Wet betreffende de dematerialisatie van de relaties tussen de Federale Overheidsdienst Financiën, de burgers, rechtspersonen en bepaalde derden en tot wijziging van diverse fiscale wetboeken en wetten, de 26 janvier 2021

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

Art. 2. In het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, wordt artikel 2, § 1, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 2 mei 2019, aangevuld met een 19° tot 21° luidende:

"19° aangetekende zending: de brief, al dan niet met een ontvangstbevestiging, neergelegd bij de aanbieder van de universele postdienst of een aanbieder van postdiensten en al dan niet elektronisch verzonden door deze laatste aan een vooraf vastgestelde bestemmeling, die een juridische waarde heeft daar zij toelaat het bewijs te bekomen van de datum van verzending en de ontvangst ervan door de bestemmeling;

  1. eBox: de dienst aangeboden aan de natuurlijke personen door de Federale Overheidsdienst bevoegd voor Digitale Agenda en aan de houders van een ondernemingsnummer aangeboden door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, ingesteld door de wet van 27 februari 2019 inzake elektronische uitwisseling van berichten door middel van de eBox, die de bestemmelingen toelaat om elektronische berichten uit te wisselen met de Federale Overheidsdienst Financiën;

  2. geavanceerd elektronisch zegel: elektronisch zegel in de zin van artikel 36 van Verordening (EU) nr. 910/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 2014 betreffende elektronische identificatie en vertrouwensdiensten voor elektronische transacties in de interne markt en tot intrekking van richtlijn 1999/93/EG.".

    Art. 3. In artikel 185bis, §§ 3 en 4, van hetzelfde Wetboek, laatstelijk gewijzigd bij de wetten van 5 december 2017 en 26 maart 2018, worden de woorden "door middel van een aangetekende brief geadresseerd aan de zetel van de vennootschap" telkens vervangen door de woorden "met een aangetekende zending geadresseerd aan de zetel van de vennootschap door middel van het in artikel 304ter, tweede lid bedoelde beveiligd platform".

    Art. 4. Artikel 302 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 17 juni 2013, wordt opgeheven.

    Art. 5. In titel VII van hetzelfde Wetboek, wordt een hoofdstuk I/1 ingevoegd, luidende "Hoofdstuk I/1 - Dematerialisatie van de relaties tussen de Federale Overheidsdienst Financiën, de belastingplichtigen en bepaalde derden".

    Art. 6. In hoofdstuk I/1 van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij artikel 5, wordt een artikel 304ter ingevoegd, luidende:

    "Art. 304ter. Binnen de grenzen van de voorwaarden opgelegd door dit hoofdstuk en in het kader van haar bevoegdheden, is de Federale Overheidsdienst Financiën gemachtigd om te communiceren langs elektronische weg.

    Voor de uitvoering van de bepalingen van dit hoofdstuk stelt zij door middel van een beveiligd elektronisch platform aan de belastingplichtigen en bepaalde derden elektronische diensten ter beschikking, die door middel van aangepaste beveiligingstechnieken, de oorsprong en de integriteit van de inhoud, de tijdsaanduiding evenals de bewaring van het verzonden bericht garanderen.".

    Art. 7. In hetzelfde hoofdstuk I/1 van hetzelfde Wetboek, wordt een artikel 304quater ingevoegd, luidende:

    "Art. 304quater. § 1. Elk bericht aan de Federale Overheidsdienst Financiën dat uitgaat van de belastingplichtigen, wordt verzonden door middel van het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform met uitzondering van elk bericht dat ter plaatste wordt opgemaakt overeenkomstig artikel 319, vierde lid.

    Behoudens wanneer de wettelijke of reglementaire bepalingen anders bepalen, wordt elk bericht aan de Federale Overheidsdienst Financiën dat uitgaat van een derde, betreffende de rechten en verplichtingen inzake de inkomstenbelastingen van een belastingplichtige waarmee hij al dan niet rechtstreeks of onrechtstreeks in betrekking is, eveneens verzonden door middel van het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform.

    § 2. De belastingplichtigen onderworpen aan de personenbelasting en aan de belasting van niet-inwoners overeenkomstig artikel 227, 1°, alsook de derde, natuurlijke persoon, bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, zijn vrijgesteld van de verplichting om het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform te gebruiken, voor zover zij niet expliciet gekozen hebben om met de Federale Overheidsdienst Financiën langs elektronische weg te communiceren. In dit geval wordt elk bericht verzonden onder gesloten omslag.

    De keuze van de in paragraaf 2, eerste lid, bedoelde personen om al dan niet langs elektronische weg met de Federale Overheidsdienst Financiën te communiceren gebeurt door de activering of deactivering van de eBox.

    De keuze van de in paragraaf 2, eerste lid, bedoelde personen, om al dan niet langs elektronische weg met de Federale Overheidsdienst Financiën te communiceren, zal geen invloed hebben op een lopend onderzoek.

    § 3. De belastingplichtigen onderworpen aan de vennootschapsbelasting, de rechtspersonenbelasting en de belasting van niet-inwoners overeenkomstig artikel 227, 2° en 3°, alsook de professionele derden die handelen binnen de uitoefening van hun beroep als bedoeld in paragraaf 4, zijn vrijgesteld van de verplichting om het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform te gebruiken wanneer zij zich niet hebben kunnen identificeren bij dit beveiligd platform. In deze gevallen geschiedt het bericht onder gesloten omslag.

    § 4. De in paragraaf 2, eerste lid, bedoelde vrijstellingen zijn niet van toepassing op professionele derden die handelen binnen de uitoefening van hun beroep.

    § 5. De Koning bepaalt:

  3. de modaliteiten met betrekking tot de toegang tot het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform en het gebruik ervan;

  4. de gevallen waarin de identificatie bij het beveiligd platform bedoeld in paragraaf 3, niet mogelijk zal zijn.".

    Art. 8. In hetzelfde hoofdstuk I/1 van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 304quinquies ingevoegd, luidende:

    "Art. 304quinquies. § 1. Elk bericht van de Federale Overheidsdienst Financiën aan de belastingplichtigen wordt verzonden door middel van het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform met uitzondering van elk bericht dat ter plaatste wordt opgemaakt overeenkomstig artikel 319, vierde lid.

    Behoudens wanneer de wettelijke of reglementaire bepalingen anders bepalen, wordt elk bericht van de Federale Overheidsdienst Financiën aan derden waarmee hij al dan niet rechtstreeks of onrechtstreeks in betrekking is, verzonden door middel van het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform.

    Wanneer een aangetekende zending vereist wordt door de bepalingen van dit Wetboek, de bijzondere wetsbepalingen op het stuk van de inkomstenbelastingen of hun uitvoeringsbesluiten en in afwijking van artikel 2, 19° en in toepassing van artikel 7 van de wet van 27 februari 2019 inzake de elektronische uitwisseling van berichten door middel van de eBox, geldt de kennisgeving door middel van de eBox die aangeeft dat het bericht door de Federale Overheidsdienst Financiën op het beveiligd elektronisch platform ter beschikking is gesteld als aangetekende zending van het bericht, al dan niet met ontvangstbewijs.

    De belastingplichtigen die, alhoewel ze overeenkomstig artikel 304quater, § 2, eerste lid, zijn vrijgesteld van de verplichting om het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform te gebruiken er toch voor gekozen hebben om te communiceren met de Federale Overheidsdienst Financiën langs elektronische weg, ontvangen eveneens elk bericht door middel van het voormeld beveiligd elektronisch platform.

    Wanneer het in het eerste lid bedoelde bericht betrekking heeft op gehuwden en wettelijk samenwonenden als bedoeld in artikel 2, § 1, 2°, en slechts één van de twee gehuwden of wettelijk samenwonenden expliciet gekozen heeft om langs elektronische weg te communiceren met de Federale Overheidsdienst Financiën, wordt dit bericht eveneens onder gesloten omslag verzonden naar de gehuwde of de wettelijk samenwonende die niet gekozen heeft om langs elektronische weg te communiceren.

    In dit geval is het de derde werkdag die volgt op de datum van verzending van het onder gesloten omslag verzonden bericht, die het vertrekpunt zal zijn van de termijnen die van toepassing zijn voor het vervullen van de verplichtingen in dit Wetboek, de bijzondere wetsbepalingen op het stuk van de inkomstenbelastingen of hun uitvoeringsbesluiten.

    § 2. De belastingplichtigen die overeenkomstig het artikel 304quater, § 2, eerste lid, zijn vrijgesteld van de verplichting om het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform te gebruiken en die er niet voor gekozen hebben om langs elektronische weg te communiceren met de Federale Overheidsdienst Financiën verkrijgen ook elk bericht onder gesloten omslag. Dit is eveneens zo wanneer overeenkomstig artikel 304quater, § 3, de identificatie van de belastingplichtige bij dit beveiligd platform niet mogelijk is.

    § 3. De Koning bepaalt de toepassingsmodaliteiten van de in paragraaf 1 bedoelde procedure.".

    Art. 9. In hetzelfde hoofdstuk I/1 van hetzelfde Wetboek, wordt een artikel 304sexies ingevoegd, luidende:

    "Art. 304sexies. Wanneer het bericht door middel van het in artikel 304ter, tweede lid, bedoelde beveiligd elektronisch platform niet verzonden kan worden ingevolge overmacht, inzonderheid wegens het technisch gebrekkig functioneren van het platform, van één van de componenten en/of van de elektronische diensten van het genoemde platform, zal dit bericht worden verzonden hetzij door middel van een gelijkwaardige procedure die over dezelfde garanties als de elektronische procedure beschikt inzake de oorsprong, de integriteit van de inhoud, de tijdsaanduiding evenals de bewaring van het verzonden bericht, hetzij onder gesloten omslag.

    De Koning kan de van toepassing zijnde termijn verlengen indien overmacht het de belastingplichtige onmogelijk...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT