Ordonnantie tot toekenning van volmachten aan het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie naar aanleiding van de gezondheidscrisis ten gevolge van COVID-19, de 23 novembre 2020

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 135 van de Grondwet.

Art. 2. § 1. Teneinde de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie in staat te stellen om te reageren op de COVID-19-pandemie kan het Verenigd College alle passende maatregelen nemen om als ernstig gevaar dreigt probleemsituaties te voorkomen en met spoed aan te pakken binnen het strikte kader van de bestrijding van de tweede golf van de COVID-19-pandemie en de gevolgen hiervan, onder meer op de volgende gebieden :

- de aanpassing van wetteksten over de termijnen die vastgelegd zijn door de wetgeving van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie of die krachtens die wetgeving zijn aangenomen ;

- de aanpassing van wetteksten met betrekking tot domeinen waarop de crisis een impact heeft en die onder de bevoegdheden van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie vallen ;

- de dringende gezondheidsmaatregelen die verband houden met de aangelegenheden waarvoor de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie bevoegd is ;

- de maatregelen met betrekking tot het openbaar ambt en de diensten van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

§ 2. De besluiten bedoeld in de eerste paragraaf kunnen bestaande ordonnantiebepalingen opheffen, aanvullen, wijzigen en vervangen, met inbegrip van de materies die door de Grondwet of de bijzondere wet aan de ordonnantie voorbehouden worden.

§ 3. De besluiten bedoeld in de eerste paragraaf kunnen de administratieve en strafrechtelijke sancties bepalen die gelden bij overtreding ervan.

De strafrechtelijke en administratieve sancties mogen geen straffen omvatten die zwaarder zijn dan deze die de aangevulde, gewijzigde of vervangen wetgeving bij de inwerkingtreding van deze ordonnantie aan de betreffende misdrijven verbindt.

§ 4. De wettelijk of reglementair vereiste adviezen over de in de eerste paragraaf bedoelde besluiten dienen in de mate van het mogelijke te worden gevraagd via de bestaande spoedprocedures, maar de in de eerste paragraaf bedoelde besluiten kunnen evenwel worden aangenomen zonder dat voormelde adviezen vooraf worden ingewonnen.

Het vorige lid is niet van toepassing op de adviezen van de afdeling wetgeving van de Raad van State. Dit geldt eveneens voor de adviezen van de Inspectie van Financiën en van de leden van het College bevoegd voor Financiën en Begroting, die altijd, desgevallend bij hoogdringendheid, gevraagd dienen te worden.

Art. 3. De besluiten bedoeld in artikel...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT