11 AUGUSTUS 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de tussenkomst in de transportkosten tussen woonplaats en tewerkstellingsplaats (1)
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren, betreffende de tussenkomst in de transportkosten tussen woonplaats en tewerkstellingsplaats.
Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 augustus 2017.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Werk,
K. PEETERS
_______
Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage
Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren
Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 2016
Tussenkomst in de transportkosten tussen woonplaats en tewerkstellingsplaats (Overeenkomst geregistreerd op 20 april 2016 onder het nummer 132741/CO/322.01)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren.
HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijk openbaar treinvervoer en ander gemeenschappelijk openbaar vervoer
Art. 2. Voor de periode vanaf 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2016
Wat het door de N.M.B.S. georganiseerd vervoer betreft en wat het andere gemeenschappelijke openbaar vervoer betreft, bedraagt de tussenkomst van de werkgever 75 pct. van het bruto bedrag van het sociaal abonnement N.M.B.S., zoals vastgelegd op datum van 1 februari 2014, vanaf 5 km, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
Voor de verplaatsingen tot en met 4 km is het voornoemde principe niet van toepassing en zal de werkgeverstussenkomst minder bedragen dan 75 pct. van het bruto bedrag van het N.M.B.S. sociaal abonnement op datum van 1 februari 2014.
De tabel A van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst legt de werkgeverstussenkomst vast.
Voor de periode vanaf 1 juli 2016
Wat het door de N.M.B.S. georganiseerd vervoer betreft en wat het andere gemeenschappelijke openbaar vervoer betreft, bedraagt de tussenkomst van de werkgever 75 pct. van het bruto bedrag van het sociaal abonnement N.M.B.S., vanaf 1 km, berekend volgens de modaliteiten van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van de Nationale Arbeidsraad, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
HOOFDSTUK III. - Gecombineerd gemeenschappelijk openbaar vervoer
Art. 3. Voor de periode vanaf 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2016
Ingeval de werknemer gebruik maakt van een combinatie van de trein en één of meerdere andere gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen dan de trein, en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - zal de bijdrage van de werkgever gelijk zijn aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement, berekend volgens de modaliteiten van tabel A van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
Voor de periode vanaf 1 juli 2016
Ingeval de werknemer gebruik maakt van een combinatie van de trein en één of meerdere andere gemeenschappelijke openbare vervoermiddelen dan de trein, en er wordt slechts één vervoerbewijs afgeleverd voor het geheel van de afstand - zonder dat in dit vervoerbewijs een onderverdeling wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel - zal de bijdrage van de werkgever gelijk zijn aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart geldend als sociaal abonnement, berekend volgens de modaliteiten van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van de Nationale Arbeidsraad, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
Art. 4. In elk ander geval dat de werknemer meer dan één gemeenschappelijk openbaar vervoermiddel gebruikt dan voorzien in artikel 3, wordt de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afstand als volgt berekend :
Nadat met betrekking tot elk afzonderlijk gemeenschappelijk openbaar vervoer waarvan de werknemer gebruik maakt de bijdrage van de werkgever is berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 2 en 3 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, worden de aldus bekomen bedragen bij elkaar opgeteld om de bijdrage van de werkgever voor het geheel van de afgelegde afstand vast te stellen.
HOOFDSTUK IV. - Gebruik van eigen vervoermiddel
Art. 5. Voor de periode vanaf 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2016
De werknemers die zich verplaatsen met een eigen vervoermiddel hebben recht op een tussenkomst ten laste van de werkgever vanaf 1 km.
Per gepresteerde dag is deze tussenkomst gelijk aan één vijfde van 75 pct. van de prijs van de voor die afstand geldende wekelijkse treinkaart op datum van 1 februari 2014, berekend volgens de modaliteiten van tabel A van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
Voor de berekening van de afstand per gepresteerde dag baseert men zich op het aantal afgelegde kilometers voor de kortste weg vanaf de woonplaats tot de arbeidsplaats. Bij discussie of gebrek aan een regeling op bedrijfsniveau kan men beroep doen op mappy om deze afstand te berekenen.
Voor de periode vanaf 1 juli 2016
De werknemers die zicht verplaatsen met een eigen vervoermiddel hebben recht op een tussenkomst ten laste van de werkgever vanaf 1 km.
Per gepresteerde dag is deze tussenkomst gelijk aan één vijfde van 75 pct. van de prijs van de voor die afstand geldende wekelijkse treinkaart op datum van 1 februari 2014, berekend volgens de modaliteiten van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van de Nationale Arbeidsraad, zonder overschrijding van 100 pct. van de kosten.
Voor de berekening van de afstand per gepresteerde dag baseert men zich op het aantal afgelegde kilometers voor de kortste weg vanaf de woonplaats tot de arbeidsplaats. Bij discussie of gebrek aan een regeling op bedrijfsniveau kan men beroep doen op mappy om deze afstand te berekenen.
...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI