Jugement/arrêt, Cour de Cassation de Belgique, 2022-01-27

JurisdictionBélgica
Judgment Date27 janvier 2022
ECLIECLI:BE:CASS:2022:ARR.20220127.1N.8
Docket NumberC.21.0189.N
Link to Original Sourcehttps://juportal.be/content/ECLI:BE:CASS:2022:ARR.20220127.1N.8
CourtCour de Cassation de Belgique
Nr. C.21.0189.N GEMEENTE MAASMECHELEN, vertegenwoordigd door haar College van burgemeester en schepenen, met kantoor te 3630 Maasmechelen, Heirstraat 239, ingeschreven bij de KBO onder het nummer 0207.691.351 eiseres vertegenwoordigd door mr. Beatrix Vanlerberghe, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen, Amerikalei 187/302, waar de eiseres woonplaats kiest tegen HS-TRADING bv, met zetel te 3960 Bree, Ziepstraat 1, bus 2, ingeschreven bij de KBO onder het nummer 0462.766.412 verweerster, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1170 Brussel, Terhulpensesteenweg 177/7, waar de verweerster woonplaats kiest. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep te Antwerpen van 26 januari 2021. Raadsheer Sven Mosselmans heeft verslag uitgebracht. Advocaat-generaal met opdracht Michèle Deconynck heeft geconcludeerd. II. CASSATIEMIDDELEN De eiseres voert in haar verzoekschrift dat aan dit arrest is gehecht, twee middelen aan. III. BESLISSING VAN HET HOF Beoordeling Eerste middel Eerste onderdeel 1. Krachtens artikel 877 Gerechtelijk Wetboek kan de rechter, wanneer er ernstige en bepaalde aanwijzingen bestaan dat een partij of een derde een stuk onder zich heeft dat het bewijs inhoudt van een ter zake dienend feit, bevelen dat het stuk of een eensluidend afschrift ervan bij het dossier van de rechtspleging wordt gevoegd. Een rechterlijk bevel in de zin van voormelde bepaling onderstelt dat een concreet stuk wordt beoogd. 2. In zoverre het onderdeel ervan uitgaat dat de rechter krachtens voormelde bepaling een partij kan verplichten om informatie te geven en alle relevante stukken waarover zij beschikt in het debat te brengen, faalt het naar recht. 3. De appelrechter stelt vast en oordeelt dat: - de vraag van de eiseres tot veroordeling van de verweerster om, met toepassing van artikel 877 Gerechtelijk Wetboek, de nodige informatie te verstrekken omtrent het resultaat van een andere procedure, ongegrond is omdat niet aan de vereisten van deze wetsbepaling is voldaan; - artikel 877 Gerechtelijk Wetboek betrekking heeft op een ‘stuk’ dat een partij onder zich houdt; - de vraag tot ‘het verstrekken van de nodige informatie’ niet is aan te merken als een stuk in de zin van deze wetsbepaling. 4. In zoverre het onderdeel ervan uitgaat dat de appelrechter met deze redenen te kennen geeft “dat [hij] niet bij machte is om aan...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT