Uittreksel uit arrest nr. 63/2016 van 11 mei 2016 Rolnummer : 6130 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 95 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde

Uittreksel uit arrest nr. 63/2016 van 11 mei 2016

Rolnummer : 6130

In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 95 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (aanvulling van artikel 266, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 met een 4°), ingesteld door de cva « Leasinvest Real Estate » en anderen.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 30 december 2014 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 31 december 2014, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 95 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (aanvulling van artikel 266, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 met een 4°), bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 30 juni 2014, door de cva « Leasinvest Real Estate », de nv « Retail Estates », de cva « Warehouses De Pauw », de nv « Home Invest Belgium », de nv « Cofinimmo », de nv « Befimmo », de cva « Montea », de nv « Intervest Offices & Warehouses » en de nv « Vastned Retail Belgium », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. W. Claes en Mr. B. Martel, advocaten bij de balie te Brussel.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de bestreden bepaling

    B.1.1. Artikel 266 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992), vóór de wijziging ervan bij artikel 95 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (hierna : GVV-wet), bepaalde :

    De Koning kan, onder de voorwaarden en binnen de grenzen die Hij bepaalt, geheel of ten dele afzien van de inning van de roerende voorheffing op inkomsten van roerende goederen en kapitalen en van diverse inkomsten, indien het verkrijgers betreft van wie de identiteit kan worden vastgesteld, of door collectieve beleggingsinstellingen naar buitenlands recht die een onverdeeld vermogen zijn dat wordt beheerd door een beheersvennootschap voor rekening van deelnemers, wanneer hun aandelen in België niet openbaar worden uitgegeven en niet in België worden verhandeld, of effecten aan toonder en gedematerialiseerde effecten waarvan de inkomsten begrepen zijn in één van de volgende categorieën :

    1° inkomsten van voor 1 december 1962 uitgegeven effecten die wettelijk van mobiliënbelasting of van zakelijke belastingen zijn vrijgesteld of aan belastingen zijn onderworpen tegen een aanslagvoet van minder dan 21 pct;

    2° inkomsten uit certificaten van Belgische instellingen voor collectieve belegging;

    3° uitgiftepremies met betrekking tot obligaties, kasbons of andere effecten van leningen uitgegeven vanaf 1...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT