Uittreksel uit arrest nr. 52/2021 van 1 april 2021 Rolnummer 7141 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 5 van de wet van 30 juli 2018 « tot oprichting van lokale integrale

Uittreksel uit arrest nr. 52/2021 van 1 april 2021

Rolnummer 7141

In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 5 van de wet van 30 juli 2018 « tot oprichting van lokale integrale veiligheidscellen inzake radicalisme, extremisme en terrorisme », ingesteld door de vzw « TCC-Accueil, ASBL » en anderen.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en L. Lavrysen, en de rechters J.-P. Moerman, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache, T. Detienne en D. Pieters, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 13 maart 2019 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 14 maart 2019, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 5 van de wet van 30 juli 2018 « tot oprichting van lokale integrale veiligheidscellen inzake radicalisme, extremisme en terrorisme » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 14 september 2018) door de vzw « TCC-Accueil, ASBL », de vzw « AtMOsphères », de vzw « Bureau d'Accueil et de Défense des Jeunes », de vzw « Coordination des Organisations non gouvernementales pour les droits de l'enfant », de vzw « Dynamo international », de vzw « Dynamo », de vzw « Fédération Laïque de l'Aide à la Jeunesse », de vzw « Kinderrechtencoalitie Vlaanderen », de vzw « Ligue des droits humains », de vzw « Samarcande » en de vzw « Uit de marge/CMGJ », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. J. Fierens, advocaat bij de balie te Brussel.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de bestreden bepaling en de context ervan

    B.1. De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van artikel 5 van de wet van 30 juli 2018 « tot oprichting van lokale integrale veiligheidscellen inzake radicalisme, extremisme en terrorisme » (hierna : de wet van 30 juli 2018).

    Die wet bevat vijf artikelen en bepaalt :

    Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

    Art. 2. De burgemeester richt een lokale integrale veiligheidscel inzake radicalisme, extremisme en terrorisme, hierna ' LIVC R ' genoemd, op. De LIVC R heeft tot doel de voorkoming van terroristische misdrijven bedoeld in Titel Iter van Boek II [van] het Strafwetboek.

    Met het oog op de gemeenschappelijke behartiging van deze doelstelling kunnen twee of meer burgemeesters een gemeenschappelijke LIVC R oprichten voor het grondgebied van al de gemeenten waarvoor zij bevoegd zijn.

    Art. 3. § 1. De LIVC R is samengesteld uit :

    - de burgemeester en/of de door hem aangestelde vertegenwoordiger;

    - de korpschef en/of de door hem aangestelde vertegenwoordiger van de lokale politie die houder is van een veiligheidsmachtiging van minstens het niveau ' geheim ' krachtens de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen;

    - de gemeenteambtenaar die instaat voor de coördinatie, de ondersteuning en de begeleiding van de verschillende preventiemaatregelen die door de gemeente worden genomen.

    Omwille van de bijdrage die zij vanuit hun functie kunnen leveren aan een geïndividualiseerde casusgerichte opvolging, op het niveau van de lokale geografische entiteit, van personen die signalen vertonen van een radicaliseringsproces in de zin van artikel 3, 15°, van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, nemen, op uitnodiging van de burgemeester, ook deel aan de LIVC R :

    - de personeelsleden van de gemeente of andere diensten die werken op gemeentelijk niveau;

    - de leden van diensten die tot de bevoegdheden van de gemeenschappen en gewesten behoren en daartoe gemachtigd worden door hun respectievelijke overheden bij of krachtens een decreet of ordonnantie.

    § 2. De burgemeester stelt de lijst op van de casussen waarvoor er aanwijzingen bestaan dat zij zich bevinden in een radicaliseringsproces bedoeld in artikel 3, 15°, van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en die zullen besproken worden op de LIVC R, onder meer op basis van informatie die hij kan opvragen bij alle diensten die hij pertinent acht, waaronder de deelnemers zoals bedoeld in paragraaf 1. De LIVC R kan een gepersonaliseerd opvolgingstraject ontwikkelen en opvolgen voor elk van deze individuen.

    Art. 4. § 1. De korpschef en/of de door hem aangestelde vertegenwoordiger van de lokale politie bedoeld in artikel 3, kan de informatiekaarten, zoals bedoeld in artikel 1, 15°, van het koninklijk besluit van 23 april 2018 betreffende de gemeenschappelijke gegevensbank Haatpropagandisten en tot uitvoering van sommige bepalingen van de afdeling 1bis ' het informatiebeheer ' van hoofdstuk IV van de wet op het politieambt en artikel 1, 12°, van het koninklijk besluit van 21 juli 2016 betreffende de gemeenschappelijke gegevensbank Terrorist Fighters, van de personen van wie het geval ter bespreking wordt voorgelegd in een LIVC R overeenkomstig artikel 3, § 2, meedelen aan de leden van het LIVC R.

    § 2. De korpschef en/of de door hem aangestelde vertegenwoordiger van de lokale politie bedoeld in artikel 3, kan, na goedkeuring bij consensus door alle effectief deelnemende leden van het LIVC R, een terugkoppelingsfiche van een persoon van wie het geval ter bespreking wordt voorgelegd in een LIVC R overeenkomstig artikel 3, § 2, meedelen aan de vertegenwoordigers van de diensten bedoeld in artikel 44/11/3ter, § 1, van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt die bevoegd zijn voor de geografisch [e] zone van het betrokken LIVC R. De terugkoppelingsfiche bevat een evaluatie van de opvolging binnen het LIVC R. De terugkoppelingsfiche bevat geen tijdens het overleg meegedeelde geheimen.

    § 3. De verwerking van persoonsgegevens van de personen voorgedragen in een LIVC R overeenkomstig artikel 3, § 2, wordt niet toegestaan, behoudens de uitzonderingen door de wet bepaald.

    Art. 5. De LIVC R is een overlegstructuur in de zin van artikel 458ter van het Strafwetboek

    .

    B.2.1. De wet van 30 juli 2018 legt de verplichting op om een lokale integrale veiligheidscel inzake radicalisme, extremisme en terrorisme (hierna : de LIVC R) op te richten in elke gemeente of, in voorkomend geval, een gemeenschappelijke LIVC R voor het grondgebied van meerdere gemeenten.

    Zij geeft op die manier uitvoering aan één van de aanbevelingen van de parlementaire onderzoekscommissie « belast met het onderzoek naar de omstandigheden die hebben geleid tot de terroristische aanslagen van 22 maart 2016 in de luchthaven Brussel-Nationaal en in het metrostation Maalbeek te Brussel, met inbegrip van de evolutie en de aanpak van de strijd tegen het radicalisme en de terroristische dreiging », zoals blijkt uit de parlementaire voorbereiding :

    Overeenkomstig de aanbevelingen van de parlementaire onderzoekscommissie naar de terroristische aanslagen van 22 maart 2016, wordt de oprichting van een LIVC R verplicht gemaakt

    . (Parl. St., Kamer, 2017-2018, DOC 54-3209/001, p. 4).

    In haar derde tussentijds verslag, over het onderdeel « veiligheidsarchitectuur », deed de parlementaire onderzoekscommissie immers de volgende aanbeveling :

    De onderzoekscommissie dringt er op aan dat in alle gemeenten (afzonderlijk of op bovenlokale basis) een LIVC wordt ingericht, ook al is dit voorlopig een ' slapend ' concept bij afwezigheid van elementen die verband houden met nakende radicalisering of terroristische dreiging. Het is zeker nu in het raam van de actuele dreiging en het feit dat FTF's [lees: Foreign Terrorist Fighters] gaan terugkeren, aangewezen dat alle gemeenten minstens voorbereid zijn op mogelijke problemen.

    Bovenlokale LIVC's zijn aan te moedigen voor kleinere gemeenten, op voorwaarde dat de positie van elke burgemeester verankerd blijft.

    Ook de bovenlokale samenwerking tussen LIVC's moet worden verduidelijkt en aangemoedigd en dit op basis van de beste praktijken. De bestaande richtlijnen moeten beter geïntegreerd en waar nodig worden aangevuld en verfijnd.

    Uitgaande van de goede praktijken die nu hun waarde hebben bewezen, moet werk worden gemaakt van geharmoniseerde werkingsregels (met bijzondere aandacht voor de informatiehuishouding en het beroepsgeheim, en dit mede op basis van recente wetswijzigingen)

    (Parl. St., Kamer, 2017-2018, DOC 54-1752/008, pp. 178-179).

    B.2.2. Volgens artikel 2 van de wet van 30 juli 2018 heeft de LIVC R tot doel terroristische misdrijven bedoeld in titel Iter van boek II van het Strafwetboek te voorkomen. De parlementaire voorbereiding bevestigt dat de LIVC R in een preventieve aanpak past, terwijl de reactieve en repressieve aanpak onder de bevoegdheid van de Lokale Task Force (hierna : de LTF) valt :

    De LIVC's R zijn een instrument in de bestrijding van gewelddadige radicalisering doordat zij personen die zich in een radicaliseringsproces bevinden vroeg detecteren en geïndividualiseerde opvolgtrajecten kunnen uitwerken voor hen.

    De LIVC's R bestaan in symbiose met een Lokale Task Force (hierna ' LTF ' genoemd). Daar waar een LTF focust op een reactieve en repressieve aanpak via een politionele en gerechtelijke opvolging overeenkomstig de omzendbrief van 22 mei 2018 van de minister van Binnenlandse Zaken en van de minister van Justitie betreffende de informatieuitwisseling rond en de opvolging van terrorist fighters en haat-propagandisten, benadert een LIVC R de persoon vanuit het verhaal van de inclusieve samenleving. Dit weerspiegelt zich in de samenstelling van de overlegstructuren. In de LTF's zetelen politiediensten, de veiligheids- en inlichtingendiensten en het Openbaar Ministerie. In een LIVC R daarentegen zetelen voornamelijk lokale maatschappelijke actoren. Met uitzondering van de lokale politie (Information Officer) die de link verzekert met de LTF, zetelt geen enkel lid van de LTF in de LIVC R

    (Parl. St., Kamer, 2017-2018, DOC 54-3209/001...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT