Décision judiciaire de Raad van State, 7 novembre 2019

Date de Résolution 7 novembre 2019
JuridictionNietigverklaring
Nature Arrest

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

VOORZITTER VAN DE VIIe KAMER

A R R E S T

nr. 246.012 van 7 november 2019 in de zaak A. 227.469/VII-40.495

In zake : de besloten vennootschap naar Duits recht

RWE SUPPLY & TRADING GmbH bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten David Haverbeke en Wouter Vandorpe kantoor houdend te 1040 Brussel

Louis Schmidtlaan 29, bus 15 bij wie woonplaats wordt gekozen

tegen :

de BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Energie, Leefmilieu en Duurzame Ontwikkeling bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Emmanuel Jacubowitz en Anthony Poppe kantoor houdend te 1160 Brussel

Tedescolaan 7 bij wie woonplaats wordt gekozen

Tussenkomende partij : de NV ELIA SYSTEM OPERATOR bijgestaan en vertegenwoordigd door advocaten Frederik Vandendriessche en Cedric Degreef kantoor houdend te 1000 Brussel

Loksumstraat 25 bij wie woonplaats wordt gekozen

------------------------------------------------------------------------------------------------

I. Voorwerp van het beroep

  1. Het beroep, ingesteld op 19 februari 2019, strekt tot de nietigverklaring van het koninklijk besluit van 20 december 2018 tot oplegging aan RWE Supply & Trading GmbH van een openbare dienstverplichting met betrekking tot het volume en de prijs voor de dienst regeling van de spanning en het reactief vermogen vanaf 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019.

    VII-40.495-1/4

    ‡AHLTKDACE-BDJDIBU‡

    II. Verloop van de rechtspleging

  2. De tussenkomende partij heeft een verzoekschrift tot tussenkomst ingediend. De tussenkomst is toegestaan bij beschikking van 1 april 2019. De tussenkomende partij heeft een memorie ingediend.

    De verwerende partij heeft een memorie van antwoord ingediend die aan de verzoekende partij ter kennis werd gebracht op 13 mei 2019.

    Op respectievelijk 25 juli 2019, 19 juli 2019 en 25 juli 2019 heeft de hoofdgriffier aan de verzoekende partij, de verwerende partij en de tussenkomende partij de mededeling ter kennis gebracht, bedoeld in artikel 14bis, § 1, van het besluit van de Regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, dat de kamer uitspraak zal doen onder aanvoering van het ontbreken van het vereiste belang, tenzij een van de partijen binnen een termijn van vijftien dagen vraagt om te worden gehoord.

    De verzoekende partij vraagt om te worden gehoord.

    De partijen zijn opgeroepen voor de terechtzitting, die heeft plaatsgevonden op 24...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT