1 OKTOBER 2020. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot uitvoering van de Proxi-lening

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering,

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, artikel 8, juncto de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op het bijzondere machtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/045 van 19 juni 2020 betreffende de Proxi-lening, de artikelen 2, § 5, tweede lid, 3, § 1, zesde lid, en § 3, eerste en tweede lid, 5, tweede lid, 7, § 4, tweede lid, en 10, eerste lid;

Gelet op de ordonnantie van 22 april 1999 tot wijziging van de wet van 4 augustus 1978 tot economische heroriëntering en houdende oprichting van het Brussels Waarborgfonds, artikel 7, § 2, zoals ingevoegd bij het bijzondere machtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/045 van 19 juni 2020;

Gelet op de gelijkekansentest, opgesteld op 13 juli 2020 overeenkomstig artikel 2, § 1, 1°, van de ordonnantie van 4 oktober 2018 tot invoering van de gelijkekansentest;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 juli 2020;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 15 juli 2020;

Gelet op advies 67.820 van de Raad van State, gegeven op 3 september 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op advies nr. 92/2020 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 23 september 2020, met toepassing van artikel 36, § 4, van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming);

Op voorstel van de Minister bevoegd voor Economie,

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. Bijzondere machtenbesluit: het bijzondere machtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/045 van 19 juni 2020 betreffende de Proxi-lening of elke latere akte die het vervangt;

  2. Crowdfundingwet: de wet van 18 december 2016 tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën of elke latere akte die ze vervangt;

  3. Fonds: het Brussels Waarborgfonds, opgericht bij de ordonnantie van 22 april 1999 tot wijziging van de wet van 4 augustus 1978 tot economische heroriëntering en houdende oprichting van het Brussels Waarborgfonds of elke latere akte die ze vervangt;

  4. alternatieve-financieringsplatform: het alternatieve-financieringsplatform gedefinieerd in artikel 4, 2°, van de Crowdfundingwet;

  5. financieringsvehikel: het financieringsvehikel gedefinieerd in artikel 4, 7°, van de Crowdfundingwet;

  6. FSMA: de FSMA gedefinieerd in artikel 4, 14°, van de Crowdfundingwet.

    De in artikel 1 van het Bijzondere machtenbesluit opgenomen definities gelden ook voor dit besluit.

    Art. 2. Het Fonds beheert de registratie van de Proxi-leningen.

    Er wordt een overeenkomst gesloten tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Fonds met het oog op de vaststelling van:

  7. de praktische voorwaarden van het in het eerste lid bedoelde beheer;

  8. het bedrag van de kosten die verband houden met dit beheer en die ten laste zijn van de gewestbegroting;

  9. de boekings- en verantwoordingswijze van deze kosten;

  10. de modaliteiten en de inhoud van het jaarlijks activiteitenverslag van het Fonds aan de Regering over de activiteit van het Fonds in het kader van dit beheer.

    Art. 3. § 1. De in dit besluit bedoelde verwerkingen van persoonsgegevens hebben tot doel het Proxi-leningprogramma te organiseren om ondernemingen te ondersteunen door leningen van particulieren fiscaal aan te moedigen om zo de liquiditeit of het eigen vermogen van deze ondernemingen te verhogen.

    Zij zullen in het bijzonder tot doel hebben het volgende mogelijk te maken:

  11. de registratie van akten tot opening van de Proxi-leningen;

  12. de communicaties met de partijen bij de akten tot opening van de Proxi-leningen;

  13. de controle op de juistheid van de essentiële elementen van deze akten;

  14. de controle op de naleving van de wettelijke of door dit besluit vastgestelde voorwaarden;

  15. de schrapping van registraties, ambtshalve of na mededeling door een partij;

  16. de uitwisseling van informatie met de federale belastingadministratie met het oog op de vaststelling van de belastingkredieten;

  17. de opstelling van anonieme statistieken.

    § 2. Het beheer van de registratie van Proxi-leningen kan aanleiding geven tot de verwerking van de volgende categorieën persoonsgegevens:

  18. de identificatiegegevens, het rijksregisternummer, de adresgegevens, de contactgegevens en het bankrekeningnummer van de kredietgevers;

  19. de identificatiegegevens, het rijksregisternummer, de adresgegevens, de contactgegevens, het bankrekeningnummer, de gegevens over de economische situatie en de gegevens uit de Kruispuntbank van Ondernemingen van de kredietnemers die zelfstandige ondernemingen natuurlijke personen zijn;

  20. de identificatiegegevens, het rijksregisternummer, de adresgegevens en de contactgegevens van de vertegenwoordigers van de kredietnemers die rechtspersonen zijn in het kader van een Proxi-lening;

  21. andere persoonsgegevens die voorkomen in de akten tot opening van de Proxi-leningen en die nodig zijn voor de controle op de naleving van de in de artikelen 2 tot 4 van het Bijzondere machtenbesluit bedoelde en in dit besluit voorziene voorwaarden.

    § 3. Het Fonds en de N.V. Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel zijn samen verantwoordelijk voor de in § 1 bedoelde verwerkingen van de in § 2 bedoelde persoonsgegevens.

    Het Fonds kan persoonsgegevens verkrijgen van de partijen bij de akten tot opening van de Proxi-leningen of van andere overheidsinstanties.

    § 4. In het door deze bepaling afgebakende kader, is het Fonds gemachtigd om rijksregisternummers op te vragen en te gebruiken, overeenkomstig artikel 8, § 1, derde lid van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.

    § 5. De bewaartermijn voor persoonsgegevens die worden verwerkt in het kader van het Proxi-leningprogramma bedraagt drie jaar, te rekenen vanaf het einde van een lening, met inbegrip van de geschrapte lening.

    Indien de registratie van een akte werd geweigerd, worden de desbetreffende gegevens bewaard gedurende één jaar, te rekenen vanaf de kennisgeving van de weigeringsbeslissing.

    Persoonsgegevens die nodig zijn voor de behandeling van een geschil in het kader van het Proxi-leningprogramma worden echter bewaard gedurende de tijd die nodig is om een dergelijk geschil te behandelen en eventuele daaropvolgende rechterlijke beslissingen uit te voeren.

    Art. 4. § 1. Dit artikel is van toepassing op Proxi-leningen die rechtstreeks tussen een kredietgever en een kredietnemer worden gesloten.

    § 2. De in dit besluit voorziene communicaties van de kredietgever aan het Fonds geschieden per aangetekende post of, indien het Fonds in die mogelijkheid voorziet, per elektronische post dan wel door middel van enig ander telecommunicatiemiddel dat resulteert in een schriftelijk stuk, gericht aan het Fonds, waarop een elektronische handtekening is aangebracht conform artikel 3, 10° tot 3, 12° van de Verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende de elektronisch identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van Richtlijn 1999/93/EG.

    De poststempel op het afschrift van de zending of het ontvangstbewijs van de elektronische verzending geldt als verzendingsbewijs.

    § 3. De in dit besluit voorziene communicaties van het Fonds aan de kredietgever geschiedt per elektronische post op het door de kredietgever opgegeven elektronisch adres of, indien de kredietgever dit verkiest, per ter post aangetekende brief.

    In geval van wijziging van het elektronisch of postadres, informeert de kredietgever het Fonds hierover per aangetekende brief.

    Na ontvangst van deze brief, gebruikt het Fonds uitsluitend het nieuw adres voor zijn communicaties aan de kredietgever.

    Art. 5. § 1. Om de tussenpersoon te kunnen zijn van Proxi-leningen, moet een financieringsvehikel worden gecontroleerd of beheerd door een door de FSMA vergund alternatieve-financieringsplatform, overeenkomstig...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT