Arrêt Nº242428 de Conseil du Contentieux des Etrangers, 19/10/2020

Judgment Date19 octobre 2020
CourtIIde KAMER (Raad voor Vreemdelingengeschillen)
Judgement Number242428
Procedure TypeAnnulation
RvV X Pagina 1
nr. 242 428 van 19 oktober 2020
in de zaak RvV X / II
In zake:
X
Gekozen woonplaats:
ten kantore van advocaat J. BRAUN
Mont Saint-Martin 22
4000 LIÈGE
tegen:
de Belgische staat, vertegenwoordigd door de minister van Sociale Zaken en
Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie, thans de Staatssecretaris voor Asiel en
Migratie.
DE WND. VOORZITTER VAN DE IIde KAMER,
Gezien het verzoekschrift X, die verklaart van Palestijnse nationaliteit te zijn, op 8 juni 2020 heeft
ingediend om de schorsing van de tenuitvoerlegging en de nietigverklaring te vorderen van de beslissing
van de gemachtigde van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie
van 27 mei 2020 tot afgifte van een bevel om het grondgebied te verlaten met vasthouding met het oog
op verwijdering (bijlage 13septies) en van de beslissing van diezelfde gemachtigde van de minister van
Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie van 27 mei 2020 tot het opleggen van een
inreisverbod (bijlage 13sexies).
Gezien titel I bis, hoofdstuk 2, afdeling IV, onderafdeling 2, van de wet van 15 december 1980
betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van
vreemdelingen.
Gezien de nota met opmerkingen en het administratief dossier.
Gelet op de beschikking van 26 augustus 2020, waarbij de terechtzitting wordt bepaald op 29 september
2020.
Gehoord het verslag van rechter in vreemdelingenzaken M. BEELEN.
Gehoord de opmerkingen van advocaat J. BRAUN, die verschijnt voor de verzoekende partij en van
advocaat M. DUBOIS, die loco advocaat E. MATTERNE verschijnt voor de verwerende partij.
WIJST NA BERAAD HET VOLGENDE ARREST:
1. Nuttige feiten ter beoordeling van de zaak
Verzoeker werd een eerste keer aangetroffen in onwettig verblijf op 6 december 2019. Hij gaf aan enkel
Frans te spreken. Diezelfde dag kreeg hij een bevel om het grondgebied te verlaten onder de vorm van
een bijlage 13.
RvV X Pagina 2
Op 16 januari 2020 werd verzoeker opnieuw aangetroffen in onwettig verblijf. Hij was in het bezit van 5
gram cannabis (verstopt in een dubbele voering van zijn onderbroek) en 0,5 gram cocaïne.
Op 27 mei 2020 werd verzoeker opnieuw aangetroffen in onwettig verblijf, nadat hij wegvluchtte van de
politie toen hij herkend werd als “verdachte van de ‘illegale dealers’ van de Brugse Poort”. Tijdens zijn
vlucht ziet de politie dat verzoeker plastic zakjes weggooit.
Verzoeker verklaarde illegaal ongeveer 8 maanden in België te verblijven, hij zou hier een vriendin
‘J.(…)’ hebben, hij zou asiel hebben aangevraagd in Duitsland en hij verklaarde onderweg naar
Duitsland te zijn.
Op 27 mei 2020 neemt de gemachtigde van de bevoegde minister de beslissing tot afgifte van een
bevel om het grondgebied te verlaten met vasthouding met het oog op verwijdering onder de vorm van
een bijlage 13septies. Dit is de eerste bestreden beslissing.
Diezelfde dag neemt de gemachtigde van de bevoegde minister de beslissing tot het opleggen van een
inreisverbod voor de duur van drie jaar onder de vorm van een bijlage 13sexies. Dit is de tweede
bestreden beslissing.
De eerste bestreden beslissing kent de volgende motieven:
“(…)
Aan de Heer, die verklaart te heten:
naam: Z.
voornaam: M.
geboortedatum: 23.06.1994
nationaliteit: P.
alias: Z., M. °23/06/1994 P.
wordt het bevel gegeven het grondgebied van België te verlaten, evenals het grondgebied van de staten
die het Schengenacquis ten volle toepassen, tenzij hij beschikt over de documenten die vereist zijn om
er zich naar toe te begeven.
REDEN VAN DE BESLISSING EN VAN DE AFWEZIGHEID VAN EEN TERMIJN OM HET
GRONDGEBIED TE VERLATEN:
Het bevel om het grondgebied te verlaten wordt afgegeven in toepassing van volgend(e) artikel(en) van
de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en
de verwijdering van vreemdelingen en volgende feiten en/of vaststellingen:
Artikel 7, alinea 1:
De betrokkene is niet in het bezit van een geldig paspoort en niet van een geldig visum/verblijfstitel op
het moment van zijn arrestatie.
hij door zijn gedrag geacht wordt de openbare orde te kunnen schaden;
Betrokkene is op heterdaad betrapt voor drugsbezit. (PV GE.60.LA.003743/2020 van de politiezone van
Gent.) Gezien de maatschappelijke impact van deze feiten, kan worden afgeleid dat betrokkene door
zijn gedrag geacht wordt de openbare orde te kunnen schaden.
Betrokkene verklaart een vriendin te hebben die in Brussel woont. Hij kent echter enkel haar voornaam
(J.), dus is het onmogelijk om na te gaan of dit effectief klopt. Betrokkene verklaart geen gezinsleven of
minderjarige kinderen in België te hebben, noch medische problemen te hebben. Een schending van de
artikelen 3 en 8 EVRM wordt niet aannemelijk gemaakt.
Bijgevolg heeft de gemachtigde van de Minister in zijn verwijderingsbeslissing rekening gehouden met
de bepalingen van artikel 74/13.

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT