Ordonnantie betreffende de beperking van het aantal gemeentelijke mandatarissen en de invoering van nieuwe maatregelen inzake goed bestuur in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de 25 janvier 2018

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2. In artikel 5 van de Nieuwe Gemeentewet, gewijzigd bij de wet van 14 mei 2000 en de ordonnantie van 17 juli 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. in het eerste lid worden de woorden " Brusselse Hoofdstedelijke " opgeheven;

  2. tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd dat luidt als volgt :

    " Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018, stelt de Regering, in afwijking van het eerste lid en onverminderd de toepassing van de volgende leden, enkel de rangschikking van de gemeenten op in overeenstemming met artikel 8. Het aantal te verkiezen schepenen dat werd vastgesteld ter gelegenheid van de volledige vernieuwing van de gemeenteraden van 2012 blijft van toepassing bij de volledige vernieuwing van 2018. ".

    Art. 3. In artikel 12 van dezelfde wet, gewijzigd bij de ordonnanties van 17 juli 2003, 23 juli 2012 en 20 juli 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  3. paragraaf 1 wordt vervangen door hetgeen volgt :

    " § 1. De gemeenteraadsleden ontvangen geen wedde.

    Zij trekken presentiegeld als zij deelnemen aan de vergaderingen van de gemeenteraad en aan de vergaderingen van de commissies en van de afdelingen.

    Aan de voorzitter van de gemeenteraad of aan degene die hem vervangt, met uitzondering van de burgemeester of zijn plaatsvervanger, wordt dubbel presentiegeld toegekend voor elke voorgezeten vergadering van de raad.

    Het bedrag van het presentiegeld en de voordelen in natura toegekend aan de gemeenteraadsleden worden bepaald door de gemeenteraad.

    Het presentiegeld bedraagt minimum 75,00 euro bruto en mag niet meer bedragen dan 200,00 euro bruto. Het bedrag wordt geïndexeerd op basis van de gezondheidsindex op 1 januari 2018.

    De aan de gemeenteraadsleden toegekende voordelen in natura mogen op jaarbasis niet meer bedragen dan 5 maal het maximale bedrag van het presentiegeld. " ;

  4. de huidige paragraaf 1bis wordt paragraaf 2 ;

  5. de paragrafen 2 en 3 worden paragrafen 3 en 4.

    Art. 4. In artikel 19 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 28 december 1989, 4 mei 1999, 23 maart 2001, 24 december 2002 en bij de ordonnantie van 17 juli 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  6. de paragrafen 1 tot 3 worden vervangen door wat volgt :

    " § 1. De wedden van de burgemeesters worden vastgesteld door toepassing van de volgende percentages op het hoogste bedrag uit de in artikel 28 vastgestelde weddeschaal...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT