10 OKTOBER 2022. - Ministerieel besluit tot wijziging van artikel 1 en bijlage 1 en 2 van het ministerieel besluit van 3 mei 1999 tot vaststelling van minimumnormen voor het houden van zoogdieren in dierentuinen

Rechtsgronden

Dit besluit is gebaseerd op:

-de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, artikel 5, § 2, eerste lid, gewijzigd bij de decreten van 13 juli 2018 en 29 januari 2021;

- het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2018 betreffende de erkenning van dierentuinen, artikel 12, eerste lid, en artikel 16, eerste lid.

Vormvereisten

De volgende vormvereisten zijn vervuld:

- De Vlaamse Dierentuinencommissie heeft advies gegeven op 4 mei 2022.

- De Inspectie van Financiën heeft advies gegeven op 16 juni 2022.

- De Raad van State heeft advies nr. 72.031/1/V gegeven op 19 september 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Motivering

Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief:

- Er worden verschillende wijzigingen aangebracht in het ministerieel besluit van 3 mei 1999 tot vaststelling van minimumnormen voor het houden van zoogdieren in dierentuinen, die als doel hebben de minimumnormering voor het houden van zoogdieren in dierentuinen aan te passen. Zo kan het welzijn van de zoogdieren die in dierentuinen gehouden worden, beter gewaarborgd worden. Bij de opmaak van dit ontwerpbesluit werd rekening gehouden met het advies van de Vlaamse Dierentuinencommissie van 4 mei 2022. Deze aanpassingen sluiten aan bij het beleidsvoornemen, vermeld in de beleidsnota dierenwelzijn 2019-2024, om de minimumnormen voor het houden van zoogdiersoorten aan te passen "op basis van de nieuwste wetenschappelijke inzichten en met het oog op een positief welzijn, rekening houdend met zowel de fysieke eigenschappen van de dieren als de leefwijze en behoeften van de soorten in het wild en hun aanpasbaarheid aan het leven in gevangenschap".

DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS, SPORT, DIERENWELZIJN EN VLAAMSE RAND BESLUIT:

Artikel 1. Aan artikel 1 van het ministerieel besluit van 3 mei 1999 tot vaststelling van minimumnormen voor het houden van zoogdieren in dierentuinen wordt een punt 7 toegevoegd, dat luidt als volgt:

"7. verrijking: verbeteren van de kwaliteit van de omgeving door stimuli toe te voegen of acties aan te bieden die resulteren in een meetbare verbetering in gedragsmatig, psychologisch of fysiologisch welzijn.".

Art. 2. In bijlage 1 bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 18 maart 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in tabel I worden de rijen "Tachyglossus aculeatus" tot en met "Rousettus aegiptiacus" opgeheven;

  2. in tabel I worden de rijen "Alopex lagopus" tot en met "Lutra lutra" opgeheven;

  3. in tabel I worden de rijen "Meles meles" tot en met "Mustela furio" opgeheven;

  4. in tabel I worden de rijen "Potos flavus" tot en met " Genetta sp." opgeheven;

  5. in tabel I worden de rijen "Elephas maximus" tot en met "Myocastor coypus" opgeheven;

  6. in tabel II worden de rijen "Panthera tigris" tot en met "Lutra lutra" opgeheven;

  7. in tabel II wordt de rij "Ursus maritimus" opgeheven;

  8. in tabel II worden de rijen "Fam. Tapiridae" tot en met "Fam. Castoridae" opgeheven.

    Art. 3. In bijlage 2 bij hetzelfde besluit, toegevoegd bij het ministerieel besluit van 18 maart 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  9. in hoofdstuk 1 wordt punt 1 opgeheven;

  10. in hoofdstuk 1 wordt een punt 3.5 ingevoegd, dat luidt als volgt:

    "3.5. Als er alleen in een binnenverblijf voorzien wordt, wordt er gezorgd voor natuurlijke stimuli die aangepast zijn aan de soort. Het gaat bijvoorbeeld om regen, wind, uv-licht, zonlicht en variatie van de temperatuur of een simulatie daarvan.";

  11. in hoofdstuk 2, afdeling 1, tabel 1, worden aan de rijen "Pongo spec.", "Gorilla spec.", "Pan paniscus" en "Pan troglodytes" de bijzondere eis "q" toegevoegd;

  12. in hoofdstuk 2, afdeling 1, tabel 2, wordt de rij

    Manipuleerbare bodembedekking over ten minste 90% van de oppervlakte van het verblijf. c

    vervangen door de rij

    Manipuleerbare bodembedekking over ten minste 90% van de minimumoppervlakte van het verblijf. c

  13. aan hoofdstuk 2, afdeling 1, tabel 2, wordt een rij toegevoegd, die luidt als volgt:

    Er moet voor deze soort een specifiek verrijkingsplan uitgewerkt en toegepast worden. q

  14. in hoofdstuk 2, afdeling 2, tabel 2, wordt de rij:

    Odobenus rosmarus 3-4 400 3,5 op 87% van de vereiste oppervlakte van het bassin 50 c(8;4) d

    vervangen door de rij:

    Odobenus rosmarus 3-4 400 5 op 20% van de vereiste oppervlakte van het bassin 50 c(8;4) d- variatie aan diepten - ondiepe delen zijn minstens 1,5 m diep

    Art. 4. Aan hoofdstuk 2 van bijlage 2 bij hetzelfde besluit worden een afdeling 3 tot en met 11 toegevoegd, luiden als volgt:

    "Afdeling 3. Minimumnormen voor het houden van beren in dierentuinen

    Tabel 1. Minimumnormen voor de verblijven

    diersoort aantal minimumafmetingen voor het aangegeven aantal dieren bijkomende oppervlakte per bijkomend dier bijzondere eisen buitenverblijf binnenverblijf opper-vlakte (m2) hoogte (m) opper-vlakte (m2) hoogte (m) buiten (m2) binnen (m2) Ailuropoda melanoleuca 1 450 aa c d dd g+ h(150) l nh(light) ns o on q ttt xxb xxc z1 Ailurus fulgens 1 40 3 20 aa av(>1m) d g(n+1) g+ hh(200) nh(light) ttt Helarctos malayanus 1 450 15 aa c d dd e(20) g+ hh(150) l nh(light) ns on q ttt xxb xxc z1 Melursus ursinus 1 450 15 aa c d dd e(10) g+ hh(150) l nh(light) ns on q ttt xxb xxc z1 Nasua spec. 4 80 2,5 10 2,5 25 2,5 aaa d dd e(12) h s(bi) tt x Potos flavus 2 40 2,5 10 2,5 20 5 aaa d e(15) l s(bi) x Procyon lotor 2 50 2,5 25 aa d dd l on x Tremarctos ornatus 1 450 15 aa c d dd g+ hh(150) l nh(light) ns on q ttt xxb xxc z1 Ursus americanus 1 450 aa c d dd g g+ hh(150) l nh(light) ns o q ttt xxb xxc z1 Ursus arctos 1 600 aa c d dd g g+ hh(150) l nh(light) ns o q ttt xxb xxc z1 Ursus maritimus 1 1100 av(>1m) c d dd go hh(100) l nh(light) ns o+ q ttt xxb xxc z2 z3 Ursus thibetanus 1 450 aa c d dd g g+ hh(150) l nh(light) ns on q ttt xxb xxc z1

    Tabel 2. Minimumnormen voor de bassins

    diersoort aantal bassin minimumafmetingen voor het aangegeven aantal dieren bijkomende oppervlakte per bijkomend dier (m2) bijzondere eisen oppervlakte(m2) diepte(m) Ursus maritimus 1 100 3 op 50% van de vereiste oppervlakte van het bassin 100 u

    Tabel 3. Bijzondere eisen

    aa Uitgebreide vaste klimstructuurAlle dieren hebben op elk moment een klimstructuur ter beschikking. aaa Klimmogelijkheid met beweeglijke elementenAlle dieren hebben op elk moment een klimstructuur ter beschikking. av(>1m) Hoge vista (> 1 m). De dieren kunnen vanaf een verhoging in het verblijf uitkijken. De dieren kunnen minstens boven de hoofden van de bezoekers kijken en hebben de mogelijkheid om in de verte te kijken.Alle dieren hebben op elk moment een vista ter beschikking. c(...) GraafmogelijkhedenWaar dat van toepassing is, wordt de minimumdiepte tussen haakjes weergegeven in centimeter. d Veerkrachtige bodem over vrijwel de volledige minimumoppervlakte van het verblijf. dd Manipuleerbare bodembedekking over vrijwel de volledige minimumoppervlakte van het verblijf. e(...) De dieren hebben permanent toegang tot een ruimte waarin de temperatuur niet daalt onder de temperatuur in graden Celsius die tussen haakjes is aangegeven. g(...) NestboxAlle dieren hebben op elk moment een nestbox ter beschikking.Waar dat van toepassing is, wordt het aantal nestboxen tussen haakjes weergegeven. go(...) Nestbox die toegankelijk is via een kunstmatige buis of een zelfgegraven gang. Alle dieren hebben op elk moment een nestbox ter beschikking.Waar dat van toepassing is, wordt het aantal nestboxen tussen haakjes weergegeven. g+ Geschikt nestmateriaal h(...) Soortspecifieke rustplaatsAlle dieren hebben op elk moment een soortspecifieke rustplaats ter beschikking. Waar dat van toepassing is, wordt het minimumaantal rustplaatsen tussen haakjes weergegeven. hh(...) Soortspecifieke rustplaats op hoogteAlle dieren hebben op elk moment een soortspecifieke rustplaats ter beschikking. Waar dat van toepassing is, wordt de minimumhoogte van de bodem van de soortspecifieke rustplaats, gemeten vanaf de bodem van het verblijf, tussen haakjes weergegeven in centimeter. I(...) Individueel slaaphok Voor elk dier is in een individueel slaaphok voorzien. Waar dat van toepassing is, wordt de minimumhoogte van de bodem van het individuele slaaphok, gemeten vanaf de bodem van het verblijf, tussen haakjes weergegeven in centimeter. nh(light) De dieren hebben de mogelijkheid om soortgenoten en het publiek te mijden, en om zich te verstoppen. Er is begroeiing of structuur in het verblijf (bv. rotsen, constructie met boomstammen, dichte struiken ...). ns Variatie in substraten (bv. rotsen, zand, gras) o Waterbad dat voldoende groot is zodat alle volwassen dieren tegelijkertijd hun lichaam volledig kunnen onderdompelen. De oppervlakte van het waterbad is niet inbegrepen in de minimale oppervlakte van het verblijf. on Ondiep waterbad dat voldoende groot is zodat alle volwassen dieren tegelijkertijd hun lichaam volledig kunnen onderdompelen. De oppervlakte van het waterbad is niet inbegrepen in de minimale oppervlakte van het verblijf. o+ Bassin waarin de dieren kunnen zwemmenDe oppervlakte van het bassin is niet inbegrepen in de minimale oppervlakte van het verblijf.Waar dat van toepassing is, worden de minimale afmetingen en watertemperatuur vastgelegd in tabel 2. q Er moet voor deze soort een specifiek verrijkingsplan uitgewerkt en toegepast worden. s(bi) Dieren kunnen ook volledig binnen gehouden worden als alle relevante stimuli worden gegeven (bv. klimatologisch). Als de dieren enkel binnen gehouden worden, is de totale minimale oppervlakte de som van de oppervlakte van het binnen- en buitenverblijf. tt Mannelijke dieren kunnen tijdelijk in een geschikt verblijf van de groep afgezonderd worden als dat noodzakelijk is om het welzijn van alle dieren te garanderen. De noodzaak en de tijdelijkheid worden gedocumenteerd. ttt Als de dieren compatibel zijn, mogen ze in groep gehouden worden. In dat geval wordt de minimale oppervlakte, vermeld in de kolom...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT