23 MEI 2008. - Decreet houdende de ontwikkeling, de organisatie en de subsidiëring van het Vlaams cultureel-erfgoedbeleid (1)

Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet houdende de ontwikkeling, de organisatie en de subsidiëring van het Vlaams cultureel-erfgoedbeleid

TITEL I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

Art. 2. In dit decreet wordt verstaan onder :

  1. cultureel erfgoed : roerend en immaterieel erfgoed dat als betekenisdrager uit het verleden gemeenschappelijke betekenissen verkrijgt binnen een cultureel referentiekader;

  2. zorg voor het cultureel erfgoed : het voor de gemeenschap bewaren en onderzoeken van het cultureel erfgoed;

  3. ontsluiting van het cultureel erfgoed : het voor een zo breed mogelijk publiek zichtbaar maken van het cultureel erfgoed, het toegankelijk maken van de betekenissen van het cultureel erfgoed voor de gemeenschap en het voortdurend actualiseren van die betekenissen;

  4. cultureel-erfgoedorganisatie : een organisatie met een publiek- of privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid zonder winstgevend doel die de zorg voor of de ontsluiting van het cultureel erfgoed als kerntaak heeft;

  5. cultureel-erfgoedgemeenschap : een gemeenschap die bestaat uit organisaties en personen die een bijzondere waarde hechten aan het cultureel erfgoed of specifieke aspecten ervan, en die het cultureel erfgoed of aspecten ervan door publieke actie wil behouden en doorgeven aan toekomstige generaties;

  6. interculturaliteit : dialoog, wederzijdse verkenning of ontmoeting met of tussen bevolkingsgroepen van diverse etnisch-culturele achtergrond;

  7. personen met een etnisch-cultureel diverse achtergrond : in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad verblijvende burgers met een sociaal-culturele herkomst die verbonden is aan een niet-Beneluxland;

  8. werkingssubsidie : een subsidie toegekend ter ondersteuning van de personeels- en werkingskosten die voortvloeien uit een structurele activiteit die een continu of permanent karakter vertoont;

  9. projectsubsidie : een subsidie toegekend ter ondersteuning van een activiteit die zowel qua opzet of doelstelling als in de tijd kan worden afgebakend;

  10. volkscultuur : breed gedragen cultuurverschijnselen in hun historische, sociale en geografische dimensies, waarbij die dimensies worden opgevat als dynamische, groepsgebonden processen van betekenisgeving en toe-eigening;

  11. Flandrica : alle publicaties die in Vlaanderen of door Vlamingen in het buitenland worden uitgegeven, evenals alle relevante buitenlandse publicaties die in hoofdzaak over Vlaanderen handelen;

  12. het decreet op de Volkscultuur van 1998 : het decreet van 27 oktober 1998 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur, gewijzigd bij het decreet van 15 juli 2005;

  13. het Archiefdecreet van 2002 : het decreet van 19 juli 2002 houdende de privaatrechtelijke culturele archiefwerking, gewijzigd bij de decreten van 19 december 2003, 7 mei 2004, 15 juli 2005 en 23 december 2005;

  14. het Erfgoeddecreet van 2004 : het decreet van 7 mei 2004 houdende de organisatie en subsidiëring van een cultureel-erfgoedbeleid, gewijzigd bij het decreet van 15 juli 2005;

  15. DAC : derde arbeidscircuit, tewerkstelling op basis van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet-commerciële sector, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 473 van 28 oktober 1986;

  16. DAC-project : een tewerkstellingsproject dat op basis van het koninklijk besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet-commerciële sector, gewijzigd bij het koninklijk besluit nr. 473 van 28 oktober 1986, aan een organisatie werd toegewezen en vanaf de regularisatie valt onder de bevoegdheid van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Culturele Aangelegenheden;

  17. DAC-promotor : een organisatie die tot de DAC-regularisatie een DAC-project kreeg toegewezen;

  18. geregulariseerde DAC'er : een werknemer in een DAC-project die op het moment van de regularisatie met de DAC-promotor een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur had.

    Art. 3. § 1. Dit decreet heeft tot doel :

  19. een cultureel-erfgoedbeleid uit te bouwen, namelijk vanuit een geïntegreerde aanpak een kwaliteitsvolle en duurzame zorg voor en ontsluiting van het cultureel erfgoed te stimuleren;

  20. een netwerk van erfgoedorganisaties tot stand te brengen om de cultureel-erfgoedbeleving bij burgers te cultiveren, te representeren, te erkennen en te valoriseren;

  21. een verdere ontwikkeling van de verschillende cultureel-erfgoedpraktijken, de museologie, de archiefwetenschap en het hedendaags documentenbeheer, de informatie- en bibliotheekwetenschap en de etnologie te stimuleren;

  22. binnen het cultureel-erfgoedbeleid de nodige aandacht voor interculturaliteit te ontwikkelen.

    Daartoe voorziet het decreet in :

  23. de subsidiëring van een steunpunt voor cultureel erfgoed;

  24. de toekenning van een kwaliteitslabel aan collectiebeherende cultureel-erfgoedorganisaties;

  25. de indeling van erkende musea en culturele archief-instellingen bij het Vlaamse niveau;

  26. de subsidiëring van landelijke cultureel-erfgoedorganisaties;

  27. de subsidiëring van een regionaal depotbeleid voor cultureel erfgoed;

  28. de subsidiëring van gemeentelijke overheden, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden van omliggende gemeenten en de Vlaamse Gemeenschapscommissie als vermeld in artikel 67, § 1, om een geïntegreerd en integraal lokaal cultureel-erfgoedbeleid te voeren;

  29. de subsidiëring van cultureel-erfgoedprojecten.

    § 2. Het beleid voor het cultureel erfgoed en het beleid voor het onroerend erfgoed worden door de Vlaamse Regering op elkaar afgestemd. Hiertoe wordt tussen de respectievelijke beleidsdomeinen in het eerste jaar van de legislatuur van het Vlaams Parlement een protocol gesloten.

    TITEL II. - Organisatie en subsidiëring van het Vlaams cultureel-erfgoedbeleid

    HOOFDSTUK I. - Het steunpunt voor cultureel erfgoed

    Art. 4. § 1. De Vlaamse Regering kan een jaarlijkse werkingssubsidie toekennen aan een steunpunt voor cultureel erfgoed. Een steunpunt is een dienstverlenende organisatie die een intermediaire rol vervult tussen het cultureel-erfgoedveld en de overheid, en die als doel heeft cultureel-erfgoedorganisaties, lokale en provinciale besturen en beheerders van cultureel erfgoed te ondersteunen en de ontwikkeling van het cultureel-erfgoedveld te stimuleren met het oog op de doelstellingen, vermeld in dit decreet.

    § 2. Het steunpunt realiseert dat door middel van zijn kerntaken :

  30. praktijkondersteuning : het leveren van een actieve dienstverlening op het vlak van deskundigheidsbevordering, kwaliteitszorg, informatie en documentatie, management, publieksopbouw en -participatie, internationale samenwerking;

  31. praktijkontwikkeling : het leveren van een bijdrage aan een continue ontwikkeling van het cultureel-erfgoedveld en het overheidsbeleid op basis van evaluatie en toegepast onderzoek;

  32. beeldvorming en communicatie : het organiseren en coördineren van activiteiten en initiatieven die de kennis over het cultureel erfgoed en de cultureel-erfgoedorganisaties in het cultureel-erfgoedveld, bij de publieke opinie, de overheid en in het buitenland bevorderen, en die bijdragen tot een kwantitatief en kwalitatief ruimere cultuurparticipatie.

    Het steunpunt realiseert zijn kerntaken in samenspraak met andere steunpunten en binnen een netwerk van cultureel-erfgoedactoren.

    § 3. De werkingssubsidie wordt toegekend voor het geheel van de werking en is een bijdrage in de loon- en werkingskosten van het steunpunt.

    Art. 5. Om in aanmerking te komen voor een werkingssubsidie, moet het steunpunt :

  33. beschikken over een privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid zonder winstgevend doel;

  34. zijn zetel en zijn werking hebben in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad;

  35. een beleidsplan indienen voor de beleidsperiode. Het beleidsplan slaat op een periode van vijf jaar die begint op 1 januari van het derde volledige jaar van de legislatuur van het Vlaams Parlement en eindigt op 31 december van het tweede volledige jaar van de volgende legislatuur van het Vlaams Parlement;

  36. aanwijsbare inspanningen leveren voor de opname in de raad van bestuur van personen met een etnisch-cultureel diverse achtergrond;

  37. aanwijsbare inspanningen leveren voor de aanwerving van personen met een etnisch-cultureel diverse achtergrond op staf- of middenkaderniveau.

    Art. 6. § 1. Een aanvraag voor een werkingssubsidie wordt ingediend uiterlijk op 1 februari van het tweede volledige jaar van de legislatuur van het Vlaams Parlement.

    § 2. De aanvraag voor een werkingssubsidie bestaat uit een beleidsplan. Het beleidsplan bevat de missie en visie die het steunpunt hanteert in zijn werking, het bevat een omgevingsanalyse en het beschrijft beknopt alle doelstellingen, werkmethodes en middelen. Het beleidsplan bevat eveneens een meerjarenplanning en meerjarenbegroting.

    In zijn doelstellingen neemt het steunpunt op hoe het zijn doel zal bereiken door zijn kerntaken uit te voeren. Voor de ontwikkeling van zijn werking vertrekt het steunpunt vanuit de behoeften van het cultureel-erfgoedveld. Het beleidsplan wordt gedragen door het cultureel-erfgoedveld.

    Als het steunpunt inzet op digitalisering moet dit gebeuren volgens de algemeen aanvaarde internationale en desgevallend door de Vlaamse Regering opgelegde standaarden.

    Art. 7. § 1. De Vlaamse Regering beslist uiterlijk op 1 oktober van het jaar waarin de aanvraag voor een werkingssubsidie is ingediend, over de toekenning en het bedrag van de werkingssubsidie.

    De jaarlijkse werkingssubsidie wordt toegekend voor de beleidsperiode waarop het beleidsplan betrekking heeft.

    § 2. Uiterlijk op 31 december van het jaar waarin de Vlaamse Regering een beslissing heeft genomen als vermeld in § 1, wordt een beheersovereenkomst gesloten met het steunpunt, die betrekking heeft op :

  38. de invulling van de kerntaken...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT