2 JUNI 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 april 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de vastheid van betrekking en de waarborg van inkomen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de vezelcement;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 14 april 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de vezelcement, betreffende de vastheid van betrekking en de waarborg van inkomen.
Art. 2. De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 2 juni 2010.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister
en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,
Mevr. J. MILQUET
_______
Nota
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage
Paritair Subcomité voor de vezelcement
Collectieve arbeidsovereenkomst van 14 april 2009
Vastheid van betrekking en waarborg van inkomen
(Overeenkomst geregistreerd op 28 mei 2009 onder het nummer 92219/CO/106.03)
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten om de tewerkstelling en het inkomen van de werknemers in de sector van de vezelcementindustrie tijdens de jaren 2009-2010 maximaal te vrijwaren.
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement.
Onder "werknemers" wordt verstaan : arbeiders en arbeidsters.
HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen
Art. 2. In principe zullen er geen meervoudige afdankingen gebeuren om economische of technische redenen. Worden niet bedoeld als economische redenen : strikt persoonsgebonden redenen, brugpensioen en vervroegd uittreden vanaf 55 jaar zoals vermeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 juni 2005 betreffende vervroegd uittreden vanaf 55 jaar.
Art. 3. In geval de activiteit afneemt, en alvorens tot afdankingen over te gaan, voeren de ondernemingen een stelsel van beurtwerkloosheid in, voor zoveel mogelijk personeelsleden en in zover dit verenigbaar is met de individuele kwalificaties en de noodwendigheden van de werkorganisatie.
Art. 4. Wanneer zich echter onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of financiële...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI