12 JANUARI 2017. - Koninklijk besluit tot bepaling van de bedrijfsvoorheffing op de inkomsten zoals bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1° bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

ADVIES 60.557/3 VAN 29 DECEMBER 2016 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT "TOT BEPALING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING OP DE INKOMSTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 90, EERSTE LID, 1° bis, VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992"

Op 29 november 2016 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Financiën verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit "tot bepaling van de bedrijfsvoorheffing op de inkomsten zoals bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1° bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 ".

Het ontwerp is door de derde kamer onderzocht op 20 december 2016.

De kamer was samengesteld uit Jo Baert, kamervoorzitter, Jan Smets en Jeroen Van Nieuwenhove, staatsraden, Johan Put en Bruno Peeters, assessoren, en Greet Verberckmoes, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Frédéric Vanneste, auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Jo Baert, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 29 december 2016.

  1. Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich toegespitst op het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan.

  2. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe de grondslag en het tarief te bepalen van de bedrijfsvoorheffing voor de diverse inkomsten bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1° bis, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna: WIB 92).

  3. Voor het ontworpen besluit kan rechtsgrond worden gevonden in artikel 275, § 1, van het WIB 92, dat bepaalt dat de bedrijfsvoorheffing wordt vastgesteld volgens de aanduidingen van de schalen opgesteld door de Koning.

    In het eerste lid van de aanhef wordt ook melding gemaakt van artikel 90, tweede lid, van het WIB 92, maar die bepaling biedt geen rechtsgrond en wordt daarom beter geschrapt.

  4. Het te nemen besluit moet door de wetgever worden bekrachtigd, zoals blijkt uit artikel 275, § 3, van het WIB 92.

    De griffier,

    G. Verberckmoes.

    De voorzitter,

    J. Baert.

    12 JANUARI 2017. - Koninklijk besluit tot bepaling van de bedrijfsvoorheffing op de inkomsten zoals bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1° bis, van het Wetboek van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT