1 FEBRUARI 2024. - Decreet over de verwerking van persoonsgegevens in het kader van ondersteunende opdrachten, preventieve geneeskundeprogramma's en ouderschapsondersteuningsprogramma's van het Office de la Naissance et de l'Enfance (1)

Het Parlement heeft aangenomen en Wij, de Regering, bekrachtigen hetgeen volgt:

Artikel 1. Dit decreet regelt de verwerking van persoonsgegevens door het Office de la Naissance et de l'Enfance, hierna "het Bureau" genoemd, of door het Bureau gemachtigde, erkende of gesubsidieerde natuurlijke en rechtspersonen, met uitzondering van gegevensverwerking krachtens:

  1. het decreet van 31 maart 2004 betreffende de adoptie;

  2. het decreet van 21 februari 2019 betreffende de versteviging van de kwaliteit en de toegankelijkheid van de opvang van jonge kinderen in de Franse Gemeenschap;

  3. het decreet van 14 maart 2019 betreffende de bevordering van de gezondheid op scholen en in het hoger onderwijs buiten de universiteiten.

    Art. 2. § 1. Het Bureau en de door het Bureau gemachtigde, erkende of gesubsidieerde natuurlijke en rechtspersonen zijn elk verantwoordelijk voor de verwerking van persoonsgegevens die zij uitvoeren overeenkomstig de bepalingen van dit decreet.

    § 2. Elke persoon die persoonsgegevens verwerkt in overeenstemming met dit hoofdstuk is gebonden aan het beroepsgeheim met betrekking tot de gegevens waartoe hij toegang heeft.

    De verwerkte gegevens moeten bewaard worden onder voorwaarden die dit beroepsgeheim garanderen en de naleving van de wet van 22 augustus betreffende de rechten van de patiënt verzekeren.

    De modaliteiten voor toegang tot deze gegevens moeten garanties bieden op het vlak van traceerbaarheid.

    § 3. Overeenkomstig artikel 2, § 2, 6° van het decreet van 17 juli 2002 tot hervorming van het Office de la Naissance et de l'Enfance, afgekort "O.N.E." neemt het Bureau, wanneer het gegevens voor statistische doeleinden verwerkt, passende technische en organisatorische maatregelen om de rechten en vrijheden van de betrokkenen te waarborgen en de statistische geheimhouding te bewaren.

    Hiertoe stelt het Bureau zijn gemachtigde, erkende of gesubsidieerde partners een veilig middel voor gegevensoverdracht ter beschikking.

    De resultaten van de verwerking voor statistische doeleinden zijn geaggregeerde en geanonimiseerde gegevens, of gepseudonimiseerde gegevens wanneer anonimisering het niet mogelijk maakt om het onderzoeksdoel te bereiken. Deze resultaten worden niet gebruikt ter ondersteuning van maatregelen of beslissingen met betrekking tot een bepaalde natuurlijke persoon.

    Art. 3. Voor elke persoon die werkt of samenwerkt met diensten of structuren gemachtigd, erkend of gesubsidieerd door het O.N.E. in het kader van de opdrachten bedoeld in artikel 1 en die in contact komt of kan komen met kinderen, is een uittreksel uit het strafregister, bedoeld in artikel 596, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, of een gelijkwaardig document voor een persoon die niet gedomicilieerd is in België, dat blijk geeft van een onberispelijk gedrag ten aanzien van minderjarigen vereist en dat om de vijf jaar moet worden voorgelegd teneinde een ondersteuning te verzekeren die de gezondheid en de fysieke en psychologische veiligheid van de opgevolgde kinderen waarborgt.

    Het verzamelen en opslaan van het uittreksel uit het strafregister valt onder de verantwoordelijkheid van de betrokken dienst of structuur. Het wordt alleen door het O.N.E. geraadpleegd om te controleren of aan de voorwaarden voor erkenning of subsidiëring wordt voldaan. Het O.N.E. verwerkt niet systematisch de gegevens van de uittreksels uit het strafregister van alle werknemers van gemachtigde, erkende of gesubsidieerde natuurlijke en rechtspersonen.

    Art. 4. § 1. Voor elke begunstigde van de volgende opdrachten wordt een medisch dossier geopend:

  4. prenatale consultaties bedoeld in artikel 2, § 1, tweede lid, 1° van voornoemd decreet van 17 juli 2002;

  5. consultaties voor kinderen bedoeld in artikel 2, § 1, tweede lid, 2° van hetzelfde decreet;

  6. thuisbegeleiding bedoeld in artikel 2, § 1, tweede lid, 3° van hetzelfde decreet.

    Het medisch dossier bevat vaccinatiegegevens en diagnostische gegevens met het oog op de preventieve opvolging, de kwaliteit en de continuïteit van de zorgverlening aan de patiënt en de verleende behandeling.

    § 2. De rechten van de patiënt met betrekking tot medische dossiers zijn identiek aan die toegekend door de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt en worden uitgeoefend volgens de modaliteiten die daarin zijn vastgelegd.

    Art. 5. § 1. Voor elke begunstigde van de volgende opdrachten wordt een sociaal dossier geopend:

  7. ondersteuning van het kind in en met betrekking tot zijn familiale en sociale omgeving;

  8. ouderschapsondersteuning;

  9. informatie voor ouders en toekomstige ouders.

    Het sociaal dossier bevat elk element toevertrouwd of vastgesteld in het kader van de voormelde opdrachten en dat een impact heeft op het ouderschap, zonder dat dit van invloed is op de preventieve medische opvolging, en dat bijgevolg niet binnen de reikwijdte van het medisch dossier valt.

    § 2. Elk sociaal dossier bevat de volgende persoonsgegevens:

  10. de namen en voornamen, het geslacht, de geboortedatum en eventueel de datum van overlijden:

    1. van de aanstaande moeder of de moeder;

    2. van het toekomstige kind of het kind;

    3. van de vader of de co-ouder van het toekomstige kind of van het kind en, indien verschillend, de persoon die het ouderlijk gezag over het kind uitoefent;

    4. van de moeder, de vader of de co-ouder van de minderjarige moeder van het toekomstige kind of van het kind, of de persoon die het ouderlijk gezag over de minderjarige moeder uitoefent;

    5. van eventuele andere leden van het gezin of de gebruikelijke verblijfplaats van de aanstaande moeder, de moeder of het kind;

  11. de contactgegevens van de onder 1° bedoelde personen en van de professionals die de begunstigde begeleiden, met inbegrip van de woonplaats, de gebruikelijke verblijfplaats of de werkplek, het telefoonnummer en het e-mailadres;

  12. de taalgegevens en nationaliteit van de onder 1° bedoelde personen;

  13. de sociaal-economische gegevens van de onder 1° bedoelde personen die de zorgverlening aan de begunstigde kunnen beïnvloeden:

    1. eetgewoonten, hygiëne en leefomgeving;

    2. verslavingen en afhankelijkheden;

    3. sociale omkadering en begeleiding door maatschappelijk werkers;

    4. administratieve en professionele situatie;

    5. sociale situatie en context;

    6. persoonlijke ervaring;

    7. actief familie- en sociaal netwerk rond de begunstigde;

    8. elke bijzonderheid van de persoonlijke, sociale, economische, administratieve of omgevingssituatie van de begunstigde die van invloed kan zijn op de uitvoering van sociaal werk om de begunstigde te begeleiden en te ondersteunen bij de realisatie van zijn ouderschapsproject, mits toestemming van de begunstigde;

  14. gerechtelijke gegevens van de onder 1° bedoelde personen die de zorgverlening aan de begunstigde kunnen beïnvloeden.

    § 3. De gegevens uit het sociaal dossier worden verwerkt voor de volgende doeleinden:

  15. om de aan te wenden hefbomen en de aandachtspunten voor de begeleiding en ondersteuning van de begunstigde bij de realisatie van zijn ouderschapsproject te identificeren;

  16. om de mate van potentiële kwetsbaarheid te beoordelen op verschillende vlakken die van invloed kunnen zijn op het kind en het ouderschap;

  17. om de opdrachten uit te voeren waarnaar wordt verwezen in paragraaf 1 van dit artikel.

    § 4. De gegevens uit het sociaal dossier worden maximaal 30 jaar bewaard vanaf het laatste contact met de begunstigde. Aan het einde van deze periode worden ze vernietigd.

    Art. 6. § 1. In het kader van de opdrachten van het Bureau met betrekking tot ouderschapsondersteuning, zoals bedoeld in artikel 2, § 2, 5° van het voornoemde decreet van 17 juli 2002, biedt het Bureau aan personen die dat wensen een preconceptiegesprek aan.

    Het doel van deze gesprekken is om toekomstige ouders te informeren over de diensten die het Bureau aanbiedt en over de aandachtspunten tijdens de zwangerschap. Ze maken het ook mogelijk om betrokkenen door te verwijzen naar andere professionals die hen kunnen ondersteunen.

    § 2. In het kader van de preconceptiegesprekken worden de volgende gegevens door het O.N.E. verwerkt:

  18. om advies te kunnen geven dat aangepast is aan de situatie van de personen en om hen indien nodig door te verwijzen naar de juiste professional:

    1. de leeftijd en de woonplaats van de begunstigde;

    2. informatie met betrekking tot de medische voorgeschiedenis van de begunstigde: erfelijke ziekten, verloskundige voorgeschiedenis;

    3. informatie over de gezondheidstoestand van de aanvrager: bloedgroep, verslavingen, immuniteit en vaccinaties, chronische ziekten;

    4. gewoonten en levenscontext: voeding, slaap;

  19. om de psychosociale context te beoordelen en de begunstigde door te verwijzen naar structuren die adequate ouderschapsondersteuning mogelijk maken, waaronder O.N.E.-structuren:

    1. voorgeschiedenis van perinatale depressie, hechtingsstoornis, reproductief falen;

    2. gewoonten en levenscontext: ziekenfonds, familienetwerk, gezinssamenstelling, werk, vrije tijd, studies.

    § 3. De personen die toegang hebben tot de in paragraaf 2 bedoelde gegevens zijn de bevoegde werknemers van het O.N.E.

    § 4. Om de populatie te kennen die gebruik maakt van het preconceptiegesprek, om de geleverde diensten te kunnen aanpassen en verbeteren en om de preventieve geneeskundeprogramma's te kunnen sturen die vervolgens in de prenatale consultaties worden uitgevoerd, worden de volgende geanonimiseerde gegevens statistisch verwerkt door het Bureau:

  20. leeftijd, woonplaats, gezinssituatie, ziekteverzekeringsvoorwaarden van de begunstigden;

  21. informatie met betrekking tot de gezondheid en de levenscontext van de begunstigden, zoals beschreven in paragraaf 2, 1°, b) tot d);

  22. informatie met betrekking tot de psychosociale context van de begunstigden, zoals beschreven in paragraaf 2, 2°.

    Art. 7. § 1. Om nieuwe ouders en pasgeborenen te identificeren en hen de ondersteunende diensten van het Bureau aan te bieden, verzamelen de verbindingsdiensten van het Bureau de volgende persoonsgegevens uit de geboorteregisters van kraamafdelingen en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT