretaris-generaal aan onder de ambtenaren of contractuele personeelsleden van niveau I die een positieve evaluatie hebben gekregen en die op het tijdstip van de aanstelling een algemene dienstanciënniteit van minstens 15 jaar hebben."

  2. in het vierde lid worden de woorden "plaatsvervangende secretaris-generaal" vervangen door de woorden "plaatsvervanger van de secretaris-generaal";

  3. het artikel wordt aangevuld met een vijfde lid, luidende:

    "Als de secretaris-generaal wegens ziekteverlof of een andere vorm van verlof afwezig is of niet in de mogelijkheid verkeert om het Ministerie te leiden, worden de specifieke beslissingsbevoegdheden van de secretaris-generaal van ambtswege overgedragen aan zijn plaatsvervanger. Als de Regering meer dan één plaatsvervanger voor de secretaris-generaal aanwijst, worden de beslissingsbevoegdheden overdragen aan de plaatsvervanger met de hoogste algemene dienstanciënniteit. De onmogelijkheid om het Ministerie te leiden, wordt vastgesteld door twee leden van de directieraad, met uitzondering van de secretaris-generaal; de beslissing wordt unaniem genomen."

    Art. 3 - In artikel 10.1 van hetzelfde besluit van de Regering, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  4. in het eerste lid worden de woorden "plaatsvervangende secretarissen-generaal" vervangen door de woorden "plaatsvervangers van de secretaris-generaal";

  5. in het tweede lid worden de woorden "plaatsvervangende secretaris-generaal" vervangen door de woorden "plaatsvervanger van de secretaris-generaal".

    Art. 4 - Artikel 11, § 1, van hetzelfde besluit van de Regering, vervangen bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, wordt vervangen als volgt:

    " § 1 - De directieraad van het Ministerie telt minstens drie leden en bestaat uit de secretaris-generaal, de plaatsvervangers van de secretaris-generaal en de bestuursdirecteurs. De secretaris-generaal bekleedt het voorzitterschap."

    Art. 5 - In artikel 11.3 van hetzelfde besluit van de Regering, ingevoegd bij het besluit van de Regering van 28 oktober 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  6. in het eerste lid worden de woorden "plaatsvervangende secretaris-generaal bevoegd voor Personeel" telkens vervangen door de woorden "secretaris-generaal of diens plaatsvervanger";

  7. in het derde lid worden de woorden "plaatsvervangende secretaris-generaal bevoegd voor Personeel" vervangen door de woorden "secretaris-generaal of diens plaatsvervanger".

    Art. 6 - In hoofdstuk I, afdeling 2, van hetzelfde besluit van de Regering, gewijzigd bij de besluiten van de Regering van 17 januari 2013, 19 januari 2017 en 28 oktober 2021, wordt een artikel 11.4 ingevoegd, luidende:

    Art. 11.4 - De directieraad wijst de onmiddellijke hiërarchische meerderen aan en de secretaris-generaal of diens plaatsvervanger maakt hun naam zo snel mogelijk na de aanwijzing en na elke wijziging bekend. Hierbij kan het gaan om ambtenaren, om contractuele personeelsleden of om personeelsleden uit het onderwijs die met een opdracht voor het Ministerie zijn belast.

    Art. 7 - Artikel 39, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit van de Regering, vervangen bij het besluit van de Regering van 17 januari 2013, wordt opgeheven.

    Art. 8 - In artikel 71 van hetzelfde besluit van de Regering, laatstelijk gewijzigd bij het besluit van de Regering van 23 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  8. het tweede lid wordt opgeheven;

  9. het tiende lid wordt vervangen als volgt:

    De ambtenaar die door de Regering als plaatsvervanger van de secretaris-generaal wordt aangewezen, wordt voor de duur van zijn aanwijzing ingeschaald in weddeschaal M2. Deze bepaling heeft geen enkele uitwerking op de regeling inzake bevorderingen.

  10. het elfde lid wordt vervangen als volgt:

    "De ambtenaar die door de Regering als departementshoofd wordt aangewezen, wordt voor de duur van zijn...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT