Bericht aan de vakorganisaties van het personeel van de overheidsdiensten. - Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van die wet; eerstvolgende zesjaarlijkse representativiteitscontrole., de 29 juin 1995

Artikel M. (Om technische redenen wordt dit bericht onderverdeeld in de volgende fictieve artikelen : M1 - M7).

Art. M1. 1. Over de gesubsidieerde contractuelen. Die personeelsleden vormen geen afzonderlijke personeelscategorie en vallen zoals alle andere contractuele personeelsleden onder het vakbondsstatuut. Wat de "telling" betreft zal men rekening houden met artikel 1, 1°, 2° en 3°, van het koninklijk besluit van 29 mei 1989 dat artikel 51, eerste lid, 1°, a, h, en c derwijze wijzigt dat de gesubsidieerde contractuelen in alle overheidsdiensten tot de personeelssterkte moeten worden gerekend. Zij zullen dus ook op de naamlijsten van de personeelsleden van die overheidsdiensten voorkomen en de vakorganisaties kunnen ze bijgevolg als bijdragebetalend lid doen gelden in de mate dat ze alle andere voorwaarden vervullen ten einde de representativiteitsdrempel van 10%, vereist om zitting te verkrijgen in de onderhandelingscomités, te bereiken.

Art. M2. 2. Andere personeelscategorieën.

  1. De aandacht wordt gevestigd op artikel 51, 1°, a, van het besluit, volgens welke de personeelsleden die in het raam van het derde arbeidscircuit of in een bijzonder tijdelijk kader zijn aangeworven niet in aanmerking komen voor de telling (en bijgevolg evenmin in de personeelssterkte en de naamlijsten van de overheidsdiensten mogen opgenomen worden en evenmin in de ledenlijsten van de vakorganisaties).

  2. Voor de personeelsleden bedoeld in artikel 51, 1°, b en c, van het besluit zal de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten instaan voor het verstrekken van alle nodige toelichtingen.

    Art. M3. 3. Personeelsleden van sommige overheidsdiensten die voorafgaand aan het rustpensioen, in disponibiliteit of in een andere administratieve stand of gelijkaardige administratieve situatie worden gesteld.

    Sommige personeelsleden hebben de gelegenheid hun dienst definitief en vroegtijdig te verlaten zonder gepensioneerd te worden. Dit bijzonder stelsel houdt in dat die personeelsleden in de stand " disponibiliteit" of in een andere administratieve stand of gelijkaardige administratieve situatie worden gesteld.

    Daar de juridische band met de werkgever behouden blijft, blijven ze behoren tot het personeel van die dienst en komen ze in aanmerking voor de telling van het aantal bijdrageplichtige leden.

    Het spreekt vanzelf dat de personeelsleden die zich in een stelsel van deeltijdse vervroegde uittreding voor de pensionering...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT