6 NOVEMBER 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de referentiemethoden en de principes van de routinemethoden voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk geleverd aan kopers

De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu,

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990 en 5 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 maart 1994 betreffende de erkenning van interprofessionele organismen voor het bepalen van de kwaliteit en de samenstelling van melk, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 september 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 maart 1994 betreffende de productie van melk en tot instelling van een officiële controle van melk geleverd aan kopers, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 juli 1996 en 3 september 2000;

Gelet op het ministerieel besluit van 17 maart 1994 betreffende de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk geleverd aan kopers, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 11 juli 1996, 4 oktober 2000, 6 oktober 2000 en 29 december 2000;

Gelet op de Beschikking 91/180/EEG van de Commissie van 14 februari 1991 tot vaststelling van analyse- en testmethoden voor rauwe en voor warmtebehandelde melk;

Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de noodzaak om onverwijld maatregelen te nemen inzake analysemethoden voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk geleverd aan kopers voortvloeit uit de verplichting rekening te houden met de evolutie van de techniek en van de toestellen voor de analyse,

Besluit :

Artikel 1. De referentiemethoden voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk worden hernomen in bijlage 1.

Art. 2. De principes van de routinemethoden voor de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk worden hernomen in bijlage 2.

Art. 3. De routinemethoden moeten voorafgaandelijk erkend worden door de Dienst Zuivel- en Pluimveeproductie van het Bestuur voor de Dierengezondheid en de Kwaliteit van de Dierlijke Producten (DG 5) van het Ministerie en door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.

Deze zullen een beslissing nemen na raadpleging van het Wetenschappelijk Comité van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.

Art. 4. De apparatuur aangewend bij de officiële bepaling van de kwaliteit en de samenstelling van melk moet...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT