Wet tot wijziging van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en van de programmawet van 27 april 2007, de 2 mai 2019

HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK II. - Wijziging van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen

Art. 2. In artikel 1 van de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 31 juli 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. de bepaling onder 54° wordt vervangen als volgt:

    "54° "beschermde residentiële afnemer": een huishoudelijke afnemer met een laag inkomen of in een onzekere situatie, zoals gedefinieerd in artikel 15/10, § 2/2;";

  2. het enige lid wordt aangevuld met de bepaling onder 79°, luidende:

    "79° "netten voor warmtevoorziening op afstand": geheel van leidingen voor de warmtevoorziening vanuit een centrale productie-installatie om het verwarmen van gebouwen en de levering van huishoudelijk warm water te garanderen.".

    Art. 3. In artikel 15/10 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  3. in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "met een laag inkomen of in een kwetsbare situatie" opgeheven;

  4. er wordt een paragraaf 2/1 en een paragraaf 2/2 ingevoegd, luidende:

    " § 2/1. Na advies van de commissie en na overleg met de gewesten, kan de Koning, na beraadslaging in de Ministerraad, maximumprijzen vaststellen per kWh, die op het gehele grondgebied gelden voor de levering van warmte door middel van netten voor warmtevoorziening op afstand aan beschermde residentiële afnemers. Deze maximumprijzen omvatten geen enkel forfaitair bedrag of vergoeding.

    Na advies van de commissie, bepaalt de Koning de regels voor het financieringsmechanisme en het bepalen van de werkelijke nettokosten voor de ondernemingen die warmte door middel van netten voor warmtevoorziening op afstand leveren, als gevolg van de in het eerste lid bedoelde activiteiten, en van hun betrokkenheid bij de tenlasteneming. Elk besluit dat voor dit doel wordt genomen, wordt geacht nooit uitwerking te hebben gehad, indien het niet bij wet is bekrachtigd binnen twaalf maanden na de datum van zijn inwerkingtreding.".

    § 2/2. Voor de toepassing van de maximumprijzen bedoeld in §§ 2 en 2/1, wordt beschouwd als beschermde residentiële afnemer, elke residentiële afnemer die kan bewijzen dat hijzelf of iedere persoon die onder hetzelfde dak leeft een beslissing geniet tot toekenning van:

  5. door het OCMW,

    1. het leefloon toegekend in toepassing van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie;

    2. een financiële maatschappelijke dienstverlening, die geheel of gedeeltelijk door de Federale Staat ten laste wordt genomen op grond van artikel 5 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

    3. een wachtuitkering op het gewaarborgd inkomen voor bejaarden, de inkomensgarantie voor ouderen of de uitkering voor personen met een handicap;

      ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT