Arrêt Nº280794 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 24/11/2022

Judgment Date24 novembre 2022
Procedure TypePlein contentieux
Judgement Number280794
CourtIVe KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
RvV X - Pagina 1
nr. 280 794 van 24 november 2022
in de zaak RvV X / IV
In zake: X
Gekozen woonplaats: ten kantore van advocaat T. MOSKOFIDIS
Eindgracht 1
3600 GENK
tegen:
de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen
DE WND. VOORZITTER VAN DE IVE KAMER,
Gezien het verzoekschrift dat X, die verklaart van Afghaanse nationaliteit te zijn, op 4 juli 2022 heeft
ingediend tegen de beslissing van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen van
17 juni 2022.
Gelet op artikel 51/4 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Gezien het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 24 oktober 2022.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken M. RYCKASEYS.
Gehoord de opmerkingen van advocaat A. HAEGEMAN, die loco advocaat T. MOSKOFIDIS verschijnt
voor de verzoekende partij, en van attaché E. GUSSÉ, die verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Over de gegevens van de zaak
1.1. De verzoekende partij verklaart de Afghaanse nationaliteit te bezitten en geboren te zijn in 1993.
1.2. De verzoekende partij verklaart het Rijk te zijn binnengekomen op 29 december 2015. Op 11
januari 2016 dient de verzoekende partij een eerste verzoek om internationale bescherming in. Op 22
mei 2018 neemt de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (hierna: de
commissaris-generaal) een beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus en weigering van de
subsidiaire beschermingsstatus. Tegen voormelde beslissing dient de verzoekende partij beroep in bij
de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (hierna: de Raad). Bij ’s Raads arrest van 10 december 2018
met nummer 213 676 wordt de verzoekende partij niet als vluchteling erkend en wordt de subsidiaire
beschermingsstatus aan de verzoekende partij geweigerd.
RvV X - Pagina 2
1.3. Op 28 januari 2019 dient de verzoekende partij een tweede verzoek om internationale bescherming
in. Op 6 december 2019 neemt de commissaris-generaal een beslissing tot niet-ontvankelijk verzoek.
De verzoekende partij dient geen beroep in tegen deze beslissing.
1.4. Op 22 september 2020 dient de verzoekende partij een derde verzoek om internationale
bescherming in. Op 29 april 2021 neemt de commissaris-generaal een beslissing tot niet-ontvankelijk
verzoek. Tegen de voormelde beslissing dient de verzoekende partij beroep in bij de Raad. Het
Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (hierna: het Commissariaat-generaal)
trok de beslissing in op 7 september 2021. Bij ’s Raads arrest van 1 oktober 2021 met nummer 261 476
wordt de niet-ontvankelijkheidsbeslissing van het Commissariaat-generaal vernietigd.
1.5. Op 17 juni 2022 neemt de commissaris-generaal in het kader van het derde verzoek om
internationale bescherming van de verzoekende partij een beslissing tot niet-ontvankelijk verzoek. Deze
beslissing, die de verzoekende partij bij aangetekende brief van 22 juni 2022 ter kennis wordt gebracht,
is de bestreden beslissing:
A. Feitenrelaas
In het kader van uw eerste verzoek om internationale bescherming verklaarde u de Afghaanse
nationaliteit te bezitten en geboren te zijn in het dorp Safed Sang, district Mohammad Agha, provincie
Logar. U bent op jonge leeftijd met uw ouders naar Pakistan verhuisd om de veiligheidsproblemen in
Afghanistan te ontvluchten. U studeerde in Pakistan tot de vierde of vijfde graad. U hielp vervolgens uw
vader mee in zijn schrijnwerkerij en werkte ook als dagarbeider in verschillende fabrieken.
U huwde in Safed Sang, Afghanistan, in 1392 Afghaanse kalender (AK), 2013-2014 Gregoriaanse
kalender (GK), maar keerde na uw huwelijk terug naar Pakistan. Tijdens de winter van 2014-2015 reisde
u met uw echtgenote naar Afghanistan om haar familie te bezoeken. Tijdens uw verblijf in Afghanistan
werd u, via uw oom langs vaderskant, een job aangeboden bij een medisch bedrijf, namelijk [S. P.] in
Kabul. Hoewel u aanvankelijk had gepland om na het bezoek aan uw schoonouders terug te keren naar
Pakistan, besloot u toch in Afghanistan te blijven wonen. Uw job bestond erin medicijnen te leveren bij
apothekers in de hoofdstad Kabul. U verbleef deeltijds in Kabul, maar pendelde ook regelmatig naar
Dashte Saqawa, de plaats waar uw grootvader woonde, een dorp in de buurt van Alikhel en Namunyaz.
Op een dag zouden de taliban u opgemerkt hebben en ontving uw grootvader een brief met de vraag
om u aan te sluiten bij de taliban. Ook uw broer werd in deze brief genoemd. Uw broer besloot vanaf dat
moment in Kabul te blijven, zelf pendelde u vanaf dat moment minder vaak en stiekem naar huis. Op
een dag werd de wagen waarin u zat toch tegengehouden door de taliban. Ze bonden uw handen op uw
rug en staken u in de koffer van hun auto. U werd vervolgens drie dagen op een onbekende plaats
gevangen gehouden en geslagen. De derde dag lukte het u echter om langs het toiletraam te
ontsnappen. U liep zeer hard door water, kanalen en woestijnen tot u in de verte licht zag branden. U
werd gastvrij ontvangen in het huis en kreeg er een bed voor de nacht aangeboden. De volgende dag
heeft de nobele onbekende een auto geregeld die u naar uw oom in Kabul heeft gebracht. U werd
enkele dagen opgenomen in het ziekenhuis en tijdens uw ziekenhuisopname ontving uw grootvader een
tweede dreigbrief. U besefte op dat moment dat uw veiligheid in Afghanistan niet meer gegarandeerd
kon worden. Uw oom langs vaderskant regelde samen met een smokkelaar uw vlucht naar Europa.
Anderhalve maand tot twee maanden na ontvangst van de tweede dreigbrief bent u samen met uw
broer het land ontvlucht. In Iran werden u en uw broer beschoten, waarna u uw broer bent kwijt
gespeeld. Sinds dan heeft u geen enkel nieuws meer over hem. U kwam aan in België op 29 december
2015 en u diende een verzoek tot internationale bescherming in op 11 januari 2016. Na uw vertrek zijn
de taliban nog langs geweest bij uw grootvader. Uw oom langs vaderskant bezorgde u uw documenten.
U vreesde bij terugkeer naar Afghanistan gedood te worden door de taliban. U legde ter staving van uw
asielmotieven volgende documenten neer: uw huidige taskara (Afghaans identiteitsdocument), een oude
taskara, uw vaccinatiekaart, een puntenlijst, vijf foto’s van uw verwondingen, een originele Proof of
Registration van uw vader, een kopie van uw persoonlijke PoR, een studentenkaart van uw
schoolperiode in Pakistan, een document van uw werkgever, twee dreigbrieven van de taliban en een
omslag waarin deze documenten werden verstuurd. Daarnaast legde u ook een document neer van de
centrumarts.
Op 22 mei 2018 nam de commissaris-generaal de beslissing tot weigering van de vluchtelingenstatus
en weigering van de subsidiaire beschermingsstatus. Op 10 december 2018 nam de Raad voor
Vreemdelingenbetwistingen (RVV) in beroep eveneens de beslissing tot weigering van de
vluchtelingenstatus en weigering van de subsidiaire beschermingsstatus omdat er geen geloof kon

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT