Wet houdende diverse bepalingen inzake de detachering van bestuurders in de sector van het wegvervoer, de 19 juin 2022

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2. Deze wet voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn (EU) 2020/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening (EU) nr. 1024/2012.

HOOFDSTUK 2. - Informatie voor bestuurders, gedetacheerd vanuit België in het kader van activiteiten in de sector van het wegvervoer

Art. 3. Dit hoofdstuk is van toepassing op werkgevers die gevestigd zijn in België en, overeenkomstig Richtlijn (EU) 2020/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening (EU) nr. 1024/2012, bestuurders detacheren in het kader van activiteiten van wegvervoer voor rekening van derden die onder de bevoegdheid vallen van :

- het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel;

- het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;

- het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen;

- het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek; en

- het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten.

De Koning kan de lijst van paritaire comités bedoeld in het eerste lid aanpassen, na advies van de Nationale Arbeidsraad.

Art. 4. Voordat een werkgever zijn bestuurder vanuit België naar een andere lidstaat van de Europese Unie detacheert, deelt hij hem een schriftelijk document mee, op papier of in elektronische vorm, met de enige officiële nationale website over detachering van de desbetreffende lidstaat.

HOOFDSTUK 3. - Wijzigingsbepalingen

Afdeling 1. - Wijzigingen van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan

Art. 5. Artikel 1/1 van de wet van 5 maart 2002 betreffende de arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden in geval van detachering van werknemers in België en de naleving ervan, ingevoegd bij de wet van 11 december 2016 en gewijzigd bij de wet van 12 juni 2020, wordt aangevuld met een bepaling onder 4°, luidende :

"4° de Richtlijn (EU) 2020/1057 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020 tot vaststelling van specifieke regels met betrekking tot Richtlijn 96/71/EG en Richtlijn 2014/67/EU wat betreft de detachering van bestuurders in de wegvervoersector en tot wijziging van Richtlijn 2006/22/EG wat betreft de handhavingsvoorschriften en Verordening (EU) nr. 1024/2012.".

Art. 6. In artikel 2 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 12 juni 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. de bepaling onder 5° wordt vervangen als volgt :

    "5° activiteiten in de sector van het wegvervoer : activiteiten van wegvervoer voor rekening van derden die onder de bevoegdheid vallen van :

    - het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel;

    - het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;

    - het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen;

    - het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek; en

    - het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten.

    De Koning kan de lijst van paritaire comités bedoeld in de bepaling onder 5° aanpassen, na advies van de Nationale Arbeidsraad;";

  2. het artikel wordt aangevuld met de bepalingen onder 6° en 7°, luidende :

    "6° bilaterale vervoersactiviteit met betrekking tot goederenvervoer: een activiteit in de sector van het wegvervoer bestaande uit het vervoer van goederen op basis van een vervoersovereenkomst vertrekkende van het land van vestiging van de werkgever naar een ander land of omgekeerd, van een land naar het land van vestiging van de werkgever;"

    "7° gecombineerd vervoer: het goederenvervoer tussen landen waarbij de vrachtwagen, de aanhangwagen, de oplegger met of zonder trekker, de wissellaadbak of de container van twintig voet en meer gebruik maken van de weg voor het eerste of het laatste gedeelte in het traject, en voor het andere gedeelte, van het spoor of de binnenwateren, of van een zeetraject wanneer dat traject meer bedraagt dan 100 kilometer hemelsbreed gemeten, en het begin- of eindvervoer over de weg verrichten :

    - hetzij tussen de laadplaats van de goederen en het dichtstbij gelegen geschikte station van inlading, voor wat het beginvervoer betreft, en tussen het dichtstbij gelegen geschikte station van uitlading en de losplaats van de goederen, voor wat het eindvervoer betreft;

    - hetzij binnen een afstand van ten hoogste 150 kilometer hemelsbreed gemeten, vanaf de rivier- of zeehaven van in- of van uitlading.".

    Art. 7. Artikel 4 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt :

    "Art. 4. Deze wet is niet van toepassing op :

  3. het varend personeel van de koopvaardij en op hun werkgevers;

  4. op de bestuurder die bilaterale vervoersactiviteiten met betrekking tot goederenvervoer verricht en op zijn werkgever;

  5. op de bestuurder die een bilaterale vervoersactiviteit met betrekking tot goederenvervoer verricht en daarnaast één laad- en/of losactiviteit verricht in het of de landen die hij doorkruist, op voorwaarde dat deze bestuurder de goederen niet laadt en lost in hetzelfde land, en op zijn werkgever.

    Vanaf de datum vanaf dewelke slimme tachografen verplicht moeten worden ingebouwd in de voertuigen die voor het eerst worden geregistreerd in een lidstaat, overeenkomstig de Verordening (EU) nr. 165/2014, geldt deze uitsluiting enkel voor de bestuurder die gebruik maakt van dergelijke voertuigen waarin slimme tachografen zijn aangesloten, overeenkomstig de artikelen 8, 9 en 10 van die Verordening, en op zijn werkgever;

  6. op de bestuurder die een bilaterale vervoersactiviteit met betrekking tot goederenvervoer verricht naar het land van vestiging van de werkgever en daarnaast ten hoogste twee laad- en/of losactiviteiten verricht in de landen die hij doorkruist op voorwaarde, enerzijds, dat de bestuurder de goederen niet zowel laadt als lost in hetzelfde land en, anderzijds, dat die bilaterale vervoersactiviteit werd voorafgegaan door een in het land van vestiging van de werkgever aangevangen vervoersactiviteit waarbij geen extra activiteit werd verricht, en op zijn werkgever.

    Vanaf de datum vanaf dewelke slimme tachografen verplicht moeten worden ingebouwd in de voertuigen die voor het eerst worden geregistreerd in een lidstaat overeenkomstig de Verordening (EU) nr. 165/2014, geldt deze uitsluiting enkel voor de bestuurder die gebruik maakt van dergelijke voertuigen waarin slimme tachografen zijn aangesloten, overeenkomstig de artikelen 8, 9 en 10 van die Verordening, en op zijn werkgever;

  7. op de bestuurder die in België het begin- of eindtraject doet van gecombineerd vervoer, indien het wegtraject op zich bestaat uit bilaterale vervoersactiviteiten met betrekking tot goederenvervoer, en op zijn werkgever;

  8. op de bestuurder die in het kader van activiteiten in de sector van het wegvervoer bilaterale vervoersactiviteiten in het personenvervoer verricht, en op zijn werkgever wanneer dergelijke vervoersactiviteit voor de bestuurder bestaat uit :

    - het meenemen van passagiers uit het land van vestiging van de werkgever en hen afzetten in België;

    - het meenemen van passagiers uit België en hen afzetten in het land van vestiging van de werkgever;

    - het meenemen en afzetten van passagiers in het land waar de werkgever is gevestigd om plaatselijke excursies uit te voeren in België, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1073/2009;

  9. op de bestuurder die, in het kader van activiteiten in de sector van het wegvervoer, bilaterale vervoersactiviteiten in het personenvervoer verricht, in de zin van de bepaling onder 6° en die eenmaal passagiers laat in- en/of uitstappen in de landen die hij doorkruist, mits de bestuurder geen personenvervoersdiensten tussen twee locaties binnen het doorkruiste land aanbiedt, en op zijn werkgever. Hetzelfde geldt voor de terugrit.

    Vanaf de datum vanaf dewelke slimme tachografen verplicht moeten worden ingebouwd in de voertuigen die voor het eerst worden geregistreerd in een lidstaat, overeenkomstig de Verordening (EU) nr. 165/2014, geldt deze uitsluiting enkel voor de bestuurder die gebruik maakt van dergelijke voertuigen waarin slimme tachografen zijn aangesloten, overeenkomstig de artikelen 8, 9 en 10 van die Verordening, en op zijn werkgever;

  10. op de bestuurder die in het kader van activiteiten in de sector van het wegvervoer, het Belgisch grondgebied enkel doorkruist, zonder dat er vracht wordt geladen of gelost en zonder dat er passagiers in- of uitstappen, en op zijn werkgever.".

    Art. 8. In artikel 5, § 2, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 12 juni 2020, wordt het zevende lid vervangen als volgt :

    "Met het oog op de toepassing van het eerste lid wordt de detachering, in geval van tewerkstelling van een bestuurder door een werkgever in het kader van activiteiten in de sector van het wegvervoer, geacht te zijn beëindigd wanneer de bestuurder bij het verrichten van het internationaal vervoer van goederen of personen het Belgisch grondgebied verlaat. Deze detacheringsperiode wordt niet gecumuleerd met eerdere...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT