1 JULI 2011. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 16, 13°, 17, 20, 63, 70 en 88 van het Sociaal Strafwetboek en tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet van 2 juni 2010 houdende bepalingen van het sociaal strafrecht

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 6 juni 2010 tot invoering van het Sociaal Strafwetboek;

Gelet op de wet van 2 juni 2010 houdende bepalingen van het sociaal strafrecht, artikel 6;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën (aan de Minister van Sociale Zaken), gegeven op 1 juni 2011;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën (aan de Minister van Werk), gegeven op 1 juni 2011;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën (aan de Minister van Justitie), gegeven op 30 mei 2011;

Gelet op het akkoord van de Staatssecretaris van Begroting, gegeven op 8 juni 2011;

Gelet op het advies 2011/001 van de Adviesraad van het sociaal strafrecht, gegeven op 9 juni 2011, met toepassing van artikel 97, 4°, van het Sociaal Strafwetboek;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat op grond van artikel 111 van de wet van 6 juni 2010 tot invoering van het Sociaal Strafwetboek het Sociaal Strafwetboek op 1 juli 2011 in werking treedt; de Adviesraad van het sociaal strafrecht diende eerst zijn advies over het ontwerp van voorliggend uitvoeringsbesluit te geven; doch, gezien de lopende zaken, kon het ontwerp van het koninklijk besluit betreffende de samenstelling en de werking van de Adviesraad van het sociaal strafrecht niet eerder worden behandeld; het koninklijk besluit van 7 juni 2011 heeft deze Raad ingesteld; gelet op de noodzaak de continuïteit van de openbare dienst te verzekeren, en teneinde te vermijden dat met ingang van 1 juli 2011 er twijfel zou blijven bestaan over de mogelijkheid vanaf die datum op legale wijze toezicht te houden op de naleving van de sociale wetgeving en nog langer administratieve geldboeten op te leggen, wordt huidig ontwerp van koninklijk besluit voor dringend advies aan de Raad van State voorgelegd;

Gelet op het advies 49.892/1 van de Raad van State, gegeven op 23 juni 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken, de Minister van Werk, de Minister van Justitie, de Minister van Zelfstandigen en de Staatssecretaris voor de Coördinatie van de fraudebestrijding,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

TITEL I. - Bepalingen tot uitvoering van bepaalde artikelen van het Sociaal Strafwetboek

HOOFDSTUK I. - Bepalingen genomen tot uitvoering van artikel 17 van het Sociaal Strafwetboek betreffende de aanduiding van de met het toezicht belaste overheden

Artikel 1. De bepalingen die de ambtenaren aanduiden bevoegd om toe te zien op de naleving van de sociale wetten bedoeld in Boek 2 van het Sociaal Strafwetboek die vervat zijn in de van kracht zijnde koninklijke en ministeriële besluiten, opgenomen in bijlage, blijven van toepassing na de inwerkingtreding van voormeld Wetboek.

Art. 2. Zijn belast met het toezicht op de naleving van de Besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid van de zeelieden ter koopvaardij, bedoeld in de artikelen 219, 221, 223 en 226 van het Sociaal Strafwetboek, en de uitvoeringsbesluiten ervan :

  1. de sociaal inspecteurs van de algemene Directie Sociale Inspectie van de federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid;

  2. de sociaal inspecteurs van de algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg;

  3. de sociaal inspecteurs van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.

    Art. 3. Zijn belast met het toezicht op de naleving van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, bedoeld in de artikelen 222, 3°, 224, 225, 1° en 3° en 229 van het Sociaal Strafwetboek, en de uitvoeringsbesluiten ervan :

  4. de sociaal inspecteurs van de algemene Directie Sociale Inspectie van de federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor de inbreuken bedoeld in artikel 120 van de voormelde gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de afgifte door de werkgever aan de werknemer van de inlichtingenfiche bestemd voor zijn ziekenfonds bedoeld bij artikel 224 van het Sociaal Strafwetboek;

  5. de sociaal inspecteurs van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.

    Art. 4. Zijn belast met het toezicht op de naleving van het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bedoeld in artikel 181 van het Sociaal Strafwetboek, en de uitvoeringsbesluiten ervan :

  6. de sociaal inspecteurs van de algemene Directie...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT