10 DECEMBER 2017. - Koninklijk besluit tot opstelling van een waarborgprogramma voor de wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het juridisch stelsel van de wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie berust op twee internationale verdragen: het Verdrag van Parijs van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie en het Aanvullende Verdrag van Brussel van 31 januari 1963. Deze twee verdragen werden voor de laatste maal gewijzigd door een Protocol van 12 februari 2004. Ze worden in België ten uitvoer gebracht door de wet van 22 juli 1985 betreffende de wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie.

Enkele van de basisbeginselen vastgelegd in het Verdrag van Parijs en de wet van 22 juli 1985 zijn met name: objectieve aansprakelijkheid van de exploitant van een kerninstallatie, maar beperkt tot een bepaald bedrag, verplichting voor de exploitant om een volledige verzekeringsdekking voor zijn aansprakelijkheidsrisico te hebben en verplichting voor de Staat om de slachtoffers te vergoeden indien de vereiste verzekeringen er toch niet zouden zijn.

Het Protocol van 12 februari 2004, dat nog niet van kracht werd, verzwaart de aansprakelijkheid van de exploitanten. Het verhoogt het aansprakelijkheidsplafond tot 700 miljoen euro en laat aan de verdragsluitende staten de mogelijkheid in een nog hoger plafond te voorzien; in België bracht de wet van 13 november 2011 dit plafond op 1,2 miljard euro (in bepaalde situaties is een lager plafond mogelijk, met name voor transporten, waarvoor Uw besluit van 28 december 2011 het plafond vastlegt op iets meer dan 297 miljoen euro, en voor lagerisicoinstallaties, waarvoor U verschillende besluiten hebt uitgevaardigd die het plafond op 297, 74 of 70 miljoen euro leggen). Het breidt de vergoedbare kernschade uit naar schade aan het milieu en verlengt de verjaringstermijn voor schade aan personen, van tien naar dertig jaar.

In de praktijk bezorgt deze verzwaring van de aansprakelijkheid van de exploitanten hen verzekerbaarheidsproblemen. De private verzekeringsmarkt heeft inderdaad niet voldoende capaciteit om de totaliteit van een dusdanig verzwaard aansprakelijkheidsrisico te dekken, dat de exploitanten echter wel dienen te verzekeren. De problemen stellen zich met name voor de dekking van aansprakelijkheidsvorderingen die meer dan tien jaar na het ongeval ingesteld zouden worden, het risico van de nieuwe verjaringstermijn van dertig jaar dus, en in mindere mate voor de dekking van de schade aan het milieu. Er zijn verzekeringspolissen beschikbaar voor dit soort risico's, maar de door de markt aangeboden dekkingsbedragen bereiken niet het vereiste bedrag van 1,2 miljard of 297 miljoen euro.

Daarom heeft de wet van 29 juni 2014 in de wet van 22 juli 1985 een artikel 10/1 ingevoegd, dat exploitanten van kerninstallaties toelaat te genieten van een staatswaarborg, tegen een vergoeding, voor zover de private verzekerings- en financiële zekerhedenmarkt hen niet de vereiste dekking biedt. Het aan U ter ondertekening voorgelegde ontwerpbesluit heeft tot doel deze bepaling ten uitvoer te brengen.

Het door dit ontwerpbesluit ingevoerde waarborgprogramma werd meegedeeld aan de Europese Commissie, in het kader van artikels 107 en 108 met betrekking tot staatssteun van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. De Commissie heeft vastgesteld dat de hoogte van de provisie die de exploitanten moeten betalen om de garantie te kunnen krijgen, zodanig was bepaald dat deze exploitanten daarmee geen economisch voordeel krijgen, en dat met het waarborgprogramma dan ook geen staatssteun is gemoeid.

Het basisprincipe bij het opstellen van het waarborgprogramma is dat de staatsinterventie subsidiair moet blijven ten opzichte van de markt. De staatswaarborg zal pas beschikbaar zijn als de exploitant geen verzekeringsdekking of financiële zekerheid kan bekomen op de markt (in het vervolg van dit verslag worden de financiële zekerheden niet systematisch vermeld en verwijzingen naar verzekeringen moeten naargelang de context eveneens begrepen worden als verwijzingen naar financiële zekerheden). In eenzelfde optiek wordt de door de exploitant aan de Staat verschuldigde vergoeding dan ook vastgelegd op een bedrag dat hoger ligt dan de marktprijzen (het supplement situeert zich in de grootte van 15 %), om exploitanten en verzekeraars aan te zetten verzekeringsoffertes te ontwikkelen in plaats van beroep te doen op de Staat.

Er werd rekening gehouden met het advies van de Raad van State, met uitzondering van de opmerkingen betreffende de artikelen 22 en 29 van het ontwerpbesluit.

Toelichting bij de artikelen

Artikel 1

Artikel 1 beschrijft het voorwerp van het ontwerpbesluit en vermeldt het hierboven toegelichte fundamentele subsidiariteitsbeginsel.

Art. 2

Artikel 2 bevat de definities die nuttig zijn voor de duidelijkheid van het ontwerpbesluit. De weerhouden definities hebben tot doel de samenhang van de woordenschat en de begrippen gebruikt in het ontwerpbesluit, de wet van 22 juli 1985 en het Verdrag van Parijs te garanderen.

Verwijzingen naar een of meerdere "exploitanten" hebben, naargelang de context, betrekking op een welbepaalde exploitant op wie de bepaling waarin deze term verschijnt van toepassing is of op alle exploitanten tezamen.

Het begrip "segment" wordt gebruikt om de aan de Staat verschuldigde waarborgprovisie te berekenen, het tarief van deze provisie wordt segment per segment vastgelegd. De definitie van het begrip kan geïllustreerd worden aan de hand van de volgende voorbeelden. Het "milieu", dit wil zeggen de aansprakelijkheid voor schade aan het milieu die veroorzaakt zou zijn door een kernongeval, vormt een segment, omdat het gaat om een subgeheel van het aansprakelijkheidsrisico dat wordt omschreven door te verwijzen naar een soort schade. Zo kunnen ook "aardbevingen", indien de verzekeringen voor nucleaire aansprakelijkheid een uitsluitingsclausule voor seismische rampen zouden bevatten (wat momenteel niet het geval is), een segment vormen, omdat het gaat om een subgeheel van het aansprakelijkheidsrisico dat wordt omschreven door te verwijzen naar een soort gevaar. Het "verlies boven 100 miljoen euro", indien een polis de omvang van zijn dekking op dergelijke manier zou omschrijven, vormt dan weer geen segment omdat het hier gaat om een subgeheel van het aansprakelijkheidsrisico dat omschreven wordt door te verwijzen naar een dekkingsgraad.

Het begrip "jaarperiode" wordt gebruikt om zich af te kunnen stemmen op de heronderhandelingscyclus van de verzekeringspolissen, die in het algemeen verstrekt worden voor een duur die overeenkomt met het kalenderjaar. Als we ervan uitgaan dat de datum van inwerkingtreding bepaald overeenkomstig artikel 55, lid 2, 1 januari 2018 is, zal de eerste jaarperiode bedoeld in dit ontwerpbesluit het jaar 2018 zijn.

De definitie van de termen "waarborgprovisietarief", "sekwesterfondsen" en "provisietarief post-ongeval" wordt hieronder toegelicht in het commentaar bij artikels 21 en 29.

De Commissie voor Verzekeringen merkt in haar advies op dat de term "commission" in de Franse versie van het ontwerpbesluit niet geschikt lijkt, gelet op de andersluidende betekenis van deze term in de verzekeringswereld. De door het ontwerpbesluit ingevoerde staatswaarborg voorziet echter niet in een verzekering, het gaat integendeel om een financiële waarborg. De term "commission de garantie" is gebruikelijk in deze context. Hetzelfde geldt voor de term "waarborgprovisie" in de Nederlandse versie van het ontwerpbesluit.

Art. 3

Het staat de exploitanten vrij al dan niet aan te sluiten bij het waarborgprogramma dat de Staat hen ter beschikking stelt. Ze nemen pas deel aan dit programma op hun verzoek. Niets verplicht een exploitant die wel over een verzekeringsdekking voor zijn volledige aansprakelijkheidsrisico zou beschikken om erbij aan te sluiten.

Artikel 3 voorziet dan ook in een procedure die begint met een verzoek van de exploitant die aan het programma wenst deel te nemen, gevolgd door een onderzoek van de ontvankelijkheid van zijn verzoek door de minister van Economie, door een onderzoek van het dossier door de minister van Financiën en, desgevallend, van het sluiten van een toetredingsakte met contractuele waarde tussen de verzoekende exploitant en de Staat, vertegenwoordigd door de minister van Financiën. De verdeling van de taken tussen beide ministers is bepaald in artikel 10/1, §§ 1 en 2, van de wet van 22 juli 1985.

Het sluiten van een contractuele toetredingsakte dringt zich op om de voor iedere exploitant specifieke bijzondere voorwaarden te kunnen vastleggen en de verbintenis van de exploitant te bekomen om alle verplichtingen na te komen die voortvloeien uit het waarborgprogramma, in de eerste plaats om de aan de Staat verschuldigde vergoeding te betalen. Een toetredingsakte zal typisch de kerninstallatie in kwestie identificeren en de datum van inwerkingtreding van het programma voor de betreffende exploitant vermelden en zal de nodige verklaringen van de exploitant bevatten dat hij de nodige inspanningen heeft geleverd om de markt te bevragen vooraleer hij de staatswaarborg aanvraagt. In het bijzonder geval van de centrales van Tihange 1, Doel 1 en Doel 2 bevat de toetredingsakte eveneens een bevestiging van de exploitant van de centrale, en desgevallend van zijn aandeelhouders, dat de door het waarborgprogramma vooropgestelde vergoeding verenigbaar is met de verbintenissen die de Staat jegens hen is aangegaan in artikels 4/1, § 4, en 4/2, § 2, van de wet van 31 januari 2003 houdende de geleidelijke uitstap uit kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie en in de betreffende overeenkomsten. Ter herinnering: deze bepalingen voorzien erin dat de in de wet van 31 januari 2003 vastgelegde vergoedingen elke andere heffing ten voordele van de Staat die zou zijn verbonden aan de eigendom of de exploitatie van de centrales in kwestie uitsluiten.

Idealiter, zullen de exploitanten die vrezen dat ze op de markt geen volledige verzekeringsdekking kunnen bekomen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT