Arrêt Nº287046 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 31/03/2023

Judgment Date31 mars 2023
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number287046
CourtConseil du Contentieux des Etrangers (France)
RvV X - Pagina 1
nr. 287 046 van 31 maart 2023
in de zaak RvV X / XI
In zake: X
Gekozen woonplaats: ten kantore van advocaat C. VAN CUTSEM
Berckmansstraat 89
1060 BRUSSEL
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE WND. VOORZITTER VAN DE XIeKAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 3 november 2022
heeft ingediend tegen de beslissing van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
van 29 september 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 12 december 2022 waarbij de terechtzitting wordt bepaald op
27 januari 2023.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken S. VAN CAMP.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat P. HEYVAERT loco advocaat
C. VAN CUTSEM, en van attaché M. SOMMEN, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
1.1. Verzoeker, die volgens zijn verklaringen België is binnengekomen op 9 maart 2021, als niet-begeleide
minderjarige vreemdeling, diende op 10 maart 2021 een verzoek om internationale bescherming in.
Verzoekers vingerafdrukken werden genomen in Bulgarije op 29 oktober 2020 en in Oostenrijk op 4
februari 2021 (Eurodac).
Op 22 maart 2021 nam de dienst Voogdij van de FOD Justitie de beslissing dat verzoeker meerderjarig
is, omdat uit leeftijdsonderzoek bleek dat verzoeker 22,5 jaar oud is met een standaarddeviatie van 1,7
jaar.
RvV X - Pagina 2
1.2. Op 29 september 2022 nam de commissaris-generaal de beslissing tot weigering van de
vluchtelingenstatus en weigering van de subsidiaire beschermingsstatus. Deze beslissing, die verzoeker
bij aangetekende brief van 30 september 2022 ter kennis werd gebracht, is de bestreden beslissing die
luidt als volgt:
Asielaanvraag: 10/03/2021
Overdracht CGVS: 27/05/2021
U werd op 16 mei van 14u10 tot 18u24 tijdens een persoonlijk onderhoud gehoord op het Commi ssariaat-
generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS). U werd hierbij bijgestaan door een tolk die het
Pashtu machtig is. Meester Piet Heyvaert was loco Meester Catherine Van Cutsem aanwezig gedurende
het volledige persoonlijk onderhoud.
A. Feitenrelaas
U, Q.(…) G.(…) S.(…), verklaart de Afghaanse nationaliteit te bezitten. U bent van origine Pashtoun, stam
Shinwari, substam Hasankhail. U bent soennitisch moslim. U bent volgens de leeftijdstest geboren op 1
januari 2001 in het dorp Sheekha, in district Deh Bala te provincie Nangarhar. U heeft daar tot 6 jaar
geleden gewoond. Dan bent u wegens de opkomst van Daesh (Islamitische Staat) met uw familie verhuisd
naar het dorp Gagra, dat zich in hetzelfde district bevindt. U woonde op beide plekken met uw ouders, uw
6 broers, zus en schoonzus. U heeft twee broers die reeds gestorven zijn. A.(…) G.(…) is in 2019
gestorven aan een hartziekte. S.(…) G.(…) is eind 2019 neergeschoten door Daesh. Hij studeerde aan
de Zarat-landbouwschool die tot de overheid toebehoorde. Daesh heeft hem bedreigd en gezegd dat hij
de landbouwschool moest verlaten, maar hij heeft de bedreiging genegeerd. Op een nacht voor de “Eid”
was uw broer het veld aan het irrigeren toen hij doodgeschoten werd door Daesh. U bent zelf niet naar
school gegaan, maar wel naar de madrasa waar u drie jaar les heeft gevolgd. U bent ongehuwd en heeft
geen kinderen. In Afghanistan was u schaapherder.
U verklaart dat u problemen had met Daesh. Op een dag was u uw dieren aan het hoeden bij de Rishai
heuvel, toen u plots een luide knal hoorde. U wist niet wat er was gebeurd, maar u zag kort daarop dat
twee leden van Daesh gedood waren door een drone-aanval. Een maand later arresteerde Daesh een
persoon genaamd Z.(…) H.(…) Hij werd door Daesh beschuldigd verantwoordelijk te zijn voor de drone-
aanval. Z.(…) H.(…) was een maand lang vermist tot zijn lichaam in een kuil in Papeen werd
teruggevonden. Hij was gefolterd en zijn keel was overgesneden. Tijdens die maand opsluiting had Z.(…)
H.(…) uw naam en de naam van enkele dorpelingen aan Daesh doorgespeeld. Vijfentwintig tot
zevenentwintig dagen later ontving u een oproepingsbrief van Daesh. In de brief stond dat als u zich niet
presenteerde, u dan geen reden had om te klagen. Uw vader en maternale oom raadden u aan niet te
gaan naar Daesh, maar dat het beter was te schuilen in het huis van uw tante in Shpola. U bleef daar een
week, waarbij u het huis geen enkele keer heeft verlaten. Na een week daar te hebben verbleven besloot
u het land te ontvluchten via de kofferbak van een auto.
U bent een tweetal weken na de “grote eid” (offerfeest) van 2020 uit Afghanistan vertrokken. U reisde via
Pakistan, Iran, Turkije, Servië en enkele andere onbekende landen. U heeft zowel in Bulgarije op 29
oktober 2020 als in Oostenrijk op 4 februari 2021 een verzoek tot internationale bescherming ingediend.
U reisde desondanks door naar België. De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) vroeg in kader van de
Dublinakkoorden overname van uw dossier aan beide landen, maar zij weigerden dit. U kwam aan in
België op 9 maart 2021 en diende hier een dag later uw verzoek in.
U vreest bij terugkeer gedood te worden door Daesh vanwege deze beschuldigingen omtrent spionage.
Daarnaast vreest u ook de familieleden van de slachtoffers van Daesh. Na uw vlucht heeft Daesh uw
vader eenmaal lastiggevallen. Verder is er niets meer gebeurd.
Ter ondersteuning van uw verzoek tot internationale bescherming heeft u uw eigen taskara, de taskara
en het paspoort van uw vader, een certificaat van de landbouwschool van uw broer, de oproepingsbrief
van Daesh gedateerd op 15/09/1441 (omzetting naar westerse kalender 8/05/2020), een foto en video
van uw eigen diplomauitreiking, papieren van de Belgische politie inzake verlies van uw annex 26, en een
enveloppe afgegeven.
B. Motivering
RvV X - Pagina 3
Na grondige analyse van het geheel van de gegevens in uw administratief dossier, moet vooreerst worden
vastgesteld dat u géén elementen kenbaar hebt gemaakt waaruit eventuele bijzondere procedurele noden
kunnen blijken, en dat het Commissariaat-generaal evenmin dergelijke noden in uw hoofde heeft kunnen
vaststellen.
Bijgevolg werden er u geen specifieke steunmaatregelen verleend, aangezien er in het kader van
onderhavige procedure redelijkerwijze kan worden aangenomen dat uw rechten gerespecteerd worden
en dat u in de gegeven omstandigheden kunt voldoen aan uw verplichtingen.
Er dient te worden vastgesteld dat u op basis van uw verklaringen er niet in bent geslaagd om uw vrees
voor vervolging in de zin van de Vluchtelingenconventie of een reëel risico op het lijden van ernstige
schade zoals bepaald in de definitie van subsidiaire bescherming aannemelijk te maken. U bent er immers
niet in geslaagd aannemelijk te maken dat u vervolgd wordt door Daesh vanwege een verdenking van
spionage.
Ten eerste merkt het Commissariaat-generaal (CGVS) op dat uw algemene geloofwaardigheid reeds
wordt aangetast door uw verklaringen over uw minderjarige leeftijd. Tijdens het persoonlijk onderhoud
verklaarde u als minderjarige het land te hebben betreden (CGVS, p. 4). Echter, het CGVS verwijst naar
de beslissing die u werd betekend door de Dienst Voogdij op 16 maart 2021 in verband met de medische
test tot vaststelling van uw leeftijd. Die beslissing toont aan dat u ouder dan 18 jaar bent, waarbij 22,5 met
een standaarddeviatie van 1.7 jaar een goede schatting is. U legt als identiteitsbewijs enkel een taskara
neer, maar deze kan volgens op het CGVS beschikbare informatie zoals veel Afghaanse documenten
makkelijk nagemaakt worden waardoor het CGVS hieraan weinig bewijswaarde kan hechten. Van deze
informatie werd een kopie toegevoegd aan het administratief dossier. Door een veel jongere leeftij d op te
geven in het persoonlijk onderhoud zowel op DVZ (Dienst Vreemdelingenzaken) als op het CGVS heeft
u dus getracht de Belgische asielinstanties op intentionele wijze te misleiden. Immers, de vaststelling dat
u zich onterecht als minderjarige heeft voorgedaan ondermijnt bij voorbaat uw algemene
geloofwaardigheid. Het spreekt voor zich dat een correct zicht op de leeftijd essentieel is om correct te
kunnen inschatten welke kennis van u kan en mag verwacht worden en in welke omstandigheden u in
Afghanistan geleefd zou hebben. Deze onjuiste verklaringen plaatsen bijgevolg reeds bij de start ernstige
vraagtekens bij uw oprechtheid.
Eveneens merkt het CGVS op dat u voor uw verzoek tot internationale bescherming in België tevens een
verzoek heeft ingediend in Oostenrijk en Bulgarije, waarbij u in laatstgenoemd land ook een andere naam
en geboortedatum opgaf (zie administratief dossier DVZ). Zo staat u in Bulgarije geregistreerd als S.(…)
K.(…), geboren op 14 februari 2006. Tijdens het registratieproces in België verklaarde u dan weer geboren
te zijn op 31 mei 2004 (verklaringen DVZ). Bij de vraag waarom u in verschillende landen een andere
geboortedatum had opgegeven, verklaarde u het volgende: “Ik heb nooit vingerafdrukken afgegeven in
andere EU-landen” (CGVS, p. 4). Eerst en vooral is dit tegenstrijdig met de informatie in uw Dublin-dossier.
Ten tweede verklaarde u op een later tijdstip in het onderhoud het tegenovergestelde, namelijk dat u
vingerafdrukken had afgegeven in Servië. “Zo snel als ik in Servië ben toegekomen nam de politie mij op
en hebben ze mijn vingerafdrukken afgenomen” verklaart u (CGVS, p. 12). Deze verklaring stelt dat u
doorheen het interview bewust foutieve informatie heeft gedeeld om de Europese asielinstanties te
misleiden. Dit haalt uw reeds aangetaste geloofwaardigheid verder onderuit. Daarnaast is het ook wel
opmerkelijk dat u na uw eerste verzoek tot internationale bescherming in Oostenrijk en Bulgarije toch
besloot om door te reizen in plaats van daar de asielprocedure verder te volgen. Ook dit verwijst naar
mogelijk alternatieve en misleidende motieven voor uw vlucht en doet twijfelen aan uw werkelijke nood
aan internationale bescherming.
Ten tweede moet worden vastgesteld dat uw verklaringen met betrekking tot uw problemen met Daesh
allesbehalve overtuigend zijn. U komt in wezen niet verder dan blote beweringen wanneer u vertelt over
de door u beweerde vluchtaanleiding. Het CGVS kan zich dan ook enkel baseren op uw verklaringen. Er
kunnen echter verschillende markante inconsistenties en onwaarschijnlijkheden worden vastgesteld die
de geloofwaardigheid van uw asielmotieven op de helling plaatsen.
Zo baseert uw vrees zich praktisch uitsluitend op een incoherent geheel van ongefundeerde
veronderstellingen die op geen enkele wijze bewezen zijn. Allereerst wordt een zekere Z.(…) H.(…), een
dorpeling, door Daesh beschuldigd van spionage ongeveer een maand na een drone-aanval in de buurt
waarbij twee Daesh-leden waren omgekomen. Hierbij dient te worden vermeld dat u niet concreet kan
beantwoorden waarom Daesh hem juist beschuldigde en niet iemand anders (CGVS, p. 18).

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT