15 NOVEMBER 2017. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 21 juli 2017 houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 juli 2017 houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland, de artikelen 4, § 10 en 5, § 7;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 februari 2017;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister belast met Ambtenarenzaken, d.d. 15 juni 2017;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 23 juni 2017;

Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 29/1 van het Sectorcomité VII-Buitenlandse Zaken, gesloten op 12 juli 2017;

Gelet op artikel 8, § 1, 4° van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is dit besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen van autoregulering betreft;

Gelet op het advies 62.021/4 van de Raad van State, gegeven op 26 september 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, de artikelen 28 tot 41;

Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Ontwikkelingssamenwerking,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. § 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. "de wet": de wet van 21 juli 2017 houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland;

  2. "de Minister": de Minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken.

    § 2. Het gebruik van de mannelijke vorm in dit besluit is gemeenslachtig.

    Art. 2. De vraag om schadeloosstelling voor schade veroorzaakt door de buitengewone risico's van de oorlog, de oproer, de opzettelijke gewelddaad, het terrorisme, de ramp, de tropische ziekte en ernstige infectieziekte, zoals gedefinieerd in artikel 3, 1° van de wet, geschiedt bij verzoekschrift dat in twee exemplaren wordt neergelegd bij het secretariaat van het Directiecomité van de FOD of haar wordt toegezonden bij een ter post...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT