8 FEBRUARI 2007. - Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Regering van de Republiek Peru, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, ondertekend te Brussel op 12 oktober 2005 (1) (2) (3)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2. De Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Regering van de Republiek Peru, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, ondertekend te Brussel op 12 oktober 2005, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 8 februari 2007.

ALBERT

Van Koningswege :

De Minister van Buitenlandse Zaken,

  1. DE GUCHT

    De Minister van Buitenlandse Handel,

  2. VERWILGHEN

    Met 's Lands zegel gezegeld :

    De Minister van Justitie,

    Mevr. L. ONKELINX

    _______

    Nota's

    (1) Zitting 2005-2006 en 2006-2007.

    Senaat :

    Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 13 juli 2006, nr. 3-1752/1. - Verslag, nr. 3-1752/2.

    Parlementaire Handelingen. - Bespreking. Vergadering van 9 november 2006. - Stemming. Vergadering van 9 november 2006.

    Kamer van volksvertegenwoordigers :

    Documenten. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 51-2737/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-2737/2.

    Parlementaire Handelingen. - Bespreking. Vergadering van 7 december 2006. - Stemming. Vergadering van 7 december 2006.

    (2) Zie Decreet van het Vlaamse Gewest van 20 april 2007 (Belgisch Staatsblad van 22 mei 2007), Decreet van het Waalse Gewest van 3 mei 2007 (Belgisch Staatsblad van 31 mei 2007), Ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 13 juli 2006 (Belgisch Staatsblad van 3 augustus 2006 (Ed. 2).

    (3) Deze overeenkomst treedt in werking op 12 september 2008.

    Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, enerzijds, en de Regering van de Republiek Peru, anderzijds, inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen

    De Regering van het Koninkrijk België,

    de Vlaamse Regering,

    de Waalse Regering,

    de Brusselse Hoofdstedelijke Regering,

    en

    de Regering van het Groothertogdom Luxemburg,

    enerzijds,

    en

    de Regering van de Republiek Peru,

    anderzijds,

    (hierna te noemen « de Overeenkomstsluitende Partijen »),

    verlangende hun economische samenwerking te versterken door voor investeringen door investeerders van de ene Overeenkomstsluitende Partij gunstige voorwaarden te scheppen op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij,

    zijn het volgende overeengekomen :

    Begripsomschrijvingen

    Artikel 1

    Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de term :

    1. « investeerder » :

      1. de « onderdanen », zijnde elk natuurlijk persoon die volgens de wetgeving van het Koninkrijk België of het Groothertogdom Luxemburg of van de Republiek Peru wordt beschouwd als een onderdaan van het Koninkrijk België of van het Groothertogdom Luxemburg dan wel van de Republiek Peru;

      2. de « vennootschappen », zijnde elke rechtspersoon die is opgericht in overeenstemming met de wetgeving van het Koninkrijk België of het Groothertogdom Luxemburg of van de Republiek Peru en waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is op het grondgebied van het Koninkrijk België of het Groothertogdom Luxemburg dan wel van de Republiek Peru;

      3. een onderdaan of vennootschap als omschreven onder a) en b) die rechtstreeks of onrechtstreeks controle uitoefent op een bestaand bedrijf dat is opgericht en georganiseerd overeenkomstig de wetgeving van een derde Staat, die op het grondgebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij een investering deed.

    2. « investering » : alle soorten vermogensbestanddelen en elke rechtstreekse of onrechtstreekse inbreng in speciën, natura of diensten, die worden geïnvesteerd of geherinvesteerd in welke economische sector ook.

      Als investeringen in de zin van deze Overeenkomst gelden in het bijzonder, doch niet uitsluitend :

      1. roerende en onroerende goederen, alsmede andere zakelijke rechten zoals hypotheken, retentierechten, pandrechten, rechten van vruchtgebruik en soortgelijke rechten;

      2. aandelen, maatschappelijke aandelen en alle andere vormen van deelneming, met inbegrip van minderheidsdeelnemingen dan wel onrechtstreekse deelnemingen, in bedrijven die zijn opgericht op het grondgebied van een der Overeenkomstsluitende Partijen;

      3. obligaties, tegoeden en gelijk welke prestatie die economische waarde heeft;

      4. auteursrechten, rechten van industriële eigendom, technische werkwijzen, merken, octrooien, tekeningen en modellen van nijverheid en knowhow;

      5. publiekrechtelijke of contractuele concessies, waaronder die tot het opsporen, ontwikkelen, winnen of exploiteren van natuurlijke rijkdommen.

      Onder investering dient niet te worden verstaan :

      - een betalingsverplichting of een aan de Staat of een staatsbedrijf verstrekte lening;

      - leningen aan een bedrijf, wanneer de aflossingstermijn minder dan drie jaar bedraagt;

      - tegoeden die uitsluitend afkomstig zijn van :

      • handelsovereenkomsten voor de verkoop van goederen of diensten door een onderdaan of een vennootschap op het grondgebied van een Partij aan een vennootschap op het grondgebied van de andere Partij; of

      • enige andere vorm van handelsfinanciering.

      Veranderingen in de rechtsvorm waarin vermogensbestanddelen en kapitaal werden geïnvesteerd of geherinvesteerd doen geen afbreuk aan de omschrijving ervan als « investering » zoals bedoeld in deze Overeenkomst.

    3. « opbrengst » : de bedragen die een investering oplevert, en met name, doch niet uitsluitend, winst, intrest, vermogensaanwas, dividenden, royalty's en honoraria.

    4. « grondgebied » :

      1. het grondgebied van het Koninkrijk België en het grondgebied van het Groothertogdom Luxemburg evenals de zeegebieden, d.w.z. de gebieden op en onder zee die zich voorbij de territoriale wateren van het Koninkrijk België uitstrekken en waarin het, overeenkomstig het internationaal recht, soevereine rechten en rechtsmacht uitoefent met het oog op de opsporing, de winning en het behoud van de natuurlijke rijkdommen;

      2. wat Peru betreft, de landgebieden binnen de landsgrenzen van de Republiek Peru, evenals de aangrenzende zeegebieden tot 200 zeemijl en het luchtruim waarover Peru zeggenschap en rechtsmacht uitoefent, overeenkomstig zijn nationale wetgeving en het internationale recht.

    5. « Milieuwetgeving » : de wetgeving die, naar gelang van de plaats waar de investering is gedaan, van kracht is op het grondgebied van het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg of de Republiek Peru, of een bepaling uit die wetgeving, die in hoofdzaak gericht is op de bescherming van het milieu dan wel het voorkomen van enig gevaar voor het leven of de gezondheid van mens, dier of plant, door :

      1. het voorkomen, verminderen of beheersen van de uitstoot, de lozing of de emissie van verontreinigende stoffen en contaminanten;

      2. het beheersen van milieugevaarlijke of toxische chemicaliën, stoffen, materialen en afvalstoffen, en het verspreiden van desbetreffende informatie;

      3. het beschermen of in stand houden van in het wild levende dier- en plantensoorten, met inbegrip van bedreigde soorten, hun habitat en...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT