1 APRIL 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de warenhuizen, betreffende de lonen (1)
FILIP, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de warenhuizen;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015, gesloten in het Paritair Comité voor de warenhuizen, betreffende de lonen.
Art. 2. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 april 2016.
FILIP
Van Koningswege :
De Minister van Werk,
K. PEETERS
_______
Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage
Paritair Comité voor de warenhuizen
Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 september 2015
Lonen
(Overeenkomst geregistreerd op 12 november 2015 onder het nummer 130047/CO/312)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de warenhuizen.
HOOFDSTUK II. - Loonschalen
Afdeling 1. - Minimummaandlonen van de bedienden
A. Opklimming in de loonschaal
Art. 2. De opklimming in de minimumloonschaal geschiedt jaarlijks en gelijkmatig. Zij wordt gespreid over een periode van 22 jaar voor de bedienden, in functie van de anciënniteit in de onderneming.
De opklimming in de loonschalen wordt verdeeld als volgt :
-
voor de bedienden aangeworven zonder beroepservaring : 100 pct. in functie van de an-ciënniteit in de onderneming;
-
voor de bedienden aangeworven met beroepservaring : 50 pct. in functie van de verworven ervaring vóór de indiensttreding bij de onderneming en 50 pct. in functie van de anciënniteit in de onderneming.
De kaderleden van de zesde en zevende categorie hebben recht op een bijkomende verhoging die wordt toegekend ter gelegenheid van de uitbetaling van de verhoging verschuldigd ingevolge de opklimming in de loonschaal op grond van anciënniteit.
Deze bijkomende verhoging is gelijk aan 33 pct. van de nominale waarde van de jaarlijkse verhoging.
Art. 3. De verhogingen welke voorspruiten uit de in artikel 2 bepaalde opklimming in de loonschaal, worden betaald naar keuze van de werkgever :
-hetzij de eerste maand volgend op deze waarin de bediende in dienst is getreden;
- hetzij op 1 februari van elk jaar voor het personeel waarvan de verjaardag van de indiensttreding tussen 1 november en 30 april valt;
- hetzij op 1 augustus van elk jaar voor het personeel waarvan de verjaardag van de indiensttreding tussen 1 mei en 31 oktober valt.
Art. 4. § 1. Vanaf 1 juli...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI