Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 108 van 16 juli 2013, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de tijdelijke arbeid en uitzendarbeid (Overeenkomst geregistreerd op 25 juli 2013 onder het nummer 116317/CO/300), de 16 juillet 2013

HOOFDSTUK I. - Draagwijdte van de overeenkomst

Artikel 1. § 1. Deze overeenkomst regelt de na te leven procedure en de duur van de tijdelijke arbeid in de volgende gevallen :

- vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd;

- tijdelijke vermeerdering van werk;

- uitvoering van een uitzonderlijk werk;

- staking of lock-out bij de gebruiker, bedoeld door de bepalingen van de hoofdstukken II en III van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers.

§ 2. Deze overeenkomst regelt de na te leven informatieverstrekking en controle wanneer de activiteit wordt uitgeoefend in het kader van een overeenkomst voor uitzendarbeid voor de vervanging van een vaste werknemer, bij tijdelijke vermeerdering van werk, voor de uitvoering van een uitzonderlijk werk of in geval van instroom.

§ 3. Deze overeenkomst stelt ook de modaliteiten vast van de uitzendarbeid onder het motief instroom en de na te leven procedure en modaliteiten wat de opeenvolgende dagcontracten voor uitzendarbeid betreft.

Commentaar

Deze overeenkomst neemt bepalingen over eensdeels van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 36 en anderdeels van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 58, en vult ze aan met nieuwe bepalingen over de informatieverstrekking en de controle, het motief instroom en de opeenvolgende dagcontracten voor uitzendarbeid.

HOOFDSTUK II. - Na te leven procedure en duur van de tijdelijke arbeid

Afdeling I. - Definities

Art. 2. § 1. Tijdelijke arbeid in de zin van deze overeenkomst is de activiteit die op grond van een arbeidsovereenkomst wordt uitgeoefend en tot doel heeft in de vervanging van een vaste werknemer te voorzien of te beantwoorden aan een tijdelijke vermeerdering van werk of te zorgen voor de uitvoering van een uitzonderlijk werk.

§ 2. Onder vervanging van een vaste werknemer wordt verstaan :

  1. de tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst in haar uitvoering is geschorst, behoudens bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken of bij slechte weersomstandigheden;

  2. de tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd :

    - door ontslag met een opzeggingstermijn;

    - door ontslag om dringende reden;

  3. de tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst anders werd beëindigd dan door ontslag met een opzeggingstermijn of door ontslag om dringende reden.

    Afdeling II. - Tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd

    Art. 3. § 1. Bij tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd door ontslag met een opzeggingstermijn is de duur van de vervanging beperkt tot een periode van drie maanden, die ingaat bij de beëindiging van de overeenkomst.

    § 2. Bij tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd door ontslag om dringende reden is de duur van de vervanging beperkt tot een periode van zes maanden, die ingaat bij de beëindiging van de overeenkomst.

    § 3. Bij tijdelijke vervanging van een werknemer wiens arbeidsovereenkomst anders werd beëindigd dan door ontslag met een opzeggingstermijn of door ontslag om dringende reden is de duur van de vervanging beperkt tot een periode van drie maanden, die ingaat bij de beëindiging van de overeenkomst. Verlengingen met een totale duur van maximaal drie maanden zijn echter mogelijk.

    Art. 4. § 1. De onder artikel 3, §§ 1 en 2 bedoelde vervangingen kunnen enkel gebeuren onder de hierna vermelde voorwaarden en modaliteiten.

    De onder artikel 3, § 3 bedoelde vervanging is niet onderworpen aan bepaalde voorwaarden of modaliteiten. De verlenging met maximum drie maanden is echter onderworpen aan de hierna vermelde voorwaarden en modaliteiten.

    § 2. De onder artikel 3, §§ 1 en 2 bedoelde vervangingen en de onder artikel 3, § 3 bedoelde verlenging van de vervanging kunnen maar gebeuren met de voorafgaande instemming van de vakbondsafvaardiging. Binnen drie werkdagen na de ontvangst van die instemming moet de werkgever de bevoegde inspecteur-districtshoofd van de administratie van de arbeidsbetrekkingen en -reglementering of, in voorkomend geval, de bevoegde mijningenieur op de hoogte brengen.

    § 3. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging moet de werkgever vooraf de instemming vragen van de werknemersorganisaties die vertegenwoordigd zijn in het paritair comité waaronder de onderneming ressorteert. Bij ontstentenis van een bevoegd paritair comité of indien het bestaande paritair comité niet werkt, moet de werkgever vooraf de instemming vragen van de representatieve werknemersorganisaties die in de Nationale Arbeidsraad vertegenwoordigd zijn.

    Bij instemming van de organisaties waarvan sprake in het vorige lid of bij ontstentenis van een antwoord binnen zeven dagen die volgen op de aanvraag ervan, kan de werkgever overgaan tot de vervanging van de werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd, op voorwaarde dat hij de in § 2 bedoelde ambtenaar ervan op de hoogte brengt binnen een termijn van drie werkdagen die aanvangt hetzij vanaf de ontvangst van de instemming, hetzij na verloop van de termijn van zeven dagen.

    In geval van onenigheid tussen de organisaties waarvan sprake in het eerste lid van deze paragraaf, medegedeeld binnen zeven dagen die volgen op die van de aanvraag, verwittigt de werkgever binnen een termijn van drie werkdagen de in § 2 bedoelde ambtenaar met het verzoek de uiteenlopende standpunten te verzoenen.

    Bij mislukking van de verzoening vraagt de werkgever het advies van die ambtenaar. Het advies van die ambtenaar bindt de betrokken partijen.

    Bij gebrek aan een gunstig advies binnen een termijn van zeven dagen nadat die ambtenaar van de onenigheid tussen de organisaties verwittigd werd, mag de werkgever geen beroep doen op tijdelijke arbeid.

    § 4. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging kan, wanneer de arbeidsovereenkomst beëindigd werd wegens het overlijden van de werknemer, wegens akkoord van de partijen om zonder opzeggingstermijn aan de overeenkomst een einde te maken of wegens het ontslag van een werknemer om dringende reden, de werkgever voorlopig overgaan tot de vervanging van de werknemer wiens arbeidsovereenkomst werd beëindigd gedurende een periode van ten hoogste vijftien dagen, die aanvangt op het ogenblik dat de aanvraag werd gedaan tot de representatieve werknemersorganisaties waarvan sprake in het eerste lid van de vorige paragraaf.

    Ingeval de werkgever met toepassing van dit artikel geen beroep mag doen op tijdelijke arbeid, moet hij deze voorlopige tewerkstelling onmiddellijk stopzetten, onverminderd het recht van de werknemer op het bedrag van het loon dat verschuldigd blijft tot het verstrijken van de termijn waarvoor hij in dienst werd genomen.

    Commentaar

    Indien het gaat om de vervanging van een werknemer in een onderneming die ressorteert onder een gemengd paritair comité, spreekt het vanzelf dat de voorafgaande instemming van de representatieve werknemersorganisaties gevraagd moet worden aan de organisaties van de beroepscategorie waartoe de betrokken werknemer behoort (arbeider of bediende).

    Afdeling III. - Tijdelijke vermeerdering van werk

    Art. 5. § 1. Bij tijdelijke vermeerdering van werk is tijdelijke arbeid toegelaten met de voorafgaande instemming van de vakbondsafvaardiging. Binnen drie werkdagen na de ontvangst van die instemming moet de werkgever de bij artikel 4, § 2, bedoelde ambtenaar daarvan op de hoogte brengen.

    De werkgever moet in zijn aanvraag het aantal betrokken werknemers vermelden evenals de periode gedurende welke de tijdelijke arbeid zal worden uitgeoefend. Bovendien mag de aanvraag nooit betrekking hebben op een periode van meer dan één kalendermaand; ze is telkens hernieuwbaar.

    § 2. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging moet de werkgever vooraf de instemming vragen van de representatieve werknemersorganisaties die vertegenwoordigd zijn in het paritair comité waaronder de onderneming ressorteert. Bij ontstentenis van een bevoegd paritair comité of indien het bestaande paritair comité niet werkt, moet de werkgever vooraf de instemming vragen van de representatieve werknemersorganisaties die vertegenwoordigd zijn in de Nationale Arbeidsraad.

    Bij instemming van de organisaties waarvan sprake in het vorige lid of bij ontstentenis van een antwoord binnen een termijn van zeven dagen die volgen op de aanvraag, kan de werkgever een beroep doen op tijdelijke arbeid, op voorwaarde dat hij de in artikel 4, § 2, bedoelde ambtenaar daarvan op de hoogte brengt binnen een termijn van drie werkdagen die aanvangt hetzij vanaf de ontvangst van de instemming, hetzij na verloop van de termijn van zeven dagen.

    In geval van onenigheid tussen de organisaties waarvan sprake in het eerste lid van deze paragraaf, medegedeeld binnen zeven dagen die volgen op de aanvraag, verwittigt de werkgever binnen een termijn van drie werkdagen de in artikel 4, § 2, bedoelde ambtenaar met het verzoek de uiteenlopende standpunten te verzoenen.

    Bij mislukking van de verzoening vraagt de werkgever het advies van die ambtenaar. Het advies van die ambtenaar bindt de betrokken partijen.

    Bij gebrek aan een gunstig advies binnen een termijn van zeven dagen nadat die ambtenaar van de onenigheid tussen de organisaties verwittigd werd, mag de werkgever geen beroep doen op tijdelijke arbeid.

    § 3. Wanneer er geen vakbondsafvaardiging is, mag de werkgever, niettegenstaande de bepalingen van het eerste en het derde tot en met het vijfde lid van de vorige paragraaf, voorlopig een beroep doen op de tijdelijke arbeid gedurende een periode van ten hoogste vijftien dagen, die aanvangt op de dag van de aanvraag aan de representatieve werknemersorganisaties waarvan sprake in het eerste lid van dezelfde paragraaf.

    Indien er in de loop van eenzelfde kalenderjaar meerdere aanvragen zijn, is deze bepaling enkel van toepassing voor de eerste aanvraag die voor een technische bedrijfseenheid en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT