Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 16 januari 2020 houdende een tijdelijk verbod op het verkeer in bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, de 24 mars 2020

Artikel 1. Er wordt een artikel 1bis ingevoegd in het ministerieel besluit van 16 januari 2020 houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, luidend als volgt:

"Art. 1bis. In de zin van dit besluit dient te worden verstaan onder:

  1. handmatige bosbouwwerkzaamheden of met handgereedschap: de verrichtingen van inventarisatie en markering van hout, vrijmaking, aanplantingen, snoeien, alsook de uitvoering van dunningen met alle conventionele handgereedschappen en, indien nodig, met gemechaniseerde handgereedschappen die uitsluitend beperkt zijn tot de bosmaaier en de kettingzaag;

  2. bosuitbating: het kappen, de uitsleping en de verwijdering van stammen en kruinen in de zin van afdeling 3, punt 12, onder b), van het Boswetboek, van naald- en loofbomen, met inbegrip van het beheer van windworp met behulp van bedrijfstuigen die voor dit soort activiteiten bestemd zijn;

  3. bedrijfstuigen: mechanische tuigen die specifiek bestemd zijn voor de bosuitbating, zoals velmachines, uitsleepmachines, uitrijwagens, enz.".

    Art. 2. Artikel 6 van het ministerieel besluit van 16 januari 2019 houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, wordt opgeheven.

    Art. 3. Artikel 7 van het ministerieel besluit van 16 januari 2019 houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, wordt vervangen als volgt :

    "Art. 7. In afwijking van artikel 1 kan het verkeer, buiten de wegen zoals bepaald in artikel 3, punt 24°, van het Boswetboek, in de bossen en wouden in de zin van artikel 2 van het Boswetboek voor het verrichten van handmatige bosbouwwerkzaamheden of werkzaamheden met handgereedschap tegen volgende minimumvoorwaarden toegelaten worden:

  4. een voorafgaandelijke kennisgeving die overeenstemt met het model van bijlage 1 wordt door de professionele bosuitbater, de boseigenaar of diens gemachtigde overgemaakt aan de territoriaal bevoegde houtvester, minstens 3 werkdagen voor aanvang van de handmatige bosbouwwerkzaamheden of werkzaamheden met handgereedschap; deze kennisgeving dekt een toegangsperiode van maximaal een maand vanaf de datum van toezending ervan; een nieuwe kennisgeving kan ten minste 3 werkdagen voor het einde van deze periode worden verzonden om het toegangsrecht te verlengen.

  5. de toegang tot de plaats van de bosbouwwerkzaamheden gebeurt zoveel mogelijk op de verharde wegen;

  6. vóór elke interventie in het geïnfecteerde gebied volgen de betrokkenen de opleiding in bioveiligheid bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen;

  7. er is geen toegang toegestaan in de periode tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopgang;

  8. aan het einde van elke interventie worden de voertuigen, het materieel, het schoeisel en de uitrusting van de betrokkenen voor handmatige bosbouwwerkzaamheden die de verharde wegen hebben verlaten, gereinigd en ontsmet door de betrokkenen overeenkomstig artikel 11;

  9. bij het aantreffen van een kadaver of een karkas van wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer van de territoriaal bevoegde boswachter of bij gebrek het nummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;

  10. de betrokkenen is het verboden, een varkensfokkerij te betreden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op de reinigings- en ontsmettingsmaatregelen, indien zij op grond van dit ministerieel besluit verplicht zijn, of bij het verlaten van het besmette gebied, indien de ontsmettingsmaatregelen op grond van dit besluit niet verplicht zijn;

  11. materialen, machines, uitrusting, werkkleding, schoeisel, voertuigen, tuigen, enz. die tijdens handmatige bosbouwwerkzaamheden in het besmet gebied worden gebruikt, mogen niet op een varkensfokkerij worden binnengebracht.

    In ieder geval zijn voorbereidings- en vrijmakingswerkzaamheden door het vermalen met een tolbreker en het schilderen verboden.

    De niet-nakoming van de in dit artikel bedoelde verplichtingen heeft tot gevolg dat elke verdere afwijking van het verbod op het verkeer buiten de wegen en paden in het met Afrikaanse varkenspest besmette gebied wordt geweigerd totdat België zijn status als vrij van Afrikaanse varkenspest terugkrijgt.".

    Art. 4. Artikel 8 van het ministerieel besluit van 16 januari 2019 houdende een tijdelijk verkeersverbod in de bossen om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest te beperken, wordt vervangen als volgt :

    "Art. 8. In afwijking van artikel 1 kan het verkeer, buiten de wegen, zoals bepaald in artikel 3, punt 24°, van het Boswetboek, in de bossen en wouden in de zin van artikel 2 van het Boswetboek voor de bosuitbating, tegen volgende minimumvoorwaarden toegelaten worden:

  12. een voorafgaandelijke vergunningsaanvraag die overeenstemt met het model van bijlage II wordt door de professionele bosuitbater, de boseigenaar of diens gemachtigde overgemaakt aan de territoriaal bevoegde houtvester;

  13. de territoriaal bevoegde houtvester stelt de interveniënt zo spoedig mogelijk en uiterlijk tien werkdagen na de datum van verzending van de aanvraag in kennis van zijn beslissing over de ingediende aanvraag; de vergunning geldt voor een toegangsperiode van maximaal één maand vanaf de datum van afgifte van de vergunning; vóór het einde van deze termijn kan een nieuwe vergunningsaanvraag worden ingediend met het oog op een verzoek om verlenging van het toegangsrecht;

  14. een specifieke prospectie van het perceel of de eigendom waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft, uitgevoerd door de administratie, voorafgaand aan de exploitatie ervan, moet zo snel mogelijk en binnen de maximumtermijn van 10 werkdagen, bedoeld in 2°, plaatsvinden en moet onder toezicht staan van een persoon met een goede kennis van het terrein, afgevaardigd door de eigenaar of de uitbater;

  15. de toegang tot de bestanden gebeurt zoveel mogelijk op de verharde wegen;

  16. vóór elke interventie in het geïnfecteerde gebied volgen de betrokkenen de opleiding in bioveiligheid bedoeld in artikel 1, eerste lid, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 6 juni 2019 houdende verscheidene tijdelijke maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen;

  17. er is geen toegang toegestaan in de periode tussen een uur voor zonsondergang en een uur na zonsopgang;

  18. na afloop van iedere interventie worden het schoeisel en de uitrusting van de betrokkenen, evenals de voertuigen en de uitrusting die de verharde wegen verlaten hebben, gebruikt voor de bosuitbating, gereinigd en ontsmet door de betrokkenen overeenkomstig artikel 11;

  19. de ontsmetting van de bedrijfstuigen van de bosuitbaters wordt uitgevoerd, voordat het besmette gebied wordt verlaten en op zijn minst voordat deze tuigen weer op de transporttuigen (tankdragers) worden geplaatst, op kosten van Wallonië, op basis van de overheidsopdracht dat de SPW (Waalse Overheidsdienst) met een gespecialiseerd bedrijf heeft gesloten; een attest van voltooiing van de ontsmetting van de bedrijfstuigen wordt door het gespecialiseerde bedrijf verstrekt en wordt door de betrokkene aan het einde van de ontsmettingsprocedure aan de administratie overhandigd;

  20. bij het aantreffen van een kadaver of een karkas van wild zwijn, mag dit geenszins benaderd of aangeraakt worden en het telefoonnummer van de territoriaal bevoegde boswachter of bij gebrek het nummer 1718 wordt onmiddellijk verwittigd;

  21. de betrokkenen is het verboden, een varkensfokkerij te betreden of in aanraking te komen met tamme varkens binnen de tweeënzeventig uur volgend op de reinigings- en ontsmettingsmaatregelen, of na elke interventie in het besmette gebied, indien zij op grond van dit ministerieel besluit verplicht zijn, of bij het verlaten van het besmette gebied, indien de ontsmettingsmaatregelen op grond van dit besluit niet verplicht zijn;

  22. materialen, machines, uitrusting, werkkleding, schoeisel, voertuigen, andere bedrijfstuigen, enz. die voor de bosuitbating worden gebruikt, mogen niet op een varkensfokkerij worden binnengebracht.

    Aangezien uitbatingen in vochtige gebieden als meer risicovol worden beschouwd, gelden voor hen de volgende aanvullende voorwaarden:

  23. in een strook van vijfentwintig meter rondom bronnen en sijpelingszones, een strook van honderd meter rond winputten of een strook van honderd meter rond stuwdammeren, alsook op veenachtige en paraveenachtige bodems zoals bepaald op de bodemkundige kaart van Wallonië, kan alleen de uitbating van de door schorskevers aangetaste sparrenbestanden of windworp van sparrenbestanden worden toegestaan;

  24. op een strook van vijfentwintig meter aan weerszijden van waterlopen, en op hydromorfe bodems met een permanente grondwatertafel zoals afgebakend op de pedologische kaart van Wallonië, kan elke uitbating worden toegestaan, ter beoordeling van de territoriaal bevoegde houtvester en onder de door hem bepaalde voorwaarden.

    ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT