15 JULI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, betreffende het sectoraal aanvullend pensioenstelsel (1)

FILIP, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, betreffende het sectoraal aanvullend pensioenstelsel.

Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 juli 2018.

FILIP

Van Koningswege :

De Minister van Werk,

K. PEETERS

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek

Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 2017

Sectoraal aanvullend pensioenstelsel

(Overeenkomst geregistreerd op 29 november 2017 onder het nummer 143068/CO/226)

HOOFDSTUK I. - Algemeenheden

Artikel 1. Toepassingsgebied

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek.

Art. 2. Algemeenverbindendheid

De partijen vragen de algemeenverbindendverklaring aan.

Art. 3. Begrippen en definities

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden verstaan onder :

3.1. WAP :

De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (Belgisch Staatsblad van 15 mei 2003).

3.2. Loon :

Het totale loon van de bedienden onderworpen aan de sociale zekerheidsbijdragen.

3.3. Het paritair comité :

Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek.

3.4. De RSZ :

De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

3.5. Het protocolakkoord :

De collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juni 2005 betreffende een protocol van akkoord 2005-2006, geregistreerd op 17 juni 2005 onder nummer 75198/CO/226.

Art. 4. Doelstelling

Onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst heeft als enig onderwerp het actualiseren van het sectoraal aanvullend pensioenstelsel voor de werknemers van het paritair comité en de regels ervan vast te leggen, conform de regels van de WAP ter zake, en in uitvoering van het protocolakkoord, artikel 2, 8.

Het doel van dit sectoraal pensioenstelsel is het garanderen, buiten de wettelijke verplichtingen inzake pensioenen en ter verhoging ervan, van :

- aan de aangeslotene zelf, een kapitaal of een levenslange lijfrente indien hij in leven is op de eindleeftijd;

- aan de begunstigde zoals bepaald in het pensioenreglement, een kapitaal of een levenslange overlevingsrente in geval van overlijden van de aangeslotene vóór de einddatum zoals bepaald in het pensioenreglement.

Werknemers die in dienst zijn van een werkgever die conform de artikelen 6, 7, 8 en 9 hierna vrijgesteld worden van deelname aan het sectoraal pensioenstelsel kunnen geen rechten doen gelden op basis van dit doel, voor zover en voor zolang hun werkgever vrijgesteld is van deelname aan het sectoraal pensioenstelsel en voor zover en voor zolang zij in dienst zijn bij deze werkgever.

Het in bijlage opgenomen reglement van aanvullend pensioen maakt integraal deel uit van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 5. Opting-out niet voorzien

De mogelijkheid zoals voorzien in artikel 9 van de WAP waardoor werkgevers de mogelijkheid zouden hebben om de uitvoering van het pensioenstelsel zelf te organiseren in een pensioenstelsel op het niveau van de onderneming ("opting-out"), wordt niet weerhouden door het paritair comité.

HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied vrijstellingsregeling

Afdeling 1. - Vrijstellingsregeling vóór 1 januari 2007

Art. 6. Toepassingsgebied van het sectoraal pensioenstelsel voor ondernemingen met een structureel overlegorgaan

6.1. Conform het protocolakkoord geldt de volgende keuze in ondernemingen met een eigen structureel overlegorgaan, mits zij op 31 december 2006 een eigen stelsel van aanvullend pensioen hebben :

- de bijdrage van 0,50 pct. toevoegen aan het eigen pensioenstelsel (beslissing werkgever);

- aansluiten bij het sectorpensioenstelsel (beslissing werkgever);

- in overleg met de vakbondsafvaardiging een ander evenwaardig voordeel van 0,50 pct. voorzien, hetzij globaal op het niveau van de onderneming, hetzij individueel. Deze 0,50 pct. is een koopkrachtverhoging inclusief alle toepasselijke fiscale en parafiscale heffingen en kosten, eigen aan het gekozen alternatief voordeel.

6.2. Het eigen stelsel van aanvullend pensioen dient aan volgende criteria te voldoen :

  1. Geldig op 31 december 2006;

  2. Geldig voor alle bedienden ressorterend onder het paritair comité, met dien verstande dat er, onverminderd toepassing van artikel 6.2., 3. hierna, een onderscheid met betrekking tot het niveau van vaste bijdragen en/of vaste prestaties mag bestaan tussen eventuele subcategorieën van bedienden, of binnen deze subcategorieën zelf;

  3. Gelijkwaardig aan of beter dan het sectoraal pensioenstelsel :

    - voor stelsels van aanvullend pensioen van het type "vaste bijdragen" wordt de gelijkwaardigheid gemeten aan de hand van de werkgeversbijdragen zoals die in het pensioenreglement zijn bepaald. Deze dienen voor alle bedienden minimaal 0,46 pct. van het loon te bedragen, waarbij het percentage wordt gedefinieerd zoals in artikel 13 hieronder;

    - voor stelsels van aanvullend pensioen van het type "vaste prestaties" dient het niveau van aanvullend kapitaal of aanvullend pensioen te worden getoetst aan het theoretisch niveau, zoals dit door het sectoraal pensioenstelsel wordt gerealiseerd. Dit betekent dat, indien de toezegging is uitgedrukt in kapitaal, het aanvullend pensioenkapitaal voor de volledige loopbaan op de eindleeftijd van 65 jaar, zoals die bepaald is in het pensioenreglement, tenminste gelijk zal zijn aan 39,19 pct. van het laatste loon. Indien de toezegging is uitgedrukt als een jaarlijks pensioen, dient het aanvullend rustpensioen op de eindleeftijd van 65 jaar voor een volledige loopbaan tenminste 3,02 pct. van het laatste loon te bedragen. Indien de in het pensioenreglement voorziene eindleeftijd 60 jaar is, dienen deze percentages respectievelijk tenminste 30,74 pct. en 2,05 pct. van het laatste loon te bedragen.

    De gelijkwaardigheid met het sectoraal pensioenstelsel moet niet op elk eerder moment voorafgaand aan de in het pensioenreglement vastgelegde eindleeftijden worden gerealiseerd.

    6.3. Indien de werkgever, voor mogelijkheid 1 van punt 6.1. kiest, wordt de onderneming vrijgesteld van deelname aan het sectoraal pensioenstelsel. De werkgever maakt zijn keuze bekend door vóór 15 juni 2006 een ingevulde en ondertekende intentieverklaring, volgens model a in bijlage, aangetekend op te sturen naar de voorzitter van het paritair comité per adres "Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek", Brouwersvliet 33 te 2000 Antwerpen.

    6.4. Indien de werkgever conform punt 6.1. hierboven voor mogelijkheid 3 kiest, wordt de onderneming vrijgesteld van deelname aan het sectoraal pensioenstelsel.

    De werkgever maakt zijn keuze bekend door vóór 15 juni 2006 een ingevulde en ondertekende intentie-verklaring, volgens model b in bijlage, aangetekend op te sturen naar de voorzitter van het paritair comité per adres "Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek", Brouwersvliet 33 te 2000 Antwerpen.

    6.5. De onderneming waarvoor de voorzitter van het paritair comité vóór 15 juni 2006 geen ingevulde en ondertekende intentieverklaring conform model a of b ontvangt, wordt verondersteld definitief gekozen te hebben voor mogelijkheid 2 conform punt 6.1. hierboven.

    6.6. Indien de werkgever kiest voor mogelijkheid 1 van punt 6.1. of mogelijkheid 3 van punt 6.1., stuurt deze vóór 15 september 2006 per aangetekend schrijven een attest volgens model c in bijlage naar de voorzitter van het paritair comité per adres "Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek", Brouwersvliet 33 te 2000 Antwerpen. Dit attest moet correct en volledig ingevuld, gedagtekend en ondertekend zijn door de aangeduide actuaris van de pensioeninstelling van de onderneming.

    Bij gebrek aan ontvangst van dit attest volgens de modaliteiten hierboven, wordt de onderneming verondersteld, ondanks het bezorgen van de intentieverklaring waarvan sprake in de punten 6.3. of 6.4., definitief gekozen te hebben voor mogelijkheid 2 conform punt 6.1. hierboven.

    Art. 7. Toepassingsgebied van het sectoraal pensioenstelsel voor ondernemingen zonder structureel overlegorgaan

    7.1. Conform het protocolakkoord van het paritair comité kunnen ondernemingen zonder eigen structureel overlegorgaan, mits zij op 31 december 2006 een eigen stelsel van aanvullend pensioen hebben, vrijgesteld worden van deelname aan het sectoraal pensioenstelsel.

    7.2. Het eigen stelsel van aanvullend pensioen dient aan volgende criteria te voldoen :

  4. Geldig op 31 december 2006;

  5. Geldig voor alle bedienden ressorterend onder het paritair comité, met dien verstande dat er, onverminderd toepassing van artikel 7.2., 3. hierna, een onderscheid met betrekking tot het niveau van vaste bijdragen en/of vaste prestaties mag bestaan tussen eventuele subcategorieën van bedienden, of binnen deze subcategorieën zelf;

  6. Gelijkwaardig aan of beter dan het sectoraal pensioenstelsel :

    - voor stelsels van aanvullend pensioen van het type...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT