Rechterlijke beslissing, Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders, 2022-11-24

JurisdictionBélgica
Judgment Date24 novembre 2022
ECLIECLI:BE:COHSAV:2022:DEC.20221124.1
Link to Original Sourcehttps://juportal.be/content/ECLI:BE:COHSAV:2022:DEC.20221124.1
CourtCommissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders
Docket NumberM18-12229-1
De Commissie nam kennis van - het verzoekschrift, neergelegd op het secretariaat van de Commissie op 11 oktober 2018 waarbij verzoekster, bijgestaan door mevrouw Caroline V., maatschappelijk werkster bij het Sociaal Huis ..., om de toekenning heeft gevraagd van een financiële hulp voor schade als gevolg van een opzettelijke gewelddaad - de uitgevoerde onderzoeksinstructies - het verslag opgemaakt door de verslaggever op 21 juni 2021 overeenkomstig de artikelen 11 en 12 van het K.B. van 18 december 1986 - de betekening van het verslag aan de Minister van Justitie op 21 juni 2021 waarop deze niet meer reageerde; - de schriftelijke reactie van verzoekster, neergelegd op 25 augustus 2021; - de regelmatige kennisgevingen aan de partijen van de procedurestukken en van de rechtsdag vastgesteld op 21 oktober 2021. De Commissie hoorde op haar openbare zitting van 21 oktober 2021 de verslaggever in het verslag over de feitelijke toedracht van de zaak en over de middelen van de partijen. Aangezien verzoekster niet wenste te worden gehoord, werd zij niet uitgenodigd. De Minister van Justitie is evenmin verschenen noch iemand voor hem. Deze zitting vond plaats per videoconferentie overeenkomstig artikel 34sexies van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, zoals gewijzigd door artikel 109 van de wet van 31 juli 2020 houdende diverse dringende bepalingen inzake justitie. I. Feiten Verzoekster vat het verloop van de feiten van 5 juni 2014 in het verzoekschrift samen als volgt: Ik werd aangevallen door dhr. Tonny Z. gezien ik hem de deur wees. Hij gooide me op de grond, ging op me zitten en probeerde me te wurgen. Ik heb me stil gehouden opdat hij zou loslaten, wat hij ook deed. Toen ik probeerde weg te lopen uit het appartement trok hij me aan mijn haar terug naar binnen. Uit het vonnis van 23/06/2017, f° 2-3 Gelet op de vaststellingen en gegevens van het strafdossier, komt het aan beklaagde ten laste gelegde feit naar genoegen van recht bewezen voor. De rechtbank verwijst naar de vaststellingen van de verbalisanten van de verwondingen van de burgerlijke partij (stuk 3), de foto's van de verwondingen (stukken 5 tot en met 8), het medisch attest dat de verwondingen beschrijft (stuk 9), de foto van het krabletsel in het gezicht van beklaagde (stuk 10), de verklaring van de burgerlijke partij (stuk 13), de verklaring van beklaagde zelf dat hij de dag van de feiten bij de burgerlijke partij aanwezig was, dat er een discussie ontstond en dat hij haar weg duwde en daarbij een krabbel in zijn gezicht opliep (stuk 18), het medisch attest met de werkonbekwaamheid van de burgerlijke partij (stuk 22) en de verklaring van de bovenbuurvrouw dat zij de burgerlijke partij luid hoorde roepen en dat ze dan een jongen hoorde zeggen: "is het gedaan, heb je nu genoeg?"(stuk 31). Uit de verklaring van de burgerlijke partij volgt niet dat er in de studio wanorde zou geweest zijn. De burgerlijke partij heeft via Facebook iemand verwittigd die haar...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT