Arrêt Nº296545 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 31/10/2023

Judgment Date31 octobre 2023
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number296545
CourtIVe KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
RvV X - Pagina 1
nr. 296 545 van 31 oktober 2023
in de zaak RvV X / IV
Inzake:
X
Gekozen woonplaats:
ten kantore van advocaat F. GELEYN
Henri Jasparlaan 109
1060 BRUSSEL
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE VOORZITTER VAN DE IVE KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 15 juli 2022 heeft
ingediend tegen de bes lissing van de commissaris -generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen van
27 juni 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 17 juli 2023 waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 7 september 2023.
Gehoord het verslag van kamervoorzitter M. RYCKASEYS.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat J. D OCQUIR loco advocaat F.
GELEYN en van attaché E. GUSSÉ, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
De verzoekende partij verklaart de Afghaanse nationaliteit te bezitten en geboren te zijn in 2003.
De verzoekende partij verklaart het Rijk te zijn binnengekomen op 29 november 2020. Op 30 november
2020 dient de verzoekende partij een verzoek om internationale bescherming in.
Op 2 februari 2022 wordt de verzoekende partij gehoord op het Commissariaat-generaal voor de
vluchtelingen en de staatlozen (hierna: het Commissariaat-generaal).
Op 27 juni 2022 neemt de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (hierna: de
commissaris-generaal) een beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus en weigering van de
subsidiaire beschermingsstatus. Dit is de bestreden beslissing:
RvV X - Pagina 2
A. Feitenrelaas
U verklaart de Afghaanse nationaliteit te hebben en van Pathaanse origine te zijn. U bent geboren te
Husseinabad, in de provincie Laghman, district Qarghayi op (…)/11/2003. U woonde vanaf uw kindertijd
in het dorp Sharak in de provincie Laghman, district Qarghayi bij uw ouders [A.G.] en [F.A.], uw broers
[E.] en [A.] en uw zus [S.].
In het jaar 2015 werd u een eerste maal ontvoerd door de taliban toen u in de rivier aan het zwemmen
was. Men nam u mee naar het Torghar -gebergte waar men u elf dagen vasthield en sloeg. Vanaf de
tweede dag dat u werd vastgehouden, heef t de taliban naar uw ouders gebeld en eisten ze een bedrag
van vijftienduizend dollar losgeld. Uw vader, een arbeider die in de bouwsector werkte, kon dit bedrag niet
betalen en de elfde dag kregen uw bewakers de opdracht u in de keel te snijden en te dump en. U werd
door onbekenden aangetroffen en naar het ziekenhuis gebracht. Nadat u van het ziekenhuis terug naar
huis ging, moest u van uw vader altijd in de buurt blijven.
Enkele jaren later, in mei 2019, vier dagen voor uw definitief vertrek, kon u aan de aandacht van uw vader
ontsnappen en ging u alleen naar de rivier. Terwijl u erheen liep, passeerde een wage n die zich draaide.
De inzittenden spraken u aan en vroegen of u de zoon van [A.G.] was. Ze deelden u mee dat ze gasten
waren van uw vader en dat u hen tot bij hem moest brengen. U stapte in en vervolgens heeft men u
opnieuw naar de taliban in het Torghar-gebergte meegenomen in plaats van naar uw vader te gaan.
Ditmaal werd u niet ontvoerd om losgeld, maar wilden de talibs dat u zich bij hen aansloot in de strijd
waarvoor u ook vergoed zou worden. Na twee dagen stemde u i n met hun voorstel en de derde dag ’s
ochtends kon u uit het kamp vertrekken. U wist de weg naar huis niet, kwam aan bij een bazaar en vroeg
er de route naar uw dorp. Na een voettocht van acht uren kwam u thuis aan en u lichtte uw vader in ov er
de gebeurtenissen. Uw vader besliste daarop om u de volgende dag naar Kabul te brengen opdat men u
naar Turkije zou brengen.
Vanuit Kabul werd u naar Nimruz gebracht waar u enkele andere vluchtelingen vervoegde en samen
werden julli e naar Turkije gebracht. Vanuit Turkije hebt u verschillende malen getracht Griekenl and te
bereiken doch men nam uw taskara en kledij af en stuurde u terug. Uiteindelijk hebt u vanuit Turkije Servië
kunnen bereiken en vandaaruit reisde u verder. Eerst via Bulgarije, waar men u tot tweemaal toe
terugstuurde, en vervolgens, wanneer men u de derde keer u in Bulgarije aantrof, heeft u er een verzoek
om internationale bescherming i ngediend. U wilde evenwel niet blijven, reisde verder en via Kroatië kon
u Ital ië bereiken van waaruit u verderging naar uw initiële bestemming Frankrijk. In Frankrijk leefde u
enkele dagen op straat wanneer u vernam dat het in uw situatie als minderjarige beter was om door te
reizen naar België. Op 29 november 2020 kwam u naar België en op 30 nov ember 2020 diende u een
verzoek om internationale bescherming in.
Bij terugkeer naar Afghanistan vreest u vermoord te zullen worden door de taliban.
Na uw vertrek werd u broer vermoord door de taliban. Hij was taxichauffeur en zijn wagen werd door
talibanleden in beslaggenomen.
U legt geen documenten voor ter staving van uw verzoek om internationale bescherming.
B. Motivering
Na grondige analyse van het geheel van de gegevens in uw administratief dossier, moet vooreerst worden
vastgesteld dat u géén elementen kenbaar hebt gemaakt waaruit eventuele bijzondere procedurele noden
kunnen blijken, en dat het Commissariaat-generaal evenmin dergelijke noden in uw hoofde heeft kunnen
vaststellen. In deze dient te worden opgemerkt dat u niet als minderjarige kan worden beschouwd. U
verklaarde ten overstaan van de DVZ dat u op het moment van uw aankomst in België minderjarig was
(fiche nie t-begeleide minderjarige vreemdeling) en gaf als geboortedatum (…) november 2003 op. Di t
houdt in dat u vanaf (…) november 2021 als meerderjarige wordt beschouwd en aldus kan de
Internationale Conventie voor de rechten van het kind niet meer op u worden toegepast.
Bijgevolg werden er u geen specifieke steunmaatregelen verleend, aangezien er in het kader van
onderhavige procedure redelijkerwijze kan worden aangenomen dat uw rechten gerespecteerd worden
en dat u in de gegeven omstandigheden kunt voldoen aan uw verplichtingen.
Na grondig onderzoek v an al uw verklarin gen en alle stukken in uw administratief doss ier dient
geconcludeerd te worden dat u noch het vluchtelingenstatuut, noch het subsidiair beschermingsstatuut
kan worden toegekend. U v reest bij terugkeer te worden gedood door de taliban (notities van het
persoonlijk onderhoud d.d. 2 februari 2022, CGVS, p. 13), doch u bent er niet in gesl aagd een gegronde
vrees voor vervolging in de zin van de Vluchtelingenconventie of het bestaan van een reëel risico op het
lijden van ernstige schade zoals bepaald in de definitie van subsidiaire bescherming aannemelijk te
maken.
Vooreerst kan erop gewezen worden dat uw houding niet in ov ereenstemming gebracht kan worden met
of niet getuigt van het hebben van een gegronde vrees voor vervolging in de zin van de
RvV X - Pagina 3
Vluchtelingenconventie of het bestaan een reëel risico op het lijden van ernstige schade zoals voorzien in
de definitie van subsidiaire bescherming. Uit uw verklaringen blijkt namelijk dat u in mei 2019 Afghanistan
verlaten hebt (verklaring DVZ, d.d. 12 april 2021, vraag 33) en dat u verschillende Europese landen, zijnde
Griekenland, Bulgarije, Italië en Frankrijk hebt aangedaan vooraleer u in België toekwam op 19 november
2020 (CGVS, p. 11-12). In geen enkel van deze landen hebt u naar eigen zeggen een verzoek om
internationale bescherming ingediend (CGVS, p. 12). Uit het administratief dossier blijkt evenwel dat u
een verzoek hebt ingediend in Bulgarije op 29 juni 2020 en dit onder de andere identiteit, zijnde [M.A. H.]
met als geboortedatum 4 januari 2005, doch dat u een kleine maand later, op 20 juli 2020, dat land verliet
zonder de verdere procedure af te wachten (antwoord Dublin -unit republiek Bulgarije d.d. 15 december
2020). Geconfronteerd met uw verzoek om inte rnationale bescherming in Bulgarije ontkent u nogmaals
dit gedaan te hebben en geeft u vervolgens aan dat men u er tot tweemaal toe had teruggestuurd naar
Turkije en dat u pas nadat ze u een derde keer staande hielden, werd ondergebracht in een
opvangcentrum en ze er uw verzoek registreerden (CGVS, p. 12). In Italië hebt u naar eigen zeggen geen
verzoek ingediend omdat u naar Frankrijk wilde gaan, doch in Frankrijk hebt u geen verzoek ingediend
omdat men u zei dat u beter naar België diende te gaan daar u er snel zou worden opgenomen in een
opvangcentrum (CGVS, p. 12). Uw verantwoordingen weten niet te overtuigen. Van een persoon di e
daadwerkelijk risico loopt op vervolging of ernstige schade in z ijn land van herkomst mag immers
redelijkerwijs worden verwacht dat hij of zij na aankomst in een derde land zo snel mogelijk een beroep
doet op de bevoegde autoriteiten voor het verkrijgen van bescherming. In het licht van hetgeen van u kan
verwacht worden, is het derhalve niet in te zien dat u pas nadat u een derde keer werd staande gehouden
in Bulgarije er een verzoek indient en dit bovendien niet afwacht, alsook dat u geen verzoek hebt ingediend
in Italië noch in Frankrijk. Er kan immers redelijkerwijze van uitgegaan worden dat het concrete land waar
de verzoeker om internationale bescherming terechtkomt en dat aan hem bescherming verleent voor deze
ondergeschikt is aan het feit daadwerkelijk tegen zijn vervolger(s) bes chermd te worden. Voorgaande
bevindingen hypothekeren reeds uw beweerde vrees en nood aan internationale bescherming.
Daarnaast zijn er ook verschillende elementen die doen twijfelen aan uw afkomst uit de provincie Laghman
en meer bepaald het district Qarghayi. Zo dient er op gewez en worden dat u geen docum enten voorlegt
die uw identiteit en afkomst kunnen staven. Uw taskara is hiervoor het Afghaans identiteitsdocument bij
uitstek. De asielinstanties verwachten waar mogelijk documenten, in het bi jzonder over de identi teit van
de verzoeker, land(en) en plaats(en) van eerder verblijf en de door hem afgelegde reisroute, alsook over
zijn precieze vluc htmotieven. Volgens uw verklaringen werd uw taskara door de Griekse politiediensten
in beslag genomen doch zou u beschikken over foto’s (CGVS, p. 10). U hebt deze evenwel niet afgeprint
en voorgelegd tijdens uw persoonlijk onderhoud, noch hebt u ze nadien nog overgemaakt terwijl u hierom
werd gevraagd en u hiertoe ruimschoots de tijd werd gegeven (CGVS, p. 10). Dat u beschikt over foto’s
van uw taskara en in de mogelijkheid bent deze eenvoudigweg over te maken doch dit nalaat te doen, is
een houding die geenszins in overeenstemming te brengen is met een gegronde vrees voor vervolging
zoals bepaald in de Conventie van Genève of een vrees voor een reëel risico op het lijden van ernstige
schade zoals bepaald in de definitie van subsidiaire bescherming. Voorgaande doet vermoeden dat u (de
foto’s van) uw taskara tracht achter te houden teneinde de informatie die erin zit vervat, zijnde uw identiteit
en afkomst, te verbergen.
Dat er danig getwijfeld kan worden aan uw beweerde afkomst uit de provincie Laghman en het district
Qarghayi blijkt tevens uit uw eerder gebrekkige kennis van de onmiddellijke omgeving van uw dorp
Sharak. Volgens u ligt Sharak tussen de dorpen Shurhakan en Kaz Azizkhan en ligt Husseinabad, uw
geboortedorp aan de overzijde van de rivier (CGVS, p. 5). Op basis van beschikbare informatie en kaarten
blijkt de afstand tussen Shurakan en Kaz Azizkkhan zo’n 20 kilometer te bedragen en zijn er vele dorpjes
gelegen in deze door u aangeduide regio waarin Sharak ligt. Het is aldus hoogst verwonderlijk dat u geen
enkele naam kan geven van dorpen in de omgeving (CGVS, p. 5). Dat u de omgeving niet kent omdat u
niet uit het dorp mocht komen, kan niet overtuigen. Zo bent u immers ook in het districtscentrum van
Qarghayi en in Nangharar geweest (CGVS, p. 5 en p. 6). Sowieso mag van iemand die jarenlang in een
bepaalde regio heeft gewoond verwacht worden dat die de ligging van zijn dorp kan beschrijven en de
omliggende dorpen bij naam kent. Bovendien is uw beschrijving van de route vanuit uw dorp naar
Qarghayi niet in overstemming met de beschikbare informatie. Zo beweert u dat u richting Shurakan
diende te gaan, dan een brug moest oversteken die draaide richting Qarghayi en dat het enige dorp dat
u onderweg tegenkwam Shurakan was (CGVS, p. 5). Echter, vanaf de locatie waar u Sharak localiseert,
namelijk ter hoogte van Hussainabad, aan de overkant van de rivier, dient op basis van de beschikbare
kaarten vastgesteld dat Qarghayi zich ten noordoosten van Sharak bevindt, terwijl Shurakan zich ten
westen bevindt. Zelfs indien u eerst enigszins in de richting van Shurakan zou moeten gaan teneinde
ergens de rivier te kunnen oversteken, dan nog dient vastgesteld dat u niet anders dan tal van andere
dorpen tegenkwam vooraleer in het districtscentrum van Qarghayi te komen. Voorts gaf u aan één à twee
keer in de bazaar van Nangharar te zijn geweest (CGVS, p. 7). Gevraagd naar de route hiernaartoe geeft
u aan dat het van Kaz Aziz Khan naar Darunta was maar dat u het verder vergeten bent omdat u te jong

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT