15 MEI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton, betreffende de maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton, betreffende de maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 mei 2018.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

K. PEETERS

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton

Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2017

Maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming

(Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2017 onder het nummer 140591/CO/129)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton (PC 129).

Zij is afgesloten in toepassing van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 houdende diverse bepalingen.

HOOFDSTUK II. - Risicogroepen

Art. 2. Dit hoofdstuk wordt afgesloten in toepassing van :

- de wet houdende diverse bepalingen (I) van 27 december 2006, titel XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006);

- het koninklijk besluit van 19 februari 2013 tot uitvoering van artikel 189, vierde lid van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 8 april 2013);

- de wet werkbaar en wendbaar werk van 5 maart 2017 (Belgisch Staatsblad van 15 maart 2017) en zijn uitvoeringsbesluiten.

De inspanning van 0,10 pct. wordt langs het fonds voor bestaanszekerheid gebruikt om de aanwervings-, vormings- en omscholingsmogelijkheden van de arbeiders en arbeidsters aan te zwengelen. Deze inspanning van 0,10 pct. ten voordele van risicogroepen, die reeds verhoogd werd tot 0,15 pct. door de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 2001, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 17 februari 2002 en sindsdien ononderbroken verlengd, wordt behouden op 0,15 pct..

Art. 3. De volgende personen behoren tot de risicogroepen :

  1. De laaggeschoolde werkloze/werknemer :

    De werkzoekende/werknemer die noch houder is van een diploma van universitair onderwijs, noch van een diploma of van een getuigschrift van het hoger onderwijs van het lange of van het korte type, noch van een getuigschrift van het hoger secundair onderwijs.

  2. De langdurig werkloze :

    - De werkzoekende die gedurende de zes maanden die aan zijn indienstneming...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT