Arrêt Nº296231 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 25/10/2023

Judgment Date25 octobre 2023
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number296231
CourtIVe KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
RvV X - Pagina 1
nr. 296 231 van 25 oktober 2023
in de zaak RvV X / IV
In zake:
X
Voogd: X
Gekozen woonplaats:
ten kantore van advocaat M. KALIN
Hulsbergweg 7A
3520 ZONHOVEN
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE VOORZITTER VAN DE IVE KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X als wettelijk vertegenwoordiger v an X, die verklaart van Afghaanse
nationaliteit te zijn, op 31 maart 2023 heeft ingediend tegen de beslissing van de commissaris -generaal
voor de vluchtelingen en de staatlozen van 27 februari 2023.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 20 juni 2023 waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 21 september 2023.
Gehoord het verslag van kamervoorzitter M. RYCKASEYS.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat M. KALIN en van attaché F.
PHILIPPO, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
De verzoekende partij verklaart de Afghaanse nationaliteit te bezitten en geboren te zijn in 2006.
De verzoekende partij verklaart het Rijk te zijn binnengekomen op 25 februari 2021. Op 4 maart 2021
dient de verzoekende partij een verzoek om internationale bescherming in.
Op 27 september 2022 wordt de verzoekende partij gehoord op het Commissariaat-generaal voor de
vluchtelingen en de staatlozen (hierna: het Commissariaat-generaal).
Op 27 februari 2023 neem t de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (hierna: de
commissaris-generaal) een beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus en weigering van de
subsidiaire beschermingsstatus. Dit is de bestreden beslissing:
RvV X - Pagina 2
A. Feitenrelaas
Jij, [E.S.], verklaarde over de Afghaanse nationaliteit te beschikken en te zijn geboren in Liaskhel (district
Khogyani, provincie Nangarhar) op (…) februari 2006. Je woonde in Liaskhel van je geboorte tot zo’n 2
maanden voor je vertrek uit Afghanistan, samen met je beide oude rs, je 3 jongere broers en oudere zus.
Jij bent toen je 7 jaar oud was 3 maand naar school gegaan, maar je bent al snel gestopt omdat jouw
school veel met overstromingen te kampen had. Toen je 9 jaar oud was begon je naar de madrasa te
gaan, hetgeen je 2 jaar deed. Je oudere zus is ondertussen getrouwd en woont in J alalabad. Je had ook
een broer [A.], die 12 à 16 jaar ouder dan jij was en die werkzaam was bij de luchtmacht van het Afghaanse
leger, en die onder andere in Kabul gelegerd was. Jouw vader had een winkel voor kledingstoffen in het
districtscentrum van Surkhrod. Daarnaast was jouw vader ook verantwoordelijk voor het beheren van de
vele landbouwgronden die hij via zijn grootvader langs vaderszijde had geërfd. Jij hielp ook met het
bewerken van een stuk landbouwgrond.
De verdeling van de erfenis van jouw w elvarende overgrootvader had voor een conflict gezorgd binnen
de familie van je vader. Je overgrootvader had 2 zonen, waaronder je grootvader. Je vader was de enige
zoon van je grootvader. Enkele neven van je vader, die bij de taliban aangesloten zijn, waren het grondig
oneens met de verdeling van de erfenis van je overgrootvader. Je vader had immers de helft van de
erfenis gekregen, en de andere helft werd onder de andere familieleden verdeeld. Dit had gel eid tot een
vete binnen de familie. Jij bent er rotsvast van overtuigd dat de neven van je vader omwille van die vete
in elk aspect van de problemen die leidden tot jouw vertrek uit Afghanistan een rol hebben gespeeld.
De problemen die tot jouw vertrek leidden begonnen in juni 2020, toen de mullah van het dorp jou op een
maandag een brief van de taliban had overhandigd. De brief was gericht aan jouw vader en oudere broer
[A.]. Er werd hen gevraagd zich bij de taliban aan te melden. Jij belde je vader en broer op om hen in te
lichten over deze brief, en ze k wamen beiden snel naar huis. In de daaropvolgende dagen trachtten zij
bemiddeling van dorpsoudsten te bewerkstelligen om de plooien met de taliban glad te strijken. De vrijdag
na het ontvangen van deze brief kwamen de taliban jouw vader en broer echter bij jouw thuis halen. Jij
werd daarbij ook meegenomen. Diezelfde avond werd jij van je broer en vader gescheiden: jij werd
weggehaald en meegenomen naar een madrasa. Aanvankelijk werd je daar 9 of 10 dagen slecht
behandeld, en werd je ook geslagen. Na die periode van 9 à 10 dagen werd je beter behandeld, en kreeg
je ook religieuze lessen op de madrasa.
Nadat je zo’n 26 dagen les volgde in de madrasa begonnen de talibanleden te zeggen dat je bommen
voor hen moest fabriceren die je dan onder bruggen moest plaatsen, of dat je een zelfmoordaanslag
moest plegen. Je weigerde mee te werken, waarop de talibanleden kwaad werden. Er gingen wel 2 andere
jongens mee. De taliban is je vervolgens weer slechter beginnen behandelen en weer beginnen slaan. Je
werd ingezet om de vertrekken te poetsen en je kreeg minder eten. In deze periode kreeg je ook te horen
dat de taliban jouw vader en broer vermoord hadden. Zo’n 20 dagen gingen voorbij, toen er geruchten de
ronde deden dat de madrasa ging aangevallen worden. De madrasa werd ontruimd en jullie vluchtten
naar grotten in de bergen. Na een nacht keerden jullie terug naar de madrasa, die enkele dagen nadien
effectief werd aangevallen door overheidstroepen. In de chaos kon je ontsnappen, en vluchtte je via het
districtscentrum van Surkhrod naar Shago, waar je oom langs moederszijde woonde.
Daar trof je naast je oom [S.W.] ook je moeder en jongere broers aan, die daarheen waren getrokken
nadat jij met je broer en vader werd meegenomen uit je huis.
Er werd beslist dat je het land moest ontvluchten omdat je uit de madrasa gevlucht was. Je vertrok in
augustus 2020 uit Afghanistan en bereikte België op 25 februari 2021 via Pakistan, Iran, Turkije,
Griekenland, NoordMacedonië, Servië, Roemenië, Oostenrijk, Duitsland en Frankrijk. Op 04 maart 2021
diende je een verzoek om internationale bescherming in België in. In de maanden na jouw vertrek kwamen
nog verschill ende brieven van de taliban en madrasa toe, gericht aan zowel jou, je oom [S.W.] en de
dorpsoudsten jouw dorp. Na de machtsovername van de taliban in augustus 2021 werd jouw oom [S.W.]
ook meegenomen door de taliban en kort door hen vastgehouden en ondervraagd in het kader van de
taliban hun zoektocht naar jou. Nog later werd [S.W.] ook nog door hen geslagen omdat hij ervan verdacht
werd jou te hebben geholpen.
Ter ondersteuning van je asielrelaas legde je de volgende documenten neer: je taskara, de taskara van
je vader, de oproepingsbrief van de taliban aan je vader en broer, oproepingsbrieven van de madrasa aan
jou, oproepingsbrieven gericht aan [S.W.], een brief aan de maleks, een certificaat van je broer zijn werk,
2 foto’s van je broer op zijn werk en nog 2 foto’s van je vader en broer (alle kopies).
B. Motivering

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT