Arrêt Nº287045 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 31/03/2023
| Judgment Date | 31 mars 2023 |
| Procedure Type | Plein contentieux |
| Judgement Number | 287045 |
| Court | Conseil du Contentieux des Etrangers (France) |
RvV X - Pagina 1
nr. 287 045 van 31 maart 2023
in de zaak RvV X / XI
In zake: X
Gekozen woonplaats: ten kantore van advocaat V. HENRION
Place de L'Université 16/4
1348 LOUVAIN-LA-NEUVE
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE WND. VOORZITTER VAN DE XIeKAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 1 november 2022
heeft ingediend tegen de beslissing van de adjunct-commissaris van 28 september 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 12 december 2022 waarbij de terechtzitting wordt bepaald op
27 januari 2023.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken S. VAN CAMP.
Gehoord de opmerkingen van de verzoekende partij en haar advocaat M. KALIN loco advocaat
V. HENRION en van attaché M. SOMMEN, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
1.1. Verzoeker, die volgens zijn verklaringen België binnenkwam op 10 juni 2019, als niet-begeleide
minderjarige vreemdeling, diende op 11 juni 2019 een verzoek om internationale bescherming in.
Verzoekers vingerafdrukken werden afgenomen op 29 november 2018 in Bulgarije en op 9 april 2019 in
Slovenië (Eurodac). Op 19 juni 2019 besliste de Dienst Voogdij dat verzoeker meerderjarig was, omdat
uit leeftijdsonderzoek bleek dat hij 20,6 jaar oud was met een standaarddeviatie van 2 jaar.
1.2. Op 25 januari 2021 nam de commissaris-generaal een beslissing tot weigering van de
vluchtelingenstatus en van de subsidiaire beschermingsstatus. In beroep vernietigde de Raad deze
beslissing (RvV 15 juli 2021, nr. X).
RvV X - Pagina 2
1.3. Op 28 september 2022 nam de adjunct-commissaris een beslissing tot weigering van de
vluchtelingenstatus en weigering van de subsidiaire beschermingsstatus. Deze beslissing is de bestreden
beslissing die luidt als volgt:
“Asielaanvraag: 11/06/2019
Overdracht CGVS: 22/10/2019
U werd op 27 juli 2020 van 12u03 tot 15u55, op 13 oktober 2020 van 10u32 tot 14u32 en op 24 maart
2022 van 14u12 tot 17u22 gehoord op het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de
Staatlozen (CGVS), bijgestaan door een tolk die het Pashtou machtig is. Uw advocaat, meester BIGHAM
Mitra loco meester HENRION Valérie, was tijdens het eerste volledige persoonlijk onderhoud aanwezig.
Uw advocaat, meester HENRION Valérie, was tijdens het tweede en derde volledige persoonlijk
onderhoud aanwezig.
A. Feitenrelaas
U verklaarde een Afghaans staatsburger van Pasthun origine te zijn, geboren in het dorp Shatora, district
Deh Bala, provincie Nangahar, waar u woonde tot u Afghanistan verliet. Uw activiteiten beperkten zich tot
naar school te gaan, lessen te volgen aan de madrassa en uw winkel open te houden. U ging twee jaar
naar school, gedurende die twee jaar volgde u ook lessen aan de moskee.
Uw broer, S.G. (…), verliet in 2012 het land uit angst gerekruteerd te worden door de taliban. Door interne
problemen bij de taliban keerden de vervolgers van uw broer zich om tot Daesh. De Daeshleden die uw
broer eerder viseerden, op dat moment nog als taliban, hadden het vervolgens op u gemunt omdat uw
broer weigerde de groepering te vervoegen.
De Daeshleden kwamen twee keer naar uw huis om u vrijwillig mee te laten gaan met hen, om jihad te
voeren. De eerste keer dat ze kwamen deed uw vader open en vertelde de Daesh-leden dat hij u wel m ee
zou willen laten gaan, maar dat hij het eerst met uw moeder moest overleggen. Twee of drie dagen later
kwamen de Daesh-leden opnieuw. Dit keer verstopte u zich samen met uw vader in de kamer, uw moeder
deed de deur open. Uw moeder zei tegen de Daesh-leden dat u bij uw oom zat, maar dat ze u onmiddellijk
zou sturen wanneer u terug thuis was. De volgende dag bracht uw vader u naar het huis van uw oom en
werd er beslist u te laten vluchten.
Uw vlucht werd geregeld door uw oom. In 2018 reisde u naar Nimruz waar u de grens overstak naar Iran,
vandaar reisde u naar Turkije, Bulgarije, Servië, Slovenië, Italië en Frankrijk. Uiteindelijk kwam u aan in
België en diende u op 11 juni 2019 een verzoek in voor internationale bescherming in België.
Ter staving van uw verzoek tot internationale bescherming legde u volgende documenten neer: uw eigen
originele taskara, kopie van de kaart met verblijfstitel van uw broer, een enveloppe.
Op 25 januari 2021 nam het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS)
een beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus en weigering van de subsidiaire
beschermingsstatus. U ging tegen de beslissing van het CGVS in beroep en op 15 juli 2021 vernietigde
de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen de aangevochten beslissing. Op 24 maart 2022 werd u opnieuw
gehoord op het CGVS omtrent uw asielrelaas.
B. Motivering
Na grondige analyse van het geheel van de gegevens in uw administratief dossier, moet vooreerst worden
vastgesteld dat u géén elementen kenbaar hebt gemaakt waaruit eventuele bijzondere procedurele noden
kunnen blijken, en dat het Commissariaat-generaal evenmin dergelijke noden in uw hoofde heeft kunnen
vaststellen. Bijgevolg werden er u geen specifieke steunmaatregelen verleend, aangezien er in het kader
van onderhavige procedure redelijkerwijze kan worden aangenomen dat uw rechten gerespecteerd
worden en dat u in de gegeven omstandigheden kunt voldoen aan uw verplichtingen.
Er dient te worden vastgesteld dat op basis van uw verklaringen niet kan worden besloten tot het bes taan
van een gegronde vrees voor vervolging zoals bedoeld in de Vluchtelingenconventie van Genève.
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI